Openbaar vervoer in Cuba weer met paard en wagen
Het openbaar vervoer in Cuba bestaat voor een groot deel weer uit paard en wagen, van eenvoudige karren tot traditionele koetsen. Zowel in dorpen als steden vangen paarden het tekort aan voertuigen op.
Hij doet het al elf jaar. Bienvenido García wacht op klanten bij de opstapplaats in het resortstadje Varadero, 121 kilometer ten oosten van Havana. Die neemt hij mee in zijn rijtuig over een vaste route, voor een prijs van 2 tot 10 pesos (8 tot 40 eurocent). Er zijn ook mooie traditionele koetsen, daar betalen de toeristen meer voor.
“Ik heb altijd gewerkt in de ‘guaguas'”, zegt García, de bussen dus. “Maar door de crisis waren er geen reserve-onderdelen meer en geen brandstof. Toen ging ik maar over op de paardenkar.” García is nu een ‘cuentapropista’ oftewel een zelfstandige.
Alternatieven
Toen het communistische blok instortte, in 1991, stortte ook de transportsector van Cuba in. Cubanen werden gedwongen om alternatieven voor olie en gas te zoeken en kwamen uit op fietsen en riksja’s, “bicitaxis” genaamd, maar ook op paard en wagen. In 2010 besloot de regering dat zelfstandige ondernemers de sleutel waren tot de chronische openbaar vervoersproblemen
Hoeveel ‘cocheros’ (koetsiers) er zijn, is niet bekend. Maar er zijn er heel veel in Bayamo, de stad van de koetsen, en vele andere steden op het hele eiland. Wel bekend is dat er vorig jaar maar 7840 publieke bussen waren – op een bevolking van 11,2 miljoen – en dat is de helft van het wagenpark uit de jaren tachtig.
Poep en voer
De opkomst van de paardenkoets leidt echter ook weer tot problemen. Er wordt veel geklaagd over paardenpoep en voer dat op straat ligt. Volgens sommigen verstoort dat het stadsbeeld, zorgt het voor onveiligheid en schaadt het de dieren. Gemeentes proberen het met hygiëneregels en paardenvrije zones in goede banen te leiden.
Cubaanse wetenschappers pleiten voor een plan voor duurzaam transport op het eiland. “Allereerst zijn er maatregelen nodig om het openbaar vervoer te versterken, de infrastructuur te verbeteren en de wagens te moderniseren zodat ze minder uitstoten”, schrijft ingenieur Lizet Rodríguez in een email.
Rodríguez is onderzoeker aan de Marta Abreu Centrale Universiteit in Villa Clara. Ook kan de fiets in kleine en middelgrote steden een oplossing bieden, en zou het gebruik van schonere brandstoffen, zoals biobrandstoffen kunnen worden aangemoedigd.
Op dit moment is 22,4 procent van de primaire energieproductie hernieuwbaar, maar die wordt vooral gebruikt voor andere doeleinden dan transport. (IPS)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier