In steden als New York, Londen en Parijs kan je in verschillende musea smakelijk en stijlvol tafelen. En bij ons? Een pijnlijke proeftocht langs de kunsttempels van ons land.

Je boterhammen meenemen. Dat lijkt zowat het beste advies dat je museumbezoekers in ons land kan meegeven. In de meeste restaurants en cafetaria’s van onze musea zijn aanbod, kwaliteit en bediening namelijk zeer bedroevend. Dat is spijtig, want musea beschikken vaak over prachtige ruimtes en er is het hele jaar door een potentieel cliënteel aanwezig. Restaurants in musea zijn voor menig toerist de eerste kennismaking met de Belgische keuken, het zou dus leuk zijn mochten zij het goede Belgische leven reflecteren. Helaas is het tegenvergestelde waar. De uitzonderingen binnen dit droevige gebeuren vormen Horta, de Brusselse brasserie van het Belgisch Centrum van het Beeldverhaal, en het Art Café / Resto Art van het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst in Oostende.

In het buitenland zijn er goede voorbeelden genoeg. In Parijs is er het degelijke Le Grand Louvre, het geanimeerde Café Beaubourg, de voortreffelijke Libanese en Marokkaanse keuken in het Institut du Monde Arabe… In New York heeft het Museum of Modern Art binnen zijn muren een uitstekend Italiaans restaurant, naast een selfservice die ook erg populair is. In de kelder van het Whitney in dezelfde stad kan je lekkere en gezonde broodjes en salades eten in een heel aangename omgeving. Dit soort museumrestaurants worden rendez-vous-plaatsen en trekken zelfs kantoormensen uit de buurt voor de lunch, die pikken dan ook al eens een tentoonstelling mee.

een russisch sfeertje

Het Jubelparkmuseum bestaat uit drie musea, waarvan het Koninklijke Museum voor Kunst en Geschiedenis het belangrijkste is. Het museum geeft onderdak aan verzamelingen Europese sierkunsten, nationale archeologie en oudheid, en objecten uit niet-Europese beschavingen. Het restaurant is te bereiken via de rotonde en bestaat uit ruime lokalen die met het hoogstnodige werden ingericht. In deze kale, koude en holklinkende ruimtes troffen wij om 13 u.30 een groep museumbewakers en onderhoudspersoneel aan de koffie. Het tafereel deed denken aan een bijeenkomst van functionarissen in een Russisch regeringsgebouw. Wij namen een dienblad en bestek en schoven langs het buffetmeubel. Karig was het aanbod: in de grote vitrinekast stonden welgeteld zes in cellofaan verpakte sandwiches, vier weinig appetijtelijk ogende salades en een kuipje joghurt van Danone. De rest van de buffettafel werd ingenomen door lege glazen, een fruitmand met één appel en één sinaasappel, drie aangesneden taarten en een uitbreid assortiment snoepgoed. Toen wij soep vroegen, antwoordde de onverschillige dame achter de kassa “ik zal vragen of dat nog mogelijk is.” Die soep kwam, en was een industriële minestrone zonder verdiensten (75 fr.). De gemengde salade met charcuterie en een paar druiven was saai, en dringend aan consumptie toe (250 fr.). Wil men uitgebreider eten, dan is er Restoworld, het restaurant van Autoworld, dat zijn ingang heeft aan de Esplanade van het Jubelpark. Restoworld is ook voor niet-museumbezoekers toegankelijk. Vanuit de eetzaal heeft men een panoramisch zicht over de in de belle-époque-hangar tentoongestelde voertuigen. Warm eten kan men volgens de vermelding op de spijskaart van 12 tot 15 uur, en er is een dagmenu voor 320 fr. Wij kwamen om 14 u.30 en troffen nors personeel dat aan het opruimen was en geen zin had in een late klant. Omdat het menu niet meer voorradig was, namen wij een drankje en waren er getuige van hoe de barman een groep Japanse toeristen blaffend duidelijk maakte dat er voor het gebruik van het toilet 15 fr. diende betaald te worden.

In het Jubelparkmuseum loopt van 4 juni tot 23 augustus een tentoonstelling over de geschiedenis van het circus. Jubelpark 10, 1000 Brussel. Tel. (02) 741.72.11.

Autoworld stelt zijn permanente collectie tentoon. Jubelpark 11, 1000 Brussel. Tel. (02) 736.41.65.

langs de wilde beesten

In het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren kom je langs zalen vol opgezette wilde beesten aan in Simba, het museumrestaurant. De koloniale inrichting schept sfeer, die gedeeltelijk wordt tenietgedaan door het lege koelmeubel. Bij mooi weer gaan de deuren naar het binnenplein open. Daar, in de plastieken tuinstoelen op het gras tussen de Afrikaanse beelden, is het bij mooi weer aangenaam toeven. Simba heeft een beperkte spijskaart met clubs, salades en een viertal warme gerechten. Een houten standbeeld van een zwarte presenteert een leien bord met een drietal dagsuggesties. Wij kozen een salade folle (245 fr.) en gevulde aubergine Ngaï-Ngaï (265 fr.). Het personeel was vriendelijk en hulpvaardig. De gerechten kwamen op elegante borden met daarop papieren servetten in bijpassende kleur. De salade folle bestond uit vleeswaren, gerookte zalm, terrine van groentemousse en salades: alles in royale hoeveelheden en in goede hoedanigheid. De aubergine was gevuld met kruidengehakt en kreeg een Afrikaanse tomatensaus, gemengde salade en rijst mee. Ook dit gerecht was in orde.

Koninklijk Museum voor Midden Afrika: Leuvensesteenweg 13, 3080 Tervuren. Tel. (02) 769.52.11. Van 29 mei tot 19 september loopt de tentoonstelling “Het tweede gezicht” over Afrikaanse maskers.

lekkere strips

Het Belgisch Centrum van het Beeldverhaal heeft naast permanente en tijdelijke tentoonstellingen, een bibliotheek, een boekhandel, een art shop en een drukbezocht taverne-restaurant. Dit alles is ondergebracht in een sierlijk art-nouveaugebouw, dat de stoffenkoning Waucquez in het begin van de eeuw door Victor Horta liet tekenen en in de Zandstraat liet bouwen. In die tijd behoorde de Zandstraat tot een van de betere wijken van Brussel. Die gouden tijd is voorbij en nu staan heel wat panden te verkrotten. De verpaupering belet de Brusselaar niet om onder het middaguur naar Horta te trekken, het restaurant van het Belgisch Centrum van het Beeldverhaal. Horta is een drukbezochte ontmoetingsplaats. Het gezellige gebeuren toont dat een museumrestaurant meer kan zijn dan een sinister cafetaria. Naast onvergankelijke Brusselse gerechten, zoals vol-au-vent (370 fr) en stoemp met worst (370 fr.), zijn er ook elegantere seizoensuggesties voorhanden, zoals rundcarpaccio (410 fr.) en krab gevuld met rijst en saffraan (530 fr.). Wij proefden van correcte garnaalkroketten (340 fr.) en een rustieke maar smakelijke Vlaamse karbonade met goede frieten (370 fr.) en gingen voldaan van tafel.

Belgisch Centrum van het Beeldverhaal: Zandstraat 20, 1000 Brussel. Tel. (02) 219.19.80.

op kale formica

De Koninklijke Musea voor Schone Kunsten beschikken over een uitgestrekt cafetaria-restaurant, dat door de akoestiek doet denken aan een stationshal en door de inrichting aan een refter van een internaat. Op het middaguur schuiven museumbezoekers en gidsen in rij langs het buffetmeubel. Via de afdeling gebak, langs de kaasschotels, de salades en een ruime keuze sandwiches tot aan de warme sectie. Daar wordt het eten in stalen bakken au bain-marie op temperatuur gehouden. Je kan kiezen uit gehaktballetjes in tomatensaus, opgevulde kalkoen, spaghetti, karbonade en vis met spinazie. Het werd kabeljauw, vers en opgediend met roomspinazie en aardappels (290 fr.). Als extraatje kwam een portie met ui aangemaakte diepvriesworteltjes en als drank een mini-flesje Pré-Fleuri: karakterloze witte wijn die tot stand kwam door wijnen uit verschillende Europese landen te mengen (75 fr.). Er wordt gegeten op dienbladen, op kale formica tafelbladen en na de maaltijd zet men de vuile vaat in een mobiele kast. In dit museum wordt warm gegeten van 12 tot 14 u.

Koninklijke Musea voor Schone Kunsten: Regentschapsstraat 3, 1000 Brussel. Tel. (02) 508.32.11. De tentoonstelling over René Magritte loopt tot 28 juni.

geen eetcultuur

We meenden ons te herinneren dat de cafetaria van het Museum voor Hedendaagse Kunst in Antwerpen een aangename plek was. Toen we op de eerste zonnige zondag de installaties van Ilya Kabakov gingen bekijken, dachten we op het dakterras met uitzicht op de Schelde te kunnen lunchen. Er zaten een paar Hollandse dames met koffie op de niet-afgestofte banken in de zon, maar er was nog niet echt aan een zomerinstallatie gedacht. Een week later zou daar een kunstwerk van de door glas bezeten Griek Costas Varotsos een plaats moeten vinden. Hopelijk voor hem en voor de bezoekers ziet de plek er ondertussen wat vrolijker uit.

Een eerste blik op de kaart met een lange lijst van slaatjes, quiches, croques en omeletten geeft ons niet veel hoop. Net zo min als de opgewarmde prak die een museummedewerker aan de tafel naast mij snel naar binnen schoffelt, met als begeleiding een sherry (!). Hier is duidelijk geen eetcultuur aanwezig.

Wij bestellen een dagsoep en een salade niçoise. Er zijn slechts tien andere gasten in de cafetaria, maar toch duurt het bijna 20 minuten voor de soep op tafel komt. Een bak groentesoep met balletjes uit een ziekenhuiskeuken, waaraan we meteen onze smaakpapillen schroeien omdat ze te lang in de microgolfoven heeft gestaan. Daarbij komt een kartonnen broodje en een potje boter.

In een salade niçoise horen hardgekookt ei, prinsessenboontjes, tonijn, wat olijven, uien en krokant-verse sla. Wij krijgen een bord, tot de rand gevuld met slappe sla, erwtjes uit blik, onbestemd droog wortelschraapsel, een pepertje, vier schijfjes ei, tomaat, een paar olijven en, verdoken onder dat alles, een hap van de meest onsmakelijke tonijn ooit geproefd. Het slaatje ziet er niet uit en het smaakt nergens naar. Het glas rode azijnwijn kan ons ook al niet opvrolijken. De koffie hebben we dus maar elders gedronken. Maar we hebben dan ook slechts 350 fr. betaald. Zonde toch, want de ruimte met de overheersende Keith Haring-muurschildering is best aangenaam. Misschien moet de directeur van het museum eens een rondgang maken langs een aantal broodjeszaken en salad-bars op het Zuid om ideeën op te doen.

Muhka, Leuvenstraat, 2000 Antwerpen, cafetaria open van 10 tot 17 u. Tel. (03) 238.59.60. De Kabakov-tentoonstelling loopt nog tot 23 augustus, Costas Varotsos tot 21 juni.

dag dagschotel

Op zaterdag lopen we het Antwerpse Museum voor Schone Kunsten binnen. Alleen de afdeling Oude Kunst is open, dus zijn we sneller rond dan verwacht en belanden we om 12 uur in het Museumcafé. Het meisje achter de toonbank van dit selfservicerestaurant meldt dat de dagschotel die je er normaal voor 250 fr. kan krijgen, nog niet aangekomen is. Dan maar een focaccia-broodje met tomaat, mozzarella, basilicum en gerookte ham. Dat komt warm getoast op tafel en is lekker, het glaasje witte wijn is correct. Samen kost dat 180 fr. ’s Anderendaags doen we een nieuwe poging, want die dagschotel maakt ons nieuwsgierig. Om 13 uur zijn er een drietal tafels bezet en het enige personeelslid zegt mij dat het erg druk is en dat ik toch een half uur zal moeten wachten op de zondagse dagschotel-lasagne, want ze heeft het te druk met slaatjes bereiden. Dan ook maar een slaatje met Oostendse garnalen en tomaat voor ons. Het is in ieder geval een pluspunt dat het op het moment zelf bereid wordt in de open keuken. Het pilsje dat we uit de koeltoog nemen is lauw, 10 minuten later staat er een miniem maar lekker slaatje op tafel: een paar blaadjes kraakverse krulsa, een in vier gesneden tomaat, een handjevol grijze garnalen, wat gele paprika, een radijsje en een paar olijven met een pittige, apart geserveerde vinaigrette, geen brood. Tot slot komt er een lekkere espresso. Totaal: 260 fr.

Het Museumcafé zit samen met de Museumshop weggestopt in de kelder en is erg koel en nogal smakeloos ingericht, met grijs marmer en grijze meubels en hier en daar een tikje rood. Het is er ook doodstil, een beschaafd streepje muziek zou hier niet misstaan. Je kan ontbijten in het Museumcafé, voor 95 fr. krijg je een kop koffie, een croissant en een broodje met confituur en boter. Er staan croques en mini-pizza’s op de kaart, een reeks slaatjes en diverse broodjes. Hopelijk is er tijdens de tentoonstelling Breughel-Brueghel meer personeel en komt de dagschotel iedere dag op tijd aan.

Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Leopold De Waelplein, 2000 Antwerpen. Tel. (03) 238.78.09. Open van 10 tot 17 u., behalve op maandag. Tot 26 juli loopt nog de tentoonstelling Breughel-Brueghel.

een menu magritte

Bij het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst in Oostende hoort een Art Café met op de eerste verdieping een Resto Art. In het eerste kan je iets drinken of eten; als je het trapje oploopt is het om te tafelen. Wij kiezen een plaats in het café met uitzicht op een knalgele koelkast, en zijn in volle bewondering voor het design en het comfort van de stoelen: een ijzeren frame, een lederen kussen en een houten rug die meekantelt volgens je eigen wensen. Op de achtergrond klinkt klassieke muziek en er liggen leesstokken met de kranten van de dag.

De kaart vermeldt Ceci n’est pas à manger, maar dat is natuurlijk niet meer dan een knipoog naar de tentoonstelling. De tomatensoep heet voor de gelegenheid La parole donnée en de salade niçoise L’oiseau du ciel. Er is een menu Magritte voor 850 fr., met garnalencocktail, gegrillde zalm met rode wijnsaus en pasta, en tot slot een mokkabavarois. Wij kiezen voor de dagschotel van 395 fr.: een garnaalkroket, gevolgd door een kipfilet met currysaus en basmatirijst. De kroket is wat ze zijn moet: een smakelijke, garnaalrijke vulling in een krokant jasje vergezeld van brosse gefrituurde peterselie. De kip is mooi gebraden, de currysaus zacht, en de rijst droog zoals het hoort. Onze enige klacht betreft het mandje gevuld met minabel stokbrood.

Het Art Café/Resto Art is een aangename plek die bezocht wordt door museumbezoekers én Oostendenaren. Je kan er binnen langs het museum of langs de straatkant.

Art Café/Resto Art, Romestraat 11, 8400 Oostende, Tel. (059) 80.56.86. De tentoonstelling “René Magritte en de hedendaagse kunst” loopt nog tot 28 juni.

(Streamer)

Pieter van Doveren, Tessa Vermeiren en Pol Moyaert Tekening Tom Hautekiet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content