Baklava met walnoten, pistaches en abrikozen
-
Moeilijkheid
Zeer gemakkelijk
Voor 8 personen
Voor de baklava
- 125 g pistachenoten
- 125 g walnoten
- 50 g suiker
- 2 sinaasappelen
- 125 g gedroogde abrikozen
- 50 à 75 g boter
- 2 x 250 g filodeeg
Voor de siroop
- 200 g suiker
- 6 el oranjeboesemhoning
- 2 el oranjebloesemwater
Bereiding
- Maal de helft van de noten tot poeder en hak de rest in kleine stukjes. Doe alles in een kom met de suiker en het raspsel van 1 sinaasappel.
- Spoel de abrikozen, dep droog en hak fijn. Voeg toe aan de noten.
- Laat de boter smelten. Vet een vierkante bakvorm (eventueel met losse bodem) van 20 bij 20 cm in met boter.
- Snijd de vellen filodeeg bij op dezelfde grootte. Leg 6 vellen filodeeg in de vorm en bestrijk elke laag met boter. Verdeel een kwart van de noten over het deeg en bedek met 3 vellen. Bestrijk elk vel met boter. Herhaal driemaal en eindig met 6 vellen filodeeg. Bestrijk met boter en zet 45 minuten koel weg.
- Snijd de baklava in porties (dit is belangrijk: na het bakken wordt filodeeg te broos om mooie porties te maken) en bak 20 minuten op 180 °C. Draai de oven lager tot 150 °C en bak nog 30 minuten.
- Maak intussen de siroop door de suiker aan de kook te brengen met het sap van de sinaasappelen en 1 dl water. Laat met een kwart inkoken en voeg de honing toe. Breng weer aan de kook en laat enkele minuten doorkoken. Laat afkoelen en voeg het oranjebloesemwater toe.
- Giet de siroop gelijkmatig over de baklava van zodra het uit de oven komt. Laat minstens 3 uur trekken alvorens op te dienen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier