Soms loopt het goed af, zoals met de ongelukkige soldaat uit ‘Verlof’. Je neemt al aan dat niemand om hem geeft, maar als hij op zijn verjaardag thuiskomt, is er wel degelijk een feestje en op het einde van de avond pakt een naakte Marie zichzelf in cadeaupapier in zodat ze een geschenkje voor hem wordt. Maar het gaat ook soms grondig verkeerd in Ik wilde dat ergens niemand op me wachtte, een bundeltje precieuze verhalen van de Franse jonge schrijfster Anna Gavalda (°1970). In de vertelling ‘Die man en die vrouw’ weet die vrouw dat het nooit meer goed komt met haar man, ondanks de weelde en de auto van het exclusieve merk. Ze rijden naar hun buitenverblijf, ze denkt aan het kind dat ze nooit zal hebben (en denkt ze ook aan het groene pakje dat ze in de etalage van Cerruti heeft gezien): “Ze zijn net de eerste tolpoort gepasseerd. Ze hebben nog geen woord gewisseld en ze zijn er nog lang niet.” Prachtige kamerliteratuur is dit. (Bert Bakker, 525 fr.) PdM.

Frannie Hardy komt op een dag de kinderen niet afhalen van school. Haar man, de advocaat Dismas Hardy, is bezorgd want ze is een heel verantwoordelijke moeder. Al snel blijkt dat ze in de gevangenis zit omdat ze de rechtbank heeft beledigd. Ron Beaumont, van wie de kinderen op dezelfde school zitten, heeft Frannie een geheim verteld en dat weigert ze aan de rechter te onthullen. Ron wordt verdacht van moord op zijn vrouw… Dismas Hardy heeft maar 72 uuur om de moord op te lossen en Frannie vrij te krijgen.

Niets dan de waarheid is de vijfde misdaadroman van de Amerikaan John T. Lescroart met Dismas Hardy in de hoofdrol. Apart aan zijn jongste boek is dat Hardy dit keer meer dan ooit geconfronteerd wordt met aspecten van zijn privé-leven. (Van Holkema & Warendorf, 725 fr.) FB

Wie zich na te veel innemen beroerd voelt, heeft een kater. Die kater is een verbastering van het Duitse ‘Katarrh’, wat niets anders dan een ontsteking van het slijmvlies is. Wat voor drank er in de man is, is ook een kwestie van de volksaard.

Het Engelse “that’s not my cup of tea” betekent hetzelfde als het Duitse “das ist nicht mein Bier”. Toch ligt er een wereld van verschil tussen beide uitdrukkingen.

M. A. van de Broek is voor het samenstellen van zijn Alcoholisch Spreekwoordenboek op zoek gegaan naar woorden, uitdrukkingen en zegswijzen die naar geestrijke drank verwijzen. Onze voorvaders de Germanen dronken volgens Tacitus bier met emmers. Ze slurpten uit schedels van verslagen vijanden.

Soms hebben we een houten kop en even erg is het een hoofd als een brouwketel te hebben. Maar als je dat nooit overkomt, ben je ook verdacht: “Hij die zijn dorst met water lest, die moet men mijden als de pest.” (Veen, 495 fr.) PdM

Hans van Straten is een man die in Weer wankelt de boekenkast boeiende verhalen schrijft over schrijvers en artistieke randfiguren. Dat levert mooie stukken op die altijd goed voor een verrassing zijn. Boeiend is zijn essay over de laatste maîtresse van de Franse schrijver Léautaud: de Belgische surrealistische schilderes Rachel Baes, die eerder de geliefde was van Verdinaso-leider Joris van Severen. Beiden woonden in de jaren ’30 in Brugge en over van Severen publiceerde Baes een boek (Une âme) waarin zijn politieke rol onbesproken blijft. Later werd de schilderes in Parijs de geliefde van katten- en vrouwenliefhebber Paul Léautaud die met Baes brak toen ze met een journalist over de relatie had geroddeld. Als ze hem ter verzoening haar erotisch portret stuurt, werpt Paul Léautaud het in het vuur omdat hij niet wil dat de tekening na zijn dood tussen zijn papieren aangetroffen wordt. (De Prom, 640 fr.) PdM

Gay 2001 mag er zijn. Er staat een mooi stuk in over de autobiografische achtergrond van Thomas Manns ‘Der Tod in Venedig’, door Visconti verfilmd. Mann, die biseksueel was aangelegd, maar nooit iets ‘verkeerds’ deed, schreef in enkele brieven dat de liefde van de oude Goethe voor een jong meisje in Marienbad zijn belangrijkste inspiratiebron was bij het schrijven van zijn novelle. Informatief is het artikel over de getormenteerde Engelse schilder Keith Vaughan. Pièce de résistance is de roman ‘Goede zwarte’ van Adolfo Caminha, een naturalistische evocatie van een liefdesverhouding bij de Braziliaanse marine aan het einde van de 19de eeuw. Veel foto’s natuurlijk, en grappige tekeningen in de homosfeer van Theo van!den Boogaard. Verder enkele mooie, niet eerder gepubliceerde gedichten van E.B. de Bruyn, de Martialis-vertaler die in 1999 overleed: “In Eros’ dienst devoot/vereer ik lid en kloot.” (Vassallucci, 790 fr.) PdM.

Griet Schrauwen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content