De special Zomermode maken we traditioneel in de donkerste dagen van het jaar. Al wordt het tijdens het wekenlange productieproces aarzelend maar onmiskenbaar lichter. Tegen de deadline kwekken er zelfs weer vogels. Het optimistische perspectief om eindelijk de winter te kunnen afschudden, krijgt er dit keer een uitnodigende prikkel bovenop : de zomermode is mooi, fris en modern.

In dit nummer loodsen we u enthousiast door de trends. Jesse Brouns doet verslag van op de internationale modepodia (‘Trendrapport’, pag. 53) en Audrey Heselmans toont in ‘8 hits’ (pag. 104) de belangrijkste stukken van het seizoen. Onze nieuwe vaste redacteur Guinevere Claeys start in schoonheid. In ‘Mooi zo’ (pag. 101) beschrijft ze de harmonieuze esthetiek in het modebeeld, het plezier “om ongegeneerd binnen de lijntjes te kleuren”.

Maar wat me opvalt en goedgezind maakt bij het bekijken van de collecties, is dat de retrogolf op de retour is. Toch even. De afgelopen seizoenen werden we om de oren geslagen met vintage en retrosilhouetten. Op de rode lopers van de Oscar- of Golden Globe-uitreikingen verschijnen almaar meer filmsterren in vintage avondjurken, een statement waarmee ze aanzien verwerven. Mij heeft het altijd verbaasd dat een creatieve wereld als de mode zo vaak en vooral zo letterlijk naar het verleden kijkt. Het verbaast me – en op een grijze dag kan het mij ook storen – dat Jackie O en Audrey Hepburn in modemilieus nog altijd als grote stijliconen worden opgevoerd. Braaf en saai, niet meteen wat je van vrouwenmode in het derde millennium zou verwachten.

Maar kijk, aan de zomerse einder verschijnen ontwerpers en collecties die resoluut modern zijn. Nicolas Ghesquiere doet het al jarenlang bij het huis Balenciaga : ondanks de uitnodigende erfenis van Cristobal Balenciaga om retro te gaan, creëert hij moderne collecties. Even baanbrekend, zo niet nog meer, als het werk van de meester in wiens schoenen hij stapte. Deze zomer zet hij met kant, ruches en borduursels een prachtig en romantisch beeld neer. Maar geen zweem van nostalgie, zijn vrouwen zien er modern uit, zonder op futuristische Barbarella’s te lijken. De Britse rijzende ster(ontwerper) Giles Deacon vertelde in The Independent dat hij voor zijn nieuwe collectie grote kuis gehouden heeft. “We wilden de silhouetten eenvoudig maken, maar niet basic, ze hebben nog altijd veel structuur. Maar we wilden geen te vanzelfsprekende referenties naar voorbije trends.” Deacons avondjurken, gedragen met een zijden parka, zijn simpelweg mooi en modern.

In dit nummer kijken we ook verder dan de zomer. De Britse academica Suzanne Lee schreef met Fashioning the Future, Tomorrow’s Wardrobe (pag. 191) een boek over de technologische en wetenschappelijke ontwikkelingen die op termijn onvermijdelijk de mode zullen beïnvloeden. Vooral de jurk uit de spuitbus is me bijgebleven. Maar het gaat om meer dan technologische snufjes. Lee wijst erop dat vernieuwen om te vernieuwen geen slaagkansen heeft. Alleen een creatieve verwerking van de techniek kan voor opwindend vuurwerk zorgen.

Zien we dan helemaal niet meer achterom ? Katia Vlerick doet het geïnspireerd. In ’10 dingen die we willen’ (pag. 70), beschrijft ze haar wenslijst voor de ideale zomergarderobe. De inhoud van haar kleerkast baadt sans gêne in een jarenzeventigsfeer, maar de eigenzinnige en relativerende mix die ze ervan maakt, laat er geen twijfel over bestaan : dit is 2006, niet 1976. Zo hebben we het graag.

Trui Moerkerke

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content