Kleurrijk Oezbekistan: een verborgen parel herrijst uit haar as

Het architecturale complex Po-i-Kalyan in het centrum van Bukhara is een onweerstaanbaar brokje Oezbeekse cultuur. © Sebastiaan Bedaux
Sebastiaan Bedaux
Sebastiaan Bedaux Sebastiaan Bedaux is freelance televisie- en reisjournalist.

Het achtervoegsel -stan zette jarenlang een serieuze rem op de toeristische groei in Centraal-Azië. Maar de regio lijkt nu ontketend, met Oezbekistan voorop. Het ooit zo gesloten land herrijst als een kleurrijke feniks uit grauwe sovjetas en smoezelig woestijnstof.

Of ik het geld wil achterlaten onder het bankje in de slurf naar het vliegtuig. “One ghundred dollarz pleaze.” Ik staar de baldadige beambte van Islam Karimov Tashkent International Airport met grote ogen aan. Een halfuurtje eerder ’trakteerde’ hij me op een upgrade naar businessclass, maar de rekening dient blijkbaar nog vereffend. Handje contantje, liefst uit het zicht van zijn bazen en collega’s. Ik raak even in paniek. Mijn laatste cash – 170.000 Oezbeekse sum (niet meer dan 17 euro) – is net in de taxfreeshop gesneuveld. “No cash?” De man in uniform lacht zijn gele tanden bloot. Betalen mag ook achteraf, verduidelijkt hij. Een whatsappje met zijn rekeningnummer is al onderweg. Handen worden geschud en afscheid wordt genomen. “Have nize flight.” Verbouwereerd blijf ik achter, een grijns op mijn gezicht, een businessclassticket in de hand en een wonderbaarlijk verblijf in Oezbekistan achter de rug.

Hotel Uzbekistan is een prachtig voorbeeld van brutalistische sovjetstijl.
Hotel Uzbekistan is een prachtig voorbeeld van brutalistische sovjetstijl.© Sebastiaan Bedaux

Sovjetstijl

Het begon allemaal een week eerder. Of om precies te zijn: een week en één dag, toen ik mijn uitnodiging van de toeristische dienst van Oezbekistan ein-de-lijk verzilverd zag in een vliegtuigticket. Drie maanden over en weer mailen om pas de dag voor vertrek zekerheid te hebben, het moet iets typisch Oezbeeks zijn. Maar reden tot paniek was er niet, liet de Oezbeekse ambassade meermaals weten, alles zou goed komen. En dat deed het ook. Al bij mijn eerste halte in hoofdstad Tasjkent, aan het iconische Hotel Uzbekistan, viel ik bijna in katzwijm. Wellicht was het die brutalistische sovjetstijl in combinatie met kraaknette straten vol witte Chevrolets en aftandse Lada’s. Mijn gids Nilufar, aangesteld door de overheid, haalde opgelucht adem. Niet veel later toonde ze me haar favoriete metrostations. Want dat is het voordeel van een lange Russische bezetting: je blijft achter met heel wat fraais (en in dit geval ook handigs). “Het zijn trouwens de Russen die destijds zijn begonnen aan de renovatie van de oude bezienswaardigheden in Samarkand, Bukhara en Khiva.” Daar verheugde ik me al op, want die drie steden – ooit onmisbare haltes op de zijderoute – vormen het toeristische hart van Oezbekistan en zijn de reden waarom de vluchten van Uzbekistan Airways haast altijd volgeboekt zijn.

Een typisch overblijfsel van de Russische overheersing: de vele prachtige metrostations.
Een typisch overblijfsel van de Russische overheersing: de vele prachtige metrostations.© Sebastiaan Bedaux

Nieuw tijdperk

En dus zit ik een dag na aankomst op de Afrosiyob, de moderne sneltrein die over de oude zijderoute zoeft, in de voetsporen van tot stof weergekeerde avonturiers als Dzjengis Khan en Alexander de Grote. Eenmaal aangekomen in Samarkand leidt een jonge politieagent me via de vipruimte van het station naar buiten, waar hij me – opnieuw uit het zicht van bazen en collega’s – om een foto vraagt, type staatsieportret. “Rahmat”, mompelt hij, terwijl hij zichzelf keurt op het schermpje van mijn fototoestel. Dank. Dan pas valt me op dat ik lang niet de enige ben met flink wat fotoapparatuur, laat staan de enige toerist. “Tot voor kort was het voor buitenlanders erg lastig om een visum te regelen”, verduidelijkt stadsgids Fatima, die me opvallend hip gekleed, kortgerokt en kleurrijk opgemaakt opwacht. Ze maakt kennelijk een punt van de vele vrijheden in haar land en weerlegt bijgevolg enkele hardnekkige vooroordelen over Oezbekistan. Vrouwonvriendelijk? Streng islamitisch? Ouderwets? Nonsens. “Maar met de benoeming van onze nieuwe president ( Mirzijojev, red.) brak een nieuw tijdperk aan. Hij schafte begin 2019 de visumplicht af voor reizigers uit een zeventigtal landen. Vandaar de enorme toeristische groei.”

Oasestad Samarkand, ooit een belangrijke halte op de zijderoute, is uitgegroeid tot een van de belangrijkste toeristische trekpleisters.
Oasestad Samarkand, ooit een belangrijke halte op de zijderoute, is uitgegroeid tot een van de belangrijkste toeristische trekpleisters.© Sebastiaan Bedaux

Om mee te pronken

Het duurt niet lang voor ik besef op wat voor toeristische goudmijn Oezbekistan al decennialang stiekem zit. Fatima neemt me achtereenvolgens mee naar het Ulugh Beg Observatory, het mausoleum Shah-i-Zinda, de Bibi-Khanummoskee en het centrale plein Registan, zonder twijfel het pièce de résistance in Samarkand. De madrassa’s (islamitische scholen), moskeeën en mausolea kleuren goudgeel in de brandende herfstzon en zijn in zo’n perfecte staat dat ik haast achterdochtig word. Alsof ze er nog vlug vlug zijn neergepoot. Maar Fatima stelt me gerust. Alles is hier minstens vier-, vijf-, zelfs zeshonderd jaar oud. Handelaars op de zijderoute in de late middeleeuwen kregen exact hetzelfde plaatje voorgeschoteld, besef ik, een welvarende en oogverblindend mooie oasestad in een verder kurkdroge, loeihete woestenij. De recente Oezbeekse glasnost lijkt plots de logica zelve. ” If you have it, flaunt it“, glimlacht Fatima. Als je het hebt, pronk er dan mee. Nou!

Kleurrijk Oezbekistan: een verborgen parel herrijst uit haar as
© Sebastiaan Bedaux

Openluchtmuseum

Vertel een familielid, vriend of collega over Oezbekistan en je wordt bedolven onder de opgetrokken wenkbrauwen, bezorgde blikken en nieuwsgierige vragen. Met stip op nummer één: is dat niet gevaarlijk? Niet dus. Sterker nog: er zijn weinig landen waar ik me meer op mijn gemak voel. In de sneltrein naar Buchara laat ik deze woorden van Fatima nog even nazinderen: “Wat had je gedacht? Dat wij ons hier op ezels verplaatsten? Vergeet niet dat dit nog een jonge natie is.” Goed punt.

Kleurrijk Oezbekistan: een verborgen parel herrijst uit haar as

In Buchara word ik opnieuw verrast door mijn gids: M., wiens volledige naam ik wegens zijn geaardheid niet durf te publiceren. Homoseksuelen riskeren in Oezbekistan een gevangenisstraf van drie jaar, al geldt dat enkel voor mannen. Vrouwen mogen zo homoseksueel zijn als ze maar willen. Een duidelijk geval van genderdiscriminatie, maar op een vrouwvriendelijke manier. M. bereidt me voor op een propvolle tweedaagse in wat hij ‘de parel van Oezbekistan’ noemt. Zulke beloftes heb ik al vaker gehoord, maar na een bezoek aan het Ismail Samani Mausoleum, het Po-i-Kalyan Complex en de Ark van Buchara bied ik geen weerwerk meer. “Buchara herbergt meer dan 350 moskeeën, meer dan 100 religieuze colleges en meer dan 140 architecturale monumenten. Buchara is eigenlijk meer een openluchtmuseum dan een stad”, grapt M. Leuk weetje: Buchara is uitgeroepen tot wereldwijde Hoofdstad van de Islamitische Cultuur in 2020.

Een toeriste bewondert de pracht van Khiva.
Een toeriste bewondert de pracht van Khiva.© Sebastiaan Bedaux

Rondom woestijn

Nog een leuker weetje: er bestaan op heel deze planeet slechts twee double landlocked landen en Oezbekistan is er één van. Landlocked betekent dat het land niet grenst aan een oceaan. Zo zijn er wereldwijd vierenveertig. Double landlocked betekent dat ook de buurlanden niet grenzen aan een oceaan. En zo zijn er dus maar twee: Oezbekistan en Liechtenstein. Het zijn zulke gedachten die me op de lange, stoffige weg van Bukhara naar Khiva – hier rijdt helaas nog geen trein – bezighouden. Zou dat kunnen kloppen? Het landschap rondom me lijkt gedwee in te stemmen. Tot mijn chauffeur na een uur of zes gaten ontwijken plots pauzeert aan een meer. Ik word wakker geschud door een onverwacht sms’je: ‘Beste klant, prettig verblijf in Turkmenistan.’ Pal op de grens tref ik een haveloos huisje met opschrift WC. Doorspoelen en wegwezen.

Het Sha-i-Zinda Mausoleum behoort tot de beroemdste begraafplaatsen in Centraal-Azië.
Het Sha-i-Zinda Mausoleum behoort tot de beroemdste begraafplaatsen in Centraal-Azië.© Sebastiaan Bedaux

Het mooiste plekje

Gelukkig is het van hieruit niet ver meer naar Khiva, de wonderbaarlijke oasestad in de Karakumwoestijn waarvan de binnenstad Itchan Kala het in 1990 als eerste plek in Oezbekistan tot UNESCO Werelderfgoed schopte. Met een beetje slechte wil zou je Khiva anno 2019 een toeristenval kunnen noemen, maar dat zou beledigend en onterecht zijn. Het stadje is gevuld met minaretten, mausolea, musea en andere highlights die reizigers uit de hele wereld moeiteloos met bewondering vervullen. Een Brugge of Venetië in zakformaat. “Toch is het zeker geen dode stad”, benadrukt mijn nieuwe stadsgids Kamaladdin, die zich voorstelt als Aladdin. Hij maakt een gebaar alsof hij over een wonderlamp wrijft. “Binnen de eeuwenoude stadsmuren wonen ongeveer 3000 mensen. Het is dus geen openluchtmuseum dat ’s avonds sluit. In de lente en zomer komen daar nog een hoop toeristen bij. Als de toeristische groei aanhoudt, ben ik wel benieuwd wat er met Khiva gaat gebeuren.” Ik knik. Het is nu al een drukte vanjewelste in de binnenstad, en het treinspoor naar Khiva is nog in aanbouw. De massa zal straks in lange rijen moeten staan om bijvoorbeeld de Juma Mosque in te duiken, een woud met 213 gebeeldhouwde houten zuilen dat dienstdoet als vrijdagse moskee. Zou dit het allermooiste plekje in Oezbekistan kunnen zijn, vraag ik me hardop af. Kamaladdin knikt minzaam.

Het eeuwenoude centrum van Bukhara is een absolute must voor elke toerist in Oezbekistan.
Het eeuwenoude centrum van Bukhara is een absolute must voor elke toerist in Oezbekistan.© Sebastiaan Bedaux

Eenmaal terug thuis, na een uitstekende vlucht in de businessclass van Uzbekistan Airways, word ik overladen met whatsapps van een onbekend Oezbeeks nummer. Of ik die honderd dollar nog kan betalen. En of ik dat met Visa of Mastercard wil doen. Hij meende het dus. Ik vraag zijn naam en rekeningnummer en meld dat ik wel wil betalen, maar dat ik zijn naam dan moet doorgeven aan het ministerie van Toerisme voor een reçuutje. De keuze is aan hem, bluf ik. Het wordt stil aan de andere kant. Even later verschijnt het laatste bericht uit Oezbekistan: ‘Sorry, sir.’ Verbouwereerd blijft hij achter, zo beeld ik mij in, met een grijns op mijn gezicht.

Heen en terug

Reis: ik vloog met Uzbekistan Airways van Parijs naar Tasjkent. De Oezbeekse vliegtuigmaatschappij vliegt in Europa ook vanuit Frankfurt, Londen, Milaan, Rome, Riga en Istanboel. Vluchttijd vanuit Parijs bedraagt ongeveer 6 uur. Meer info: uzairways.com. Prijs h/t vanaf 550 euro. Een officiële upgrade naar businessclass kost ongetwijfeld veel meer dan 100 dollar.

Slapen: ik sliep in hotels die ik liever niet wil vermelden, omdat de toeristische dienst van Oezbekistan alles last minute regelde en er daardoor geen plaats meer was in fatsoenlijke hotels. Ik maak hier overigens een uitzondering voor hotel Orient Star in Khiva.

Betalen: in Oezbekistan betaal je met Oezbeekse sum. Haal 100 euro af en je bent miljonair in Oezbekistan (1 euro = 10.370 sum).

Trips: de hogesnelheidstrein Afrosiyob rijdt momenteel tussen Tasjkent, Samarkand en Bukhara. Voor het traject Tasjkent-Samarkand betaal je 8, 6 of 4 euro, afhankelijk van de klasse.

Gids: een Engelstalige gids is in Oezbekistan is geen overbodige luxe.

Seizoen: De beste periodes om Oezbekistan te bezoeken zijn de lente of de herfst. In de zomermaanden loopt het kwik er op tot 50 graden Celsius, in de winter zakt het tot min 20.

Culinair scoort Oezbekistan best aardig: lekker, vers en uiterst goedkoop. Het nationale gerecht is plov (spreek uit: pilav), een rijstgerecht met vlees (in ontelbaar veel variaties).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content