Waarom een vrouw in het management slecht is voor jouw carrière

Indra Nooyi, de CEO van PepsiCo, tijdens het World Economic Forum in Davos (2011). © BELGAIMAGE

Vrouwen in leidinggevende posities zijn nog steeds een zeldzaam fenomeen, ondanks de initiatieven die steeds meer bedrijven ondernemen om de gelijkheid in hun hoofdkwartier te vergroten. Onderzoek van De Robert H. Smith School of Business heeft nu misschien aangetoond hoe dat komt.

Bedrijven doen vandaag meer dan ooit hun best om hun vrouwelijke werknemers op te leiden, waardoor er af en toe een voorbeeldexemplaar in een bestuurszetel belandt. Het zou logisch zijn te verwachten dat die ene vrouw het pad effent voor de promotie van anderen. Maar zo simpel zit het helaas niet in elkaar.

Grootste gevaar van vrouwen is… andere vrouwen

Uit het onderzoek van onder andere Cristian Deszö bleek namelijk dat de kans om aangenomen te worden voor een hoge leidinggevende positie voor een vrouw met maar liefst 50 % daalt als een andere vrouw al een soortgelijke positie bekleedt.

De vorsers verwachtten bij aanvang van hun onderzoek een sneeuwbaleffect te ontdekken waarbij een eerste vrouw in een hoogbetaalde functie automatisch zou leiden tot de promotie van verschillende andere vrouwen, maar dat is dus niet wat er gebeurt. Dezsö: ‘Er is een bepaalde kracht die vrouwen van elkaar wegduwt.’

Queen Bee Syndrome

Het lijkt wel of het Queen Bee-syndroom de kop op steekt. Daarbij zien vrouwen elkaar als een potentiële bedreiging en willen ze hen daarom niet in hun buurt. Deszö en zijn collega’s zien dat echter enkel gebeuren in filmscenario’s, want in de werkelijkheid speelt er een andere kracht mee. ‘Zelfs wanneer de CEO een vrouw is en ze dus weinig hoeft te vrezen van haar ondergeschikte, blijven de kansen voor vrouwen in een andere hoge managementfunctie miniem.’

Het Queen Bee-effect zou hier volgens de onderzoekers niet meespelen.
Het Queen Bee-effect zou hier volgens de onderzoekers niet meespelen.© iStock

Geen principekwestie

Er blijven twee opties over: ofwel willen mannen principieel geen vrouwen aan ‘hun’ managementstafel en al helemaal niet meer nadat er al een zit, ofwel is er sprake van impliciete quota – een stille ‘we hebben ons best gedaan, dit moet wel genoeg zijn’. De laatste hypothese geniet Deszö’s voorkeur: ‘Dit is waarschijnlijk geen kwaadwillende discriminatie, maar eerder een onbewust gegeven. Het is niet zo dat mannen promoties van vrouwen actief ondermijnen.’

Het grote probleem is volgens de onderzoekers dus niet dat de mannelijke ondernemers geen vrouwen in het bestuursteam willen, maar eerder dat ze beginnen slabakken nadat ze al voor een stukje in hun opdracht zijn geslaagd. ‘Een bedrijf wint aan legitimiteit als het een vrouw in het topmanagement zet, maar de bijkomende waarde van die legitimiteit daalt per aangestelde vrouw.’

(EK)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content