In Nederlands Limburg bevindt zich op de oever van de Maas een tuin die zijn gelijke niet heeft: een mengeling van Aziatische vormelijkheid en een mediterrane sfeer.

Het eerste wat opvalt als je de wereld van Han Njio nadert, is het landschap dat zich voor je ogen ontvouwt. Op een drukke rotonde in Maastricht neem je richting Bemelen. Enkele honderden meter verder kom je aan de kerk van dit Nederlandse dorpje. Daar rijd je een helling naar beneden en komt een immens landschap van golvende velden op je af, net zoals in een film. Rechts van de weg zie je een oude, blauwgeverfde hoeve. Het blauw is met de jaren wat fletser geworden. Maar hoeveel jaren: tientallen, honderden?

“Dit blauw is typisch voor de hoeven in de streek”, zegt de bewoner, Han Njio. Aan de achterkant van het huis draagt een andere verkleurde tint bij tot de mediterrane sfeer in de halfgesloten tuin, waar twee essentiële leefruimten op uitkomen, de keuken en het atelier. De zuiderse sfeer wordt nog versterkt door iets wat op grote, groene kaarsen lijkt. Het blijken buxusplanten te zijn die in de vorm van cipressen werden gesnoeid. Daarachter: een boom met hoge vertakkingen die van ver op een den gelijkt, maar in werkelijkheid een loofboom is, een Caragana arborescens Lorbergii.

Han Njio is geboren aan de Maas. Hij is de zoon van een Nederlandse moeder en een Indonesische vader met Chinese wortels en weet het beste van die twee werelden in zich te verenigen. Maar om zich op ‘het leven’ voor te bereiden, trok hij naar nog andere werelden. Eerst naar Londen, naar het Hammersmith College of Art and Building. Daarna naar Parijs, waar hij in een reclamebureau werkte. Hij deed dus verschillende ervaringen op, maar leerde vooral de wereld te bekijken met het oog van een architect.

Eigenlijk is hij binnenhuisarchitect van opleiding, maar van het inrichten van gebouwen overschakelen op tuinen, was voor Han Njio een natuurlijke stap. Hij was ook niet aan zijn proefstuk: zijn eerste tuin ontwierp hij toen hij achttien was. En belangstelling voor tuinen had hij al toen hij nog kind was.

“Vier was ik, toen mijn ouders me een stukje van hun tuin afstonden, niet meer dan enkele vierkante meter. Ik had ze afgebakend met een touwtje om duidelijk te maken dat dit mijn gebied was. Als je klein bent, en al die planten ziet groeien en bloeien, dan ben je toch onder de indruk.” Toen hij terugkeerde naar Maastricht om zijn beroep uit te oefenen, kreeg hij van een klant carte blanche voor de tuin die het verlengde van zijn interieur moest zijn. Van toen af ging alles vanzelf. Er volgden nog opdrachten voor tuinen. Hij begon zich te verdiepen in de plantkunde, bezocht arboreta en botanische tuinen: Meise, Utrecht, Wageningen en andere.

Zijn botanische eruditie is nog het best te merken in zijn gevarieerde plantentapijten en zijn keuze van bomen en struiken. Maar Han Njio beperkt zich niet tot het planten van soorten die hij uitkiest. Hij volgt ook hun groei. In iets meer dan twintig jaar gaf hij hagen, struiken en bomen vorm. “Ik ga uit van het principe dat planten behoefte hebben aan ruimte rondom, om hun silhouet te doen uitkomen. Ik hecht veel belang aan hun positie ten opzichte van de zon, want die zorgt voor licht en schaduw. Daarom zie je hier heel wat plantensoorten met ingesneden of met luchtige bladeren: Sophorda, Caragana, Tamarix, Robinia, dennen en andere naaldbomen of bamboe.”

Heel wat tuinen zijn grotendeels gefragmenteerd, verdeeld in groene kamers, bijna in onafhankelijke ruimten. Vaak is die aanpak te vanzelfsprekend en zijn die kamers omringd met rechtlijnige hagen, in het beste geval zit er nog een mooie boog in. Han Njio heeft hieraan maar twee keer toegegeven: voor een muurtje rond de gesloten tuin en voor een klein tuintje met vaste planten, dat in het verlengde van die gesloten tuin ligt.

Elders zijn er ook duidelijk te onderscheiden ruimten, maar hun individualiteit wordt op een andere, minder expliciete manier uitgedrukt. De takken van een boom, een klein eilandje omringd door water, een opeenvolging van lage hagen of een tapijt van bodembedekkers – blauwe Campanula poscharskyana – geven aan dat je van de ene in de andere kamer bent gestapt.

Maar botanische eruditie kan je ook discreet beoefenen, toch voor het oog van een neofiet, want je kan dan wel het gevoel krijgen courante plantensoorten te herkennen, zoals vingerhoedskruid, zeekool of venkel, Njio’s encyclopedische kennis is heel reëel. Je moet maar eens proberen de bodembedekkers op te noemen die er zo’n mooie, gemengde tapijten vormen.

Mettertijd ontstaan dan mooie nuances van groen of van verschillende bladsoorten. Dat onderscheid is belangrijk voor Han Njio en hij onderstreept hierbij het belang van grijs. “Ik gebruik grijs in alle nuances. Grijs dient als achtergrond en doet andere kleuren beter uitkomen. Er staan ook grijze toefen, Santolina bijvoorbeeld.”

Je kan lang door de tuin van Han Njio wandelen, bijvoorbeeld om dat eilandje te vatten waarop in het midden aspergeplanten bloeien. Je kan ook halt houden voor enkele constructies die hij heeft ontworpen of schitterende bamboepanelen die hij laat vlechten in Azië.

Een van de meesterwerkjes, een plekje om te mediteren, is verborgen voor nieuwsgierige blikken. “Ik heb deze hoeve op de eerste plaats gekocht voor de binnenhof.” Han Njio gaf deze ruimte het uitzicht van een zonnige, quasi nonchalante patio. Eerst en vooral door de kleuren, met op één bepaalde plek een combinatie van okerkleurige en rode strepen: twee warme tinten. Eén ding overheerst in deze ruimte: een grote betonnen urne, meegebracht uit Bali. Om die niet te zwaar te doen lijken, plantte hij er een Tamarix petandra naast, die openbloeit als een armvol takken. Tegen een van de muren groeit een ouderwetse leiperelaar die bovenaan heel decoratief gesnoeid is in de vorm van een puntdak. Daarnaast een kaarsvormig gesnoeide buxus, net zoals een cipres. Elders neemt een botanische klimroos Rosa filipes op ongebreidelde wijze het dak in.

Die combinatie van strikte lijnen en vage vormen is typisch voor het werk van Han Njio. Alsof de natuur als decor fungeert voor deze plantensculpteur.

Han Njio, ’t Blauw, Gasthuis 14, Boven-Bemelen, Nederland. Tel. +31-43-407 80 07, fax +31-43-407 80 14.

Internet: www.xs4all.nl/!!!tilde!!!!hannjio

Opendeurdagen: 31 augustus, 1, 2, 3 en 7, 8, 9 en 11 september van 10.00 tot 17.00 uur.

Tekst en foto’s Jean-Pierre Gabriel

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content