Jean-Paul Mulders

‘Alles van waarde is weerloos. Het slaat als een tang op een varken op een wereld die nooit bekendstond om zijn teergevoeligheid’

Jean-Paul Mulders Columnist voor Knack Weekend en schrijver

Op de radio wringt een woordvoerder zich in bochten om de gelegaliseerde diefstal van interesten te vergoelijken. Hij heeft het over het metier van bankieren, als betrof het het bakken van delicate ambachtelijke koekjes. Als je hem hoort, lijkt de sector een kwetsbaar vogeltje dat op de lijst moet komen van beschermde soorten. Ik denk aan de versregel van Lucebert: ‘Alles van waarde is weerloos.’ Het slaat als een tang op een varken op een wereld die nooit bekendstond om zijn teergevoeligheid.

Gelukkig is er zon buiten, en honden die hun kop uit het raam steken van voorbijrijdende auto’s. Ik verbied mijn kinderen om dat te proberen, maar zelf vind ik het een droombeeld van vrijheid en levenslust. Ik kan geen hondenkop kwijlend in de wind zien flapperen zonder breed te moeten glimlachen. Ik zou dat missen op mijn sterfbed, zoals de meisjes met paardenstaarten die ik onlangs zag joggen op een heldere ochtend. Ze waren met een stuk of tien en leken hun haartooi vooraf te hebben afgesproken. Hun paardenstaarten zwaaiden synchroon heen en weer, als in slow motion, terwijl ze welgezind langs de Watersportbaan draafden in licht als poedersuiker. Het was zo’n moment waarop je je niet kunt voorstellen dat het met onze soort slecht zou aflopen.

Ik kan geen hondenkop kwijlend in de wind zien flapperen zonder breed te moeten glimlachen.

Paardenstaart vind ik een prachtig woord, maar het zit in de zone van dingen waarin je met wat kwade wil iets denigrerends zou kunnen zien. Had ik genoeg haar om een paardenstaart te dragen, dan weet ik niet of ik graag vereenzelvigd zou worden met een ‘viervoetig, als rij-, last- en trekdier gebruikt zoogdier uit de familie van de eenhoevigen’. Dat soort gevoeligheden toets ik graag af bij mijn dochter van zestien. We voeren dan gesprekken over dieren eten, het wel en wee van hoge hakken en andere gebruiken die heel normaal waren in de fossiele wereld waar ik vandaan kom. Het woord paardenstaart vindt zij prima in orde, maar op naaldhakken heb ik haar nog nooit door het huis zien stappen. Dat soort schoeisel heeft het trouwens lastig. ‘Eerst werd de hoge hak ingehaald door de sneaker’, las ik ergens, ‘toen in de hoek gekwakt door de coronacrisis’. De teloorgang van die klikkende marteltuigen kan ik alleen maar toejuichen, zeker als daar anderhalve teen uit piept.

Mijn dochter begeeft zich naar haar zolderkamer om te jongleren met kilowatts en joules. Eerstdaags heeft zij examen fysica. Intussen buig ik mij over een radio van het merk Roberts die mij na vijftien jaar trouwe dienst onverhoeds in de steek heeft gelaten. Ik herinner mij hoe ik hem kocht toen wij in de Vaartstraat jong en vrolijk waren. Het lijkt mij van levensbelang hem terug aan de praat te krijgen ter compensatie van alles wat niet meer te redden valt. Op internet vind ik een filmpje waarin een freak een soortgelijk toestel herstelt met een soldeerbout en een microscoop. De moed zinkt mij in de schoenen. Toch open ik het toestel, wrik de behuizing van de audiochip los en blaas daarin zo hard ik kan. Tot mijn verbazing komt de muziek als bij toverslag terug.

Een week later speelt de radio nog altijd loepzuiver. Dat vind ik magisch als zwaaiende paardenstaarten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content