We zijn altijd een fan geweest van de Mercedes SLK, die zeven jaar geleden debuteerde en met zijn vaste plooidak voor redelijk geld twee karakters aanbood : dat van een cabrio en dat van een coupé. Zijn opvolger groeide in drie richtingen, werd 7 cm langer, erfde de inspirerende lijnen van de SLR en ziet er met zijn dubbele uitlaat patent uit. Ook het interieur oogt buitengewoon mooi, terwijl het toch sober bleef met wijzerplaten – op zijn Alfa‘s. De 200K die we ter kennismaking reden, heeft een 1.8-litermotor met compressor mee die evenveel vermogen heeft als de tweeliter van zijn voorganger, dat verklaart meteen de verwarrende type-aanduiding van het merk. Zijn dak plooit geheel elektrisch en iets sneller terug in de koffer, er zit standaard een automatische airco, een cruise control en een multifunctioneel stuur op. Het stuur is nu in beide richtingen verstelbaar, werd een stuk directer én preciezer : de chique kleine werd volwassen, zonder zijn aantrekkelijke speelsheid te verliezen. Hij werd ook duurder.

Met de viercilinder, gekoppeld aan een manuele zesbak en met de ruggensteun van de compressor is de 200K een levendige kompaan geworden waarmee het op een bochtig parcours bijzonder prettig rijden is. Waar hij aankomt, oogst zijn lijn lof : hij is de mooiste Mercedes van het moment. De rijder voelt er zich door de vorm van de stoelen ook beter in thuis, al zijn er ook storende elementen. Er is weinig opbergruimte in het interieur (wel twee netjes achter de stoelrug), de cupholder ontbreekt en de handrem staat irritant hoog zodat de verleiding groot is om een blikje frisdrank tussen de benen te klemmen, en dat staat heel weinig chique.

In de koffer werd het rolluik waaronder de bagage moet zitten om de kap open te plooien, vervangen door een soortement schelp, daaronder is nu 208 liter opbergruimte vrijgekomen, zo’n kwart meer dan voordien. En dat is best aardig voor een weekenduitstap met zijn tweeën. Wie met gesloten kap rijdt, vindt 300 liter laadvolume, 50 liter minder dan bij de voorganger. Doordat de tank groter werd, komt de SLK200 die gemiddeld 8 procent minder verbruikt dan de eerste generatie, een flink stuk verder en dat was echt wel nodig.

De eerste generatie bleek door zijn dubbele persoonlijkheid en zijn prijs een voltreffer. Zijn behoorlijk uitgeruste opvolger kost wel een flinke hap meer en de enthousiaste koper moet nu in het goedkoopste geval al 37.631 euro neertellen en dat laat ons vermoeden dat de ultrakorte SLA die we een paar jaar geleden op de salon in Genève zagen, misschien nog ergens staat te rijpen.

Pierre Darge

Waar hij aankomt, oogst zijn lijn lof : hij is de mooiste Mercedes van het moment.