Een huis op een van de onlangs aangelegde eilanden in het Amsterdamse IJ : een koppel projectontwikkelaars experimenteert hier met een nieuwe vorm van bouwen en wonen. Tegelijk modern en met zin voor traditie.

de IJburg-archipel ten oosten van Amsterdam groeit gestaag. In 2001 kwamen de eerste pioniers in deze urban designed area wonen, onder andere op Steigereiland en Kleine Rieteiland. In 2009 betrokken ook Anouk Roelofs en Joost van de Weg samen met zoon Tijn (en inmiddels ook met zoon Doeke) hun woning op Steigereiland. Het pand telt vier verdiepingen, tot vier meter hoog, en in totaal 250 vierkante meter leefruimte. Het is een project van eigen hand, want beide bewoners zijn projectontwikkelaars van beroep en waren bij machte het gehele proces, van architectuurontwerp tot bouwbegeleiding, zelf te doen.

Voorheen hadden zij jaren in Oud West gewoond, waar zij een historisch pand hadden gerenoveerd, opgesplitst en in delen doorverkocht. Daarna was het tijd voor een nieuw initiatief. Joost van de Weg : “We hielden nauwlettend alle bouwprojecten rond Amsterdam in de gaten. Bij IJburg wisten we meteen dat het goed zat : het stedenbouwkundig plan, de variatie tussen de eilanden, met elk zijn architectuurconcept, en daarbij ook nog de ‘Amsterdamse’ voorzieningen zoals gespecialiseerde winkels, kleine boetieks, trendy restaurants en coffeeshops. Er moeten nog enige jaren overheen gaan om het hier ‘doorleefd’ te krijgen, maar de basis voelt goed.”

“We waren er als de kippen bij, maar zijn helaas tweemaal uitgeloot. Eenmaal voor de eerste fase op Steigereiland, en daarna ook voor de waterwoningen. Bij de tweede fase werden we gelukkig ingeloot. Het kavel meet 6 op 21 meter, het huis kreeg een afmeting van 6 op 11 meter. Binnen de randvoorwaarden van het concept mocht je ruim vier lagen bouwen. Dat hebben we ook compleet benut. Waar vind je nog zo’n huis met zulke afmetingen, met alle voorzieningen op loopafstand en dicht bij het centrum van Amsterdam en de ring A10 ?”

Typisch Amsterdams

“We wilden een eenvoudig en simpel ontwerp dat goed te bouwen was. We kozen voor een typisch ‘Amsterdams’ concept, een royale bel-etage met verder drie verdiepingen, met in de gevel telkens drie ramen. We hebben zelf de eerste ontwerpschetsen gemaakt. Op de begane grond was het oppervlak te klein om alle woonruimtes te kunnen herbergen. Gezien we geen achterom hebben, moest er ook nog een berging bij de voorgevel, wat ook weer twee vierkante meter kostte. Dus is het wonen nu over twee extra hoge verdiepingen verdeeld. Op de begane grond de keuken en het eetgedeelte, met zicht op terras en tuin. Een afzonderlijke entreehal hebben we maar laten vallen, je komt van buiten nu direct in de belangrijkste leefruimte. Die hebben we ook heel open naar de straat gehouden. We vinden het beiden belangrijk om het leven op straat te zien en te ervaren. Het bijkomend voordeel is ook dat de ‘hal’ nu een lekkere speelplek is voor Tijn en ook voor Doeke, die net geboren is.”

“Op de eerste verdieping hebben we, zoals gezegd, eveneens voor hoge plafonds gekozen, dat geeft kwaliteit aan de ruimte. We hadden in de toegelaten hoogte van het pand nochtans vijf woonlagen kunnen realiseren. Het was ook belangrijk om een goede en functionele plek voor het trappenhuis te vinden. We hebben vele studies en maquettes gemaakt, want uiteindelijk bepaalt het trappenhuis je ruimtedeling in links en rechts en voor en achter. Het is nu redelijk in het midden geplaatst en gaat ‘organisch’ op in wanden en plafonds.”

“De laatste maquette die we hebben laten maken, heeft enige tijd in mijn bureauruimte gestaan. Iedereen die passeerde, gaf er zijn mening over, maar er werden ook handige tips gegeven, van constructeurs en collega-architecten. Die hebben Anouk en ik in overleg met elkaar weer verwerkt. We voelen én vullen elkaar heel goed aan. Samen hebben we het onderzoek gedaan naar de metselstenen, naar de kleur van steen en voeg, en hebben daarmee proeven gedaan. Hoe ze bijvoorbeeld verkleuren als ze nat zijn. Dat was een interessant traject.”

Wonen in de stad

“Ten tijde van het ontwerpproces zijn we veel op pad geweest, hebben we vele architectuurprojecten bekeken en indrukken opgedaan”, vervolgt Joost. “We zijn zelfs richting La Rochelle in Frankrijk gereden om een bepaalde zandsteen te bekijken. Die steenkleur hadden we in gedachten, omdat er al zoveel zwart werd gebruikt op IJburg. Toen het huis af was, gaf het totaal een licht ‘klassiek’ gevoel, met zijn metselwerk in zandsteen en de ‘Amsterdamse’ gevel.”

Anouk : “De overgang tussen de ‘klassieke’ buitenkant en de ‘moderne’ binnenkant begint bij de voordeur. Over de hele benedenverdieping ligt een moderne lichtgrijze gietvloer. Daarna hebben we het contrast verder aangeschept, met strak en modern, lichtgrijs stucwerk, geen plinten, detailleringen of ornamenten.” Joost : “De heldere kleur van de woonruimte vormt een mooie combinatie met het donkere antraciet van de zijmuur. Eerst hebben we die donkere tint op de keukenkasten aangebracht, en daarna pas op de tegenoverliggende wand. Het geeft een intiem gevoel aan de ruimte op de begane grond. Voor warmte zorgt niet alleen het eikenhout van de keuken, de trap en alle kastenwanden, maar ook de stoere, sloophouten eetkamerstoelen van Piet Hein Eek en de eiken tafel van Arco.

“Zo’n kavel kopen en een huis zelf ontwerpen is eigenlijk héél on-Nederlands. Architectuur zit ons Hollanders in de genen, maar zelfbouw wat minder. In Nederland is het wat vaker door de overheid voorbedacht en ingevuld, waardoor het ontbreekt aan persoonlijkheid.” Anouk : “Iedereen wil graag twee bouwlagen met een zolder, auto voor de deur, een grote tuin. Maar langzamerhand ontstaat bij projectontwikkelaars het besef dat de tweede dimensie steeds belangrijker wordt, die van stedelijke dichtheid : winkelvoorzieningen, openbaar vervoer en sportcomplexen.” Joost ten slotte : “Daarom is IJburg ook zo’n mooie proeftuin voor architectuur en wonen. We moeten als projectontwikkelaars voor de toekomst minder in standaarden denken, onorthodoxer zijn met onze projecten en ontwerpen voor huizen en / of appartementen, en beter de pluriforme woonwensen van mensen in de gaten houden. Ik bedoel hiermee, geen cascoprojecten opleveren maar de mensen meer een platform aanbieden waar ze zelf invulling aan kunnen geven.

Info : De Ruimteontwikkeling, www.drpo.eu

DOOR MARC HELDENS

“Waar vind je nog een huis met zulke afmetingen, met alle voorzieningen op loopafstand en dicht bij het centrum van Amsterdam ?”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content