Wat moet je zien?

Slot Akershus
Dit kasteel is een echte must voor iedere Oslo-bezoeker. Het gebouw is één van de weinige overblijfselen van de Oude Stad die in 1624 afbrandde. De indrukwekkende kerkers, bankethallen, balzalen, en de kapel, die nu nog altijd voor koninklijke aangelegenheden gebruikt wordt, zijn heel goed bewaard gebleven.

De kapel bevat de crypten van koning Håkon VII en Olav V. Tijdens de 2e wereldoorlog fungeerde het slot als gevangenis waar heel wat Noorse vrijheidsstrijders zijn geëxecuteerd.

Het slot wordt omgeven door mooie parken waar je kunt genieten van prachtige uitzichten. In de zomer worden hier concerten, dansvoorstellingen en theaterproducties gehouden.

Munch-museum
Het Munch-museum in Tøyen opende in 1963. De schilder Edvard Munch (1863-1944) schonk in 1940 alle werken die nog in zijn bezit waren aan de stad Oslo. De verzameling omvat schilderijen (o.a. “De Schreeuw” en “Het Zieke Kind”), tekeningen, houtsneden, etsen, zeefdrukken, originele platen voor houtsneden en steendrukken en geëtste koperplaten -in totaal 22.524 catalogusnummers- en is van onschatbare waarde.

Vigelandsmuseum
Het Vigelandpark in het Frognerpark is beslist een bezoekje waard. De beeldhouwer Gustav Vigeland (1869-1943) werkte dertig jaar lang aan zijn monumentale beeldenwereld van mensen en dieren uit ijzer, brons en steen.

In 1921 stond Gustav Vigeland al zijn originele modellen aan Oslo af. De stad kreeg ook de rechten op alle uitgevoerde en toekomstige werken. In ruil daarvoor richtte de stad een speciaal gebouw op, dat hij tot aan zijn dood als atelier, werkplaats en woning gebruikte. Sinds 1947 is het gebouw als museum ingericht.

In het park staan de Monoliet en het Levenswiel. De Monoliet bestaat uit één enkel, enorm granietblok waarin 121 menselijke lichamen gehouwen zijn.

In een steengroeve nabij de Zweedse grens kapte men in het begin van de jaren twintig een blok van 530 ton los. In 1926 kocht Vigeland het blok voor zijn park in Oslo aan. Het blok werd eerst verkleind (tot 234 ton) en daarna naar Oslo verscheept.

Het traject van de losplaats tot de uiteindelijke bestemming nam maar liefst vijf maanden in beslag. Elke dag werd zo’n vijftig meter afgelegd. In 1928 kwam het granietblok in het Frognerpark aan en werkten vier beeldhouwers zeven jaar lang aan de Monoliet tot hij zijn huidige vorm had.

Skimuseum Holmenkollen
Het Holmenkollen Skimuseum is het oudste skimuseum ter wereld (1923) en de meest bezochte attractie in Noorwegen. Je kan er verschillend soorten ski’s zien, gaande van Vikingski’s tot de nieuwste hypermoderne snufjes, en je krijgt een overzicht van 4000 jaar lattenhistorie.

En met de snowboard tentoonstelling bewijst het museum dat het met zijn tijd mee is. De ski-simulator geeft je tenslotte de kans om zelf Olympisch Kampioen schansspringen te worden. Van de schanstoren zelf heb je een prachtig zicht op Oslo.

Breng ook een bezoekje aan de Kollen Trol, de huistrol van Holmenkollen, ontworpen door beeldhouwer Nils Aas. Zijn beelden en monumenten zijn over heel Oslo te zien. De trol is 7 meter hoog en lijkt net uit de Noorse mythes en volksverhalen te zijn ontsnapt.

Vikingschipmuseum
Het bekendste museum op Bygodoy of het museumcentrum is het Vikingskiphus. In dit museum liggen (de resten van) drie opgegraven grafschepen uit de vikingtijd (rond 800), die in de afgelopen eeuw in de buurt van de Oslo Fjord werden opgegraven. Onder de drie het 22 meter lange Osbergschip, gebouwd tussen 815-820.

Kon-Tiki museum
De Kon Tiki was het vlot waarmee de Noorse ontdekkingsreiziger en etnoloog Thor Heyerdahl en vijf anderen in 1947 de Stille Oceaan overstaken. Daarmee wilde Heyerdahl bewijzen dat de eerste Polynesiërs uit Peru kwamen en niet uit Azië.

Naast dit houten vlot is er in het museum nog een tweede boot te zien, de Ra II, gemaakt van papyrus. Hier stak Heyerdahl in 1970 de Atlantische Oceaan mee over om te bewijzen dat volkeren al langgeleden met papyrusboten in staat waren tot zo’n oversteek.

Koninklijkpaleis
Aan het einde van de Karl Johans gata staat het machtige koninklijke paleis. Het paleis dat in 1848 werd afgewerkt is het symbool van koning Karl Johan, onder wiens regeerperiode (van 1818 tot 1844) de constructie is begonnen. Zijn standbeeld staat trots voor het prachtige gebouw. Het pittoreske park met meertjes en standbeelden is open voor het publiek. Elke dag gebeurt de wisseling van de wacht om 13.30 uur.

Ibsen Museum
Gewijd aan het leven en werk van Noorwegens grootste toneelschrijver: Henrik Ibsen. In het appartement op de hoek van de Arbiensgate waar het museum gevestigd is, bracht Ibsen de laatste 11 jaar van zijn leven door.

Een geleid bezoek aan het appartement laat je kennis maken met het leven en werk van de 19de-eeuwse auteur. Leuk detail: zijn studeerkamer ziet er nog precies zo uit als toen hij ze voor de laatste keer verliet.