Sofie De Graeve

‘Niet winst, maar welzijn moet centraal staan in ons beleid’

Sofie De Graeve Woordvoerster van de feministische denktank Furia

De Nationale Vrouwendag legt in 2019 het accent op bondgenootschap. Sofie De Graeve van Furia legt uit waarom, en hoe het beleid dat als uitgangspunt kan nemen. ‘Misschien moeten de verkenners en informateurs eens op studiereis naar Nieuw-Zeeland?’

Thuisverpleegkundige Yana heeft geen tijd voor een praatje. Elke stop op haar route is immers nauwkeurig gechronometreerd. Aniela poetst hier in België terwijl haar moeder thuis in Polen op haar twee kinderen past. Boekhoudster Moniek neemt de zorg voor haar gehandicapte broer over van haar ouder wordende ouders. Tijdelijk, dacht ze, maar omdat zij voor de zorg instaat, tuimelt haar broer fiks naar beneden op de wachtlijsten. Moeder van twee Fatma zoekt werk, maar vindt geen plaats in de kinderopvang in haar buurt omdat werkende ouders er voorrang hebben.

Het zijn maar enkele voorbeelden van vrouwen die onontbeerlijke zorgtaken op zich nemen. Neem ze weg en onze samenleving stort als een kaartenhuisje in elkaar. En dat wordt maar al te vaak vergeten door regeringen, denktanks en internationale monetaire instituties, want zij zetten enkel in op economisch productieve arbeid, werk dat zich vertaalt in tastbare economische groei en winst. Daarbij negeren ze dat productieve arbeid alleen maar mogelijk is dankzij alle – voor de officiële statistieken vaak onzichtbare – zorgarbeid. Die lijkt een persoonlijke kwestie, maar is het niet.

Bron van ongelijkheid

Reproductieve arbeid is al het zorgende en huishoudelijk werk dat de gezinnen en een samenleving draaiende houdt, betaald of onbetaald. Het is werk dat erg ongelijk verdeeld is, en niet alleen tussen de seksen. Reproductieve arbeid is nog steeds grotendeels een vrouwenzaak, maar niet elke vrouw doet het even veel. Zo gaapt er een diepe kloof tussen wie een deel van de zorgarbeid kan uitbesteden met dienstencheques en wie dat niet kan. Of tussen wie haar kinderen dagelijks ziet opgroeien en wie genoodzaakt is om ze aan familie toe te vertrouwen om zelf elders tegen betaling voor anderen te zorgen.

‘Niet winst, maar welzijn moet centraal staan in ons beleid’

De oplossingen die politieke overheden de afgelopen decennia ontwikkelden, lossen deze fundamentele ongelijkheid niet op. Er zijn weliswaar collectieve voorzieningen voor bejaardenzorg, kinderopvang en personen met een handicap, maar het aanbod is verre van toereikend en de wachtlijsten worden steeds langer. Het zijn vooral vrouwen die dan maar noodgedwongen de gaten dichten, vaak ten koste van hun eigen betaald werk én van hun financiële onafhankelijkheid. Andere oplossingen liggen niet binnen ieders bereik. Zorgverloven en dienstencheques moeten helpen om werk en gezin te combineren, maar zijn de facto alleen voor tweeverdieners financieel haalbaar.

Furia past voor powerfeminisme dat van feminisme een persoonlijke strijd voor emancipatie maakt. Furia pleit daarentegen voor een feminisme van de 99 procent, een feminisme van solidaire strijd en collectieve oplossingen die iedereen ten goede komen, alle vrouwen én mannen. De verzuchtingen van de minst bedeelden en meest achtergestelden zijn de toetssteen. Geen dienstencheques zonder het ook te hebben over de arbeidsvoorwaarden van wie ze als betaalmiddel krijgt – grotendeels vrouwen. Niet zomaar inzetten op vrouwen aan de top terwijl anderen geen toegang hebben tot de arbeidsmarkt doordat ze geen opvang vinden of een hoofddoek dragen.

Bruto Nationaal Welzijn

Hoewel vrouwen in de sociale reproductie absoluut meer morele en financiële erkenning verdienen, gaat het Furia om veel meer dan alleen dat. Wij willen een beleid dat werk maakt van meer gelijkheid en sociale reproductie in het hart van de samenleving plaatst, waar ze thuishoort. Daarom willen we dat winst niet langer het uitgangspunt is van het beleid, maar wel welzijn. Zo pleit Furia op Vrouwendag voor een welzijnsbegroting die het bruto nationaal welzijn als vertrekpunt neemt, in plaats van het bruto nationaal product.

Het federaal parlement heeft zelf al aangegeven dat die noodzaak bestaat. Dat bleek uit het noodfonds voor extra investeringen in de zorgsector dat er onlangs werd goedgekeurd. Een goed begin, maar een integrale welzijnsbegroting gaat nog verder.

Volgens internationale denktanks zoals de New Economics Foundation, die een kader voor zo’n begroting uitwerken, zou ook gezondheidszorg moeten volgen en inzetten op mentaal welzijn. Een welzijnsbegroting kan niet anders dan volop investeren in een voldoende aanbod aan toegankelijke publieke diensten. Daarnaast maakt hij ook werk van een beter leefmilieu in plaats van de ambities te begraven. Welzijn vooropzetten, betekent niet zomaar meer jobs creëren, maar ook oog hebben voor de kwaliteit van het werk en de mate waarin een job toelaat om financieel onafhankelijk te zijn. Meer welzijn gaat bovendien hand in hand met meer gelijkheid en een effectieve aanpak van discriminatie. Want zoals onderzoekers Wilkinson en Pickett in ‘The Spirit Level’ schreven: gelijke samenlevingen zijn beter voor iedereen, ook voor de meer welgestelden.

En neen, dit is geen utopie. Onder impuls van premier Jacinta Ardern voerde Nieuw-Zeeland dit voorjaar als eerste land ter wereld al een welzijnsbegroting in. Aan de andere kant van de planeet is het uitgangspunt van het beleid het welzijn van de burgers. Concreet betekent dat onder andere massale investeringen in psychische zorg en in de strijd tegen geweld op vrouwen, de aanpak van kinderarmoede, een meer duurzame economie en opwaardering van de rechten van minderheden. Misschien moeten de verkenners en informateurs eens op studiereis naar Nieuw-Zeeland?

Sofie De Graeve

Furia

Vrouwendag Antwerpen 2019

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content