Niet alle winkelketens tekenen charter Bangladesh
Enkele grote bedrijven weigeren om hun handtekening te zetten onder het akkoord.
In de nasleep van de ramp in de kledingfabriek in Bangladesh hebben minstens 24 winkelketens het charter voor meer veiligheid in de textielindustrie ondertekend. Maar tegelijkertijd weigeren enkele andere grote bedrijven om hun handtekening te zetten onder het akkoord, en daar hebben ze zo elk hun redenen voor.
Het veiligheidsakkoord kwam er na de ineenstorting eind april van een textielfabriek in Dhaka, waarbij meer dan 1100 mensen stierven. Wereldwijd lokte de ramp grote verontwaardiging uit over de erbarmelijke werkomstandigheden. Om imagoschade te vermijden verbonden ketens als H&M, Primark, Inditex (Zara en Bershka), Tommy Hilfiger, Calvin Klein en C&A zich aan het ‘Accord on Fire and Building Safety in Bangladesh’. De topman van H&M pleitte in The Financial Times zelfs voor hogere minimumlonen in het land.
Maar niet alle kledingbedrijven gaan daar in mee: het Amerikaanse Walmart, de grootste winkelketen ter wereld, ondertekende het charter niet. De keten is naar eigen zeggen zelf oplossingen aan het uitdokteren. Een woordvoerder van de multinational meldt in The Guardian: ‘Wij investeren reeds in het verhogen van lonen, het promoten van de rol van vrouwen en de ondersteuning van gemeenschappen, gezondheids- en veiligheidsinitiatieven en betere werkomstandigheden.’
Andere kledingketens die het akkoord met de voeten treden zijn River Island, Matalan en de Arcadia groep, waar onder meer Topshop toe behoort. De Arcadiagroep liet weten dat het niets afwist van het akkoord, terwijl Matalan dan weer toegaf het contract niet te willen ondertekenen omdat het merk al deel zou uitmaken van een ander niet-bindend akkoord. Het Amerikaanse kledingmerk Gap liet in The New York Times weten dat het dicht bij een deal stond, maar het charter uiteindelijk toch niet ondertekend heeft. River Island was niet beschikbaar voor commentaar.
De onwil van enkele handelaars om het charter te ondertekenen komt er net een dag nadat de Bengaalse regering tot een akkoord is gekomen dat de ruim vier miljoen arbeiders toelaat om vakbonden op te richten, zonder dat ze daarvoor toestemming van de fabriekseigenaars nodig hebben.
De kwestie van de gebrekkige veiligheidsomstandigheden in de kledingindustrie blijft voor beroering zorgen, zeker nu bekend is geraakt dat in Cambodja het dak van een schoenenfabriek is ingestort. Voorlopig zijn daar twee doden en zes gewonden geteld. Volgens de eerste informatie werden in de fabriek schoenen gemaakt voor de Japanse fabrikant van sportschoenen ASICS. Net als in Bangladesh is de textielindustrie ook in Cambodja een van de belangrijkste tewerkstellingssectoren. (AC)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier