Dit is de upgrade van de traditionele pain perdu. Gebakken rozijnenbrood met vijgen, wat bramencoulis errond en afgewerkt met noten.
Voor 4 personen
4 dl rode wijn
150 g suiker
4 repen sinaasappelschil
1 kaneelstokje
8 vijgen
125 g bramen
Voor de pain perdu:
1 dl room
1 dl melk
2 eieren, losgeklopt
25 g boter
4 sneden oudbakken krentenbrood
1 el suiker
1/4 tl gemalen kaneel
Afwerking:
1 el ongezoute gepelde pistachenoten, grof gehakt
Bereiding
1. Doe de rode wijn, suiker, kaneel en sinaasappelschil in een pannetje en verwarm tot de suiker is opgelost. Breng aan de kook en laat 5 minuten koken. Was de vijgen, verwijder de steeltjes en leg ze in de pan. Pocheer de vijgen 10 minuten op middelhoog vuur. Haal de vijgen uit de pan en draai het vuur hoger. Laat de wijn tot de helft inkoken. Pureer de braambessen en zeef de puree. Voeg drie eetlepels wijnsiroop toe aan de bramencoulis.
2. Meng de room, melk en eieren in een kom. Laat de boter smelten in een pan. Halveer de sneden brood en dompel ze in het roommengsel. Bak ze aan beide kanten goudbruin in de boter. Meng de suiker met de kaneel en strooi dit mengsel over de pain perdu. Dien de pain perdu op met de vijgen, druppel er de bramencoulis rond en werk af met de noten.
