EENVOUDIGE WIJNEN DIE GEEN PIJN DOEN IN DE PORTEMONNEE. DAAR WILLEN WE HET OVER HEBBEN IN DEZE RUBRIEK. CHATEAU SIMPLE (349), WIJN VOOR BEGINNERS, DIE OOK DE KENNERS WEL BEVALT.

De meeste rode loirewijnen zijn gemaakt van cabernet franc, een druif die vooral rijp geplukt moet worden, anders komen er in de latere wijn ‘grassigheid’ en smaakjes van groene peper. 2009 was weliswaar een perfect rijp jaar, toch was het zaak om niet te vroeg te oogsten. De rijpheid van het sap (suikergehalte) liep immers voor op de rijpheid van de tannines (in schillen en pitten) en dan is het oogstmoment erg kritisch. Rijpe cabernet franc geeft wijnen met een opulente charme in de aanspraak en toch een stevige tanninebasis die garant staat voor ontwikkeling op fles en passendheid aan tafel.

Er zijn in de Loire wat nuanceverschillen tussen de verschillende appellations : Saumur en Chinon zouden ronder en zachter smaken dan de meer hoekige Bourgueil of Saint-Nicolas-de-Bour- gueil. Maar de nuanceverschillen tussen de wijnboeren binnen eenzelfde appellation zijn dikwijls groter en van meer doorslaggevende aard.

De rode loirewijnen hebben hun bekendheid en hun identiteit te danken aan het succes ervan in de Parijse bistro’s. Ze zijn immers licht, elegant en gemakkelijk fris te drinken met een knabbel aan de toog. Ze passen wonderwel bij vleeswaren van goede varkens en stoofpotten van kip of zoetwatervis, zoals snoekbaars uit de nabijgelegen Loire.

De uitzondering op deze Parijse ‘zachtheid’ vormen de rode wijnen uit het Anjougebied bij Angers, waar leisteen in de bodem strengere tannines genereert en waar de betere wijnen van cabernet sauvignon worden gemaakt.

De ernstigste domeinen maken twee types wijn : een eerste, gemakkelijk jong te drinken soort met een accent op fruit, en een tweede, zogenaamd ‘betere’ (vooral duurdere) soort met houtlagering, die iets meer verouderingspotentieel zou vertonen. Deze duurdere wijnen zijn gewoonlijk niet zo interessant omdat ze de ‘Loiregezelligheid’ missen en veel minder goed passen bij de lokale gastronomie.

Bijkomend voordeel van deze lichte, rode wijnen is het relatief bescheiden alcoholgehalte van 12 à 13 vol.- % en de volle rode maar niet inktzwarte kleur. Ook hierdoor vinden ze makkelijk een plaats aan tafel, zelfs aan de zomerse tafel : het fruit, de frisheid, de zachtaardigheid en de soepele tanninebasis maken de loirewijnen uitstekend drinkbaar en zelfs gemakkelijk te verteren.

Door Herwig Van Hove