De afgelopen vier dagen zijn op de flanken van de Mount Everest drie bergbeklimmers omgekomen en worden twee anderen vermist net onder de 8.848 meter hoge top.
Vier bergbeklimmers kampen met bevriezingsverschijnselen. “Van twee Indiase klimmers hebben we sinds zondag geen nieuws meer”, zei Ang Tshering Sherpa, voorzitter van de Nepal Mountaineering Association, maandag. De organisatie verklaarde dat te veel klimmers en nauwe doorgangen hoog op de berg mogelijk hebben bijgedragen tot de dodelijke incidenten.
Volgens Ang Tshering was dit een door de mens veroorzaakte ramp die had kunnen voorkomen worden door beter ploegenmanagement. “De laatste twee rampen op de Everest werden veroorzaakt door de natuur, maar deze niet.”
Een Indiase klimmer is maandag gestorven terwijl hij naar beneden werd gegidst, enkele dagen na de dood van een Nederlander en een Australische. Twee andere Indiase bergbeklimmers worden vermist.
Meer dan 350 klimmers hebben in mei de Nepalese kant van de top van de Everest bereikt, terwijl ook enkele mensen de Tibetaanse kant beklommen. De maand mei is de piekperiode, waarin honderden klimmers proberen de top van de Everest te halen, tijdens enkele schaarse momenten van goed weer. De voorbije jaren is het aantal klimmers echter zodanig gestegen dat er moet aangeschoven worden aan de vaste touwen richting top, vooral in de gebieden boven de South Col van Base Camp 4. (Belga)
