De helden van vandaag: vier revolutionairen over hun ‘kleine’ strijd
Je hebt mensen die klagen, mensen die hun schouders ophalen en mensen die zich afvragen wat ze zélf kunnen doen aan dingen die wringen. Dat levert niet alleen gedurfde projecten op, maar ook een shot vooruitgang waar de samenleving van opkikkert.
Alexander Janssens redde het Ravottersbos.
‘Als je de touwtjes in handen durft te nemen, springen velen mee op de kar’
Eind 2019 verschenen er fluo-oranje cijfers op de 131 eeuwenoude beuken van het Ravottersbos in Sint-Maria-Oudenhove, ten teken dat ze tegen de vlakte zouden gaan. In de dagen daarna belde Alexander België rond en bestookte pers en overheden met e-mails. Samen met Kristel Cuvelier en de burgerbeweging die zich achter hen schaarde, liep hij de deuren van omwonenden plat om hen te sensibiliseren en om acties op te zetten. Het dossier kwam terecht bij Zuhal Demir, Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme. Ze schorste de kapvergunning op grond van onregelmatigheden, de eigenaar verkocht het bos kort daarna aan Natuurpunt en de omwonenden hielden er intussen al drie feestjes. Niet alleen om hun overwinning te vieren, maar ook omdat ze elkaar dankzij het gezamenlijk protest wat beter leerden kennen. Straf.
‘Ja’, beaamt Alexander, zelf nog onder de indruk van de impact die zijn initiatief had. ‘En deugddoend. Ik hoorde onlangs dat dankzij onze actie de term ‘postzegelbos’ het levenslicht zag en dat er aan een nieuw beleid wordt gewerkt rond deze kleine bossen die de mini-oase van een dorp of gemeente uitmaken. Het besef groeit dat natuur zuurstof en levensenergie in mensen en een gemeenschap pompt. Mocht het Ravottersbos verdwijnen, dan verloren we niet alleen een waardevol stuk natuur, we zouden ook met een litteken moeten voortleven en dat doet een samenleving geen deugd.’ Hij is een optimist en zo heeft hij de zaak ook aangepakt. ‘Vol positiviteit en met respect voor alle partijen. Dat is belangrijk. De eigenaar van het bos mag niet het slachtoffer zijn van het protest. Bij felle verontwaardiging haken mensen af. Optimisme is net besmettelijk. Als iemand de touwtjes in handen durft te nemen, springen velen mee op de kar. Sommigen trekken, andere duwen, iedereen doet wat hem ligt. En dat maakt mensen gelukkig.’
Mia Vranken begon een woongemeenschap.
Er schuilt geluk in onverwachte kennismakingen’
Samen. Leven. Daar draaide het voor Mia en haar partner Joost om toen ze besloten om in hartje Wolvertem de Okelaar uit de grond te stampen: een woongemeenschap met 23 ecologische woningen en appartementen waar alleenstaanden, gezinnen van alle leeftijden en enkele jongvolwassenen met ondersteuningsnood als groep samenwonen. Ze tuinieren, koken soms samen, bouwen een biowinkel, wascafé en coworking op, kortom, ze leven het leven samen. ‘Drie pijlers staan hier centraal: ecologie, spiritualiteit en sociaal welzijn’, zegt Mia. ‘Wie hier wil komen wonen, neemt eerst de tijd om de groep en het samenleven te leren kennen, en dan pas te beslissen of ze kunnen aarden in de gemeenschap.’
Vrijheid is essentieel in de Okelaar. ‘We dwingen niemand om mee de tuin aan te leggen en wie tijd alleen wil, kan die krijgen. Maar je merkt dat zowel volwassenen als kinderen het gewoon leuk vinden om samen aan de Okelaar te bouwen. Bij de meesten groeit al snel het bewustzijn dat ze in iedere andere bewoner en in de vele internationale globetrotters die hier te gast zijn ook zichzelf ontmoeten. Dat doet iets met een mens.’ Er zit een indrukwekkend businessmodel en financieel plan achter de Okelaar, een strategie die ervoor zorgt dat iedereen in principe de kans heeft om in de gemeenschap te komen wonen. ‘Dat was belangrijk’, zegt Mia. ‘Ik vind het onnatuurlijk hoe we vandaag in België leven. Zo geïsoleerd. Vaak ook eenzaam. Hoeveel kinderen spelen nog op straat? Wie zet nog een stoel buiten ’s avonds? We wonen ‘veilig’ weggestoken voor een mogelijke ontmoeting met onze buren. Samenleven met iedereen is uiteraard niet altijd makkelijk, maar ook in moeilijkere relaties zit leven. Daar gaat het om. Er schuilt geluk in onverwachte kennismakingen. De buurtbewoners van de Okelaar waren eerst wantrouwig, maar komen nu vaak over de vloer. De wijk herleeft stilaan. We hopen een baken en een voorbeeld te zijn. Ik geloof dat mensen samen sterk willen zijn. Als ze maar meer zouden durven. We zijn collectief aan het worstelen, hebben lessen te leren, maar ik ben hoopvol. Uiteindelijk vinden we elkaar wel weer wat meer terug.’
Hilde, Bert en Manou openen hun deuren voor vluchtelingen.
‘De meeste mensen zijn van nature goed’
‘Het is niet juist om te stellen dat wij mensen ‘helpen’. Aan ‘hulp geven’ is hiërarchie en een bepaalde afhankelijkheid verbonden. Dat willen we niet. Wij stellen gewoon ons huis open voor anderen in nood.’ Hilde, Bert en Manou van het ‘Burgerplatform voor overnachtingen’ geloven in gelijkwaardigheid en menselijkheid. Samen met duizenden anderen organiseren ze zich om onderdak te bieden aan vluchtelingen uit alle hoeken van de wereld die nergens anders terechtkunnen. Ze vullen een gat in een beleid dat in hun ogen ontmenselijkt, door vluchtelingen tot cases en problemen te herleiden en een heel aantal van hen aan hun lot over te laten.
‘Een asielbeleid is zeker geen eenvoudige kwestie. Maar dat we vluchtelingen – zelfs gezinnen met jonge kinderen – gewoon op straat laten slapen, daar moeten we als samenleving toch bij stilstaan. Dan gaan we voorbij aan fundamentele mensenrechten. Iedereen heeft recht op een menselijke behandeling, zorg en informatie. Vanuit die overtuiging stellen onze gezinnen hun huizen open. En wat zien we? Dat zelfs grote sceptici ervaren dat wanneer ze de zogezegd ‘gevaarlijke migrant’ ontmoeten, ze in de eerste plaats een mens voor zich hebben die hen aan hun eigen menselijkheid herinnert. Vooroordelen verdwijnen. Er wordt samen gekookt, gepraat, gelachen en er worden waarden en verhalen uitgewisseld. We vinden verbinding terug die we in onze samenleving wat verloren zijn. Dat is waardevol. De wereld is een dorp.’
Soms worden Hilde, Bert en Manou geconfronteerd met moeilijkheden of grote tegenstand. Hun gasten krijgen met pestgedrag te maken, ze worden plots opgepakt of ze vluchten noodgedwongen verder weg. Maar ook dan proberen ze contact te houden. In hun ogen zit het systeem bizar en hard in elkaar. ‘Eigenlijk zouden wij als platform overbodig moeten zijn. Maar onze samenleving is nog niet zover. We wensen iedereen intelligente, bezielde leiders toe met een hart voor mensen. Als iemand de moed zou hebben om voor een humaan beleid te kiezen, dan zouden best veel burgers volgen. De meeste mensen zijn van nature goed.’
dewereldinhuis.be, bxlrefugees.be
Vanessa Debruyne bedacht de Billie Cup.
‘Helaas is wegwerp spotgoedkoop’
Eind 2018 had Vanessa genoeg van de wegwerpbekers in en rond de Gentse vuilnisbakken. Als plaatselijk initiatiefnemer van Plastic Attack wist ze bovendien iets van herbruikbare verpakkingen, en dus sloeg ze de handen ineen met gelijkgestemde plastic warrior Ineke van Nieuwenhove, drijvende kracht achter Mei Plasticvrij. Begin 2019 hielden ze ‘Billie Cup’ boven de doopvont: een systeem van herbruikbare bekers met 1 euro waarborg, verkrijgbaar en inwisselbaar bij alle deelnemende zaken die op hun beurt jaarlijks een laagdrempelig bekerabonnement bekostigen. Ze krijgen daarvoor zoveel bekers als ze nodig hebben en hoeven nooit meer in wegwerp te investeren.
‘Niet dat er zo bijzonder veel te investeren was’, nuanceert Vanessa. ‘Dat is het probleem. Wegwerp is spotgoedkoop. En het is waanzin dat er water, grondstoffen, energie en transport worden verspild voor iets dat we niet langer dan tien minuten nodig hebben. Gelukkig groeit er bij een steeds grotere groep mensen een groen bewustzijn waardoor Billie Cup aanslaat. Zo werd in de cafetaria van UZ Gent de soep tot voor kort in piepschuimen bekers geschonken. Het personeel vroeg om een milieuvriendelijk alternatief, de directie nam maatregelen. Takeawayin een herbruikbare verpakking lijkt ook bij consumenten steeds meer de voorkeur te genieten. De beweging komt duidelijk van onderuit.’
‘Horecazaken reageren weleens verontwaardigd. ‘Waarom moeten wij betalen om het afvalprobleem op te lossen? Wat doet de overheid?’ Ze hebben gelijk. Momenteel doet Billie Cup een beroep op de duurzame ondernemers en wakkere burgers die hun verantwoordelijkheid nemen. Maar die groep is nog te beperkt om echt impact te hebben. We zijn bang voor verandering. Toch moeten we de switch zien te maken naar herbruikbare verpakkingen en duurzame oplossingen. Want het zijn niet alleen de walvissen die aanspoelen met kilo’s plastic in hun maag, ook wij zijn ons afval in de vorm van microplastics aan het opeten. Tijd dus om werk te maken van een gezondere leefomgeving.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier