Hoe erotisch ging het eraan toe in het begijnhof van Lier ? Verbergt Brugge de schat van Karel de Goede ? Kun je het rijke Knokse leven ook moe worden ? Drie Vlaamse thrillers beantwoorden prangende vragen. Terwijl de Ierse Amerikaan Michael Collins ons een magistrale sombere kijk op het leven geeft.

Geheim genootschap

Er zijn wel meer constanten in de politieromans van Pieter Aspe dan de aanwezigheid van een Duveldrinkende commissaris Van In. Al van bij zijn debuut toonde Aspe bijvoorbeeld veel belangstelling voor mythes, legenden en geschiedenis in het algemeen. En dat niet alleen in de titels van zijn boeken ( De kinderen van Chronos, De Midasmoorden). Maar Aspe weet wel beter dan al te diep in te gaan op de geschiedenis. Daarvoor is hij een te gedegen vakman. Ook de twintigste aflevering van zijn serie rond Van In, Versavel en Hannelore heeft wat te maken met legendes. Rebus gaat terug op een oud verhaal dat in Brugge een schat van Karel de Goede verborgen zou zitten. En daar gaan de wat vreemde leden van het genootschap de Gezellen van de Beer ijverig naar op zoek. De proloog is adembenemend. Marie Ange, een jonge non, wordt in het Brugse begijnhof met een vuurwapen bedreigd. Ze vermoedt dat ze verkracht zal worden, maar ze blijft koelbloedig. Haar belager krijgt een hartaanval en Marie Ange tracht de man te reanimeren. Vreemd genoeg weigert ze klacht in te dienen bij de politie. Na dit superspannende begin gaat Aspe meer op automatische piloot. Het blijft onderhoudend en als je een paar afleveringen hebt gemist ook nog ontspannend, maar ondanks die mooie proloog toch wel voorspelbaar.

Rebus, Pieter Aspe, Manteau, ISBN 978 90 2232 143 0, 306 p., 19,95 euro.

Kindermoord

Een thrillerschrijver die voor de prestigieuze Booker Prize is genomineerd, een atleet die de marathon in de Sahara won, een ervaren computerdeskundige. De Ierse Amerikaan Michael Collins is een veelzijdig man. En zijn misdaadromans zijn deprimerender dan het diepste zwarte gat. Wie Dolende zielen en Hoeders van de waarheid las, weet het. Zijn jongste roman, Het geheime leven van E. Robert Pendleton, is al even somber. De setting is een dure kleine universiteit aan de Amerikaanse oostkust. Professor Pendleton is een academicus die verder teert op het succes van een novelle die meer dan tien jaar geleden verscheen. Hij gaat gebukt onder de zinloosheid van zijn job en als zijn oude rivaal, de succesrijke Horowitz, een gastcollege komt geven, besluit Pendleton zelfmoord te plegen. Hij en Horowitz werden ooit de toekomst van de Amerikaanse literatuur genoemd. De zelfmoord mislukt, de hoogleraar leeft verder als een plant. In zijn huis ontdekt men een onbekende roman, die al vlug als een puur meesterwerk wordt erkend. Probleempje : het boek gaat over de waar gebeurde moord op een jong meisje. En Pendleton kon de feiten alleen maar kennen als hij zelf de moordenaar is. De al even sombere Ryder moet de zaak oplossen en ploetert van modderpoel naar mesthoop. Een schitterende, vaak ironische, puur literaire thriller boordevol wanhoop.

Het geheime leven van E. Robert Pendleton,

Michael Collins, Anthos, ISBN 978 90 414 1139 6,

400 p., 19,95 euro.

En ook nog…

Lier in de tijd van de Beeldenstorm. Catharina is een jonge mooie weduwe die onlangs haar intrek heeft genomen in het begijnhof. Op een nacht is ze getuige van een vreemde gebeurtenis : boven de waterput hangt het lijk van een naakte man. In allerijl brengt ze grootjuffrouw Amandine op de hoogte. Die vreest een schandaal, temeer omdat de vermoorde een kanunnik blijkt te zijn. Met Catharina sleept de grootjuffrouw het lijk weg en ze dumpen het in de Nete. De twee beloven over de zaak niemand iets te vertellen. Maar een hardwerkende, brave Lierenaar heeft alles gezien, vermoedt een verhaal vol erotische fantasieën, en tracht via chantage wat extra inkomen voor zijn gezin los te krijgen. Toevluchtsoord (Manteau, ISBN 978 90 223 2140 9, 19,95 euro) is een mooi, speels Vlaams thrillerdebuut van jeugdschrijfster en scenariste Lydia Verbeeck.

Opvallende titels verzinnen voor zijn politieromans kan Jos Pierreux zeker. De dode die met zijn tweeën was heette zijn debuut. Volgend jaar moeten we het doen met Veel wijven en zessen, en zijn jongste heet Het viervijfdeprincipe (Houtekiet, ISBN 978 90 5240 923 8, 19,50 euro). Pierreux’ verhalen spelen altijd in het luxueuze Knokke, waar de aangespoelde inspecteur Luk Borré wel iets ziet in het rijke leventje en samenwoont met gewezen callgirl Rena. Maar geld is ook niet alles en Borré kampt steeds meer met existentiële problemen.

Tussen veel getob in tracht hij een zaak op te lossen waarbij vier bejaarden gewelddadig om het leven komen. Graaf burgemeester Lippens wil niet horen van een seriemoordenaar in zijn stad en hij wordt bovendien gechanteerd door een schrijver die net in Knokke is komen wonen. Leuk maar al te luchtig.

Door Fred Braeckman

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content