Tijdens de regiofinales in aanloop naar de International Woolmark Prize tekenden ook twee Belgen present. De Canadees-Antwerpse ontwerper Devon Halfnight Leflufy nam deel in de categorie menswear.
De Woolmark Prize is een referentie in het modelandschap. De prijs die voor het eerst in 1953 door het International Wool Secretariat in leven werd geroepen werd gewonnen door een toen piepjonge Karl Lagerfeld en Yves Saint Laurent. Vandaag geldt de International Woolmark Prize niet enkel als een opstapje naar een bloeiende carrière, maar ook als een portfolio voor de creativiteit van jonge ontwerpers en de veelzijdigheid van wol als materiaal.
Dit jaar strijden meer dan 75 ontwerpers uit 62 landen -geselecteerd door de mode-pers en andere bevoegde instanties- om deze eer. Voor de echte wedstrijd kan losbarsten moest het spreekwoordelijke kaf nog van het koren gescheiden worden in zes regiofinales. Daar worden telkens twee finalisten – een voor menswear en een voor womenswear – geselecteerd en uitgenodigd voor de internationale finale.
In Milaan dingden twee Belgen mee naar het felbegeerde ticket voor deze finale die zal plaatsvinden tijdens de London Collections Men (mannencollectie) of Haute Couture in Parijs (vrouwencollectie) in januari. Kim Stumpf en Devon Halfnight Leflufy verdedigden onze driekleur, maar grepen net naast de prijs.
Devon Halfnight Leflufy is een in Canada geboren maar in Antwerpen gevestigde mode-ontwerper wiens afstudeercollectie aan de Antwerpse academie enthousiast onthaald werd en aan de rekken van Opening Ceremony terecht kwam. Hij ging eerst in opleiding onder Maria Cornejo en Walter Van Beirendonck om in 2013 zijn eigen label te starten.
Waar kwam je inspiratie voor je inzending vandaan?
Devon Halfnight Leflufy: Ik heb gewerkt rond het oeuvre van Ray Petri, de grondlegger van de Buffalo-stijl. Ik heb me laten inspireren door de manier waarop hij mannelijkheid afbeeldt, en door wat -in die tijd toch- beschouwd werd als het mixen van high en low fashion. Dat heeft menswear sinds de jaren tachtig enorm beïnvloed en ik ben er als ontwerper altijd ver vandaan gebleven, maar ik dacht: dit is een wedstrijd, hier kan ik dingen doen die misschien niet helemaal “on brand” zijn.”
Hoe is je capsulecollectie tot stand gekomen?
DHL: “Blijkbaar was wat ik wou behoorlijk ingewikkeld (lacht). Zo wou ik een digitale print op wol maken. Dat klinkt voor de hand liggend en saai, maar het is echt niet zo vanzelfsprekend. Wol is op zich niet wit, het is ecru, en zelfs wanneer je het serieus bleekt heb je nog altijd een beetje een gelige ondertoon. Ik ben dus naar één van de beste wolbedrijven in Como gestapt – waar ze eerst hun hoofd schudden – en samen hebben we aan een oplossing gewerkt. Daarnaast wou ik er ook een vergeten breitechniek – de punto Milano- in verwerken en heb ik geëxperimenteerd met waterafstotende lamswol, vilt en active wear.
Klinkt behoorlijk technisch, maar daarvoor hebben ze jou natuurlijk uitgekozen: je gaat niet gewoon een trui breien.
DHL: “(Knikt) Ik ga altijd voor de moeilijke projecten, de zaken waarvan mensen zeggen dat ze onmogelijk uit te voeren zijn. Dat vind ik een ontzettende uitdaging; om te zien of ik het toch niet kan, against all odds.”
Als je daar een kick van krijgt, hoe beleef je dan een wedstrijd zoals deze, waar je ongetwijfeld een lijst meekrijgt van dingen die wel of niet mogen?
DHL: “Mensen zeggen soms dat dit soort dingen hun creativiteit beperkt maar voor mij is dat net omgekeerd. In een wedstrijd kan ik net meer experimenteren, net omdat het niet voor de consument bedoeld is. Natuurlijk waren er wel een aantal hordes die je moet nemen, zeker omdat de wolindustrie ontzettend exclusief is en de fabrikanten gewoon zijn om te werken met de grootste huizen en de meest klinkende namen. Gelukkig opent Woolmark natuurlijk wel wat deuren … en heel erg hard aandringen ook.” (lacht)
Heb je dingen geleerd tijdens het ontwikkelen van je silhouetten die je zal meenemen voor je eigen lijn?
DHL: “Ongetwijfeld, al is het moeilijk om daar meteen mijn vinger op te leggen. Inspiratie komt altijd onbewust, al zal ik het achteraf wel kunnen pinpointen op een zeker moment in mijn designproces voor Woolmark.”
Je was ook geshortlist voor de prestigieuze LVMH-prijs. Hoe belangrijk zijn zulke initiatieven voor jonge ontwerpers?
DHL: “Het is altijd fijn wanneer een groot bedrijf kansen wil geven aan jonge creatievelingen, niet alleen krijgen ze zo erkenning van mensen in hun vakgebied, maar het is natuurlijk ook een mooie manier om in de aandacht te komen. Maar voor mij blijft het wel gewoon iets wat bij de job hoort.”
(KS)
Bekijk de winnende ontwerpen hier
