Op een zilveren pad
‘Hedendaagse juwelen voor mensen van nu, gemaakt om gedragen te worden’, zegt de Belgische juweelontwerper Nico Taeymans over zijn ontwerpen. Al twintig jaar belichamen zijn juwelen een persoonlijke visie én een maatschappijbeeld. Tijd voor een terugblik.
In de twintig jaar dat ik bezig ben, heb ik eigenlijk nooit teruggeblikt. Altijd vooruitgekeken”, zegt juweelontwerper Nico Taeymans. Toch komen al snel herinneringen boven en wordt duidelijk dat twintig jaar ontwerpen onvermijdelijk gepaard gaat met een evolutie in visie en vormgeving. Een jubileumfeest is het perfecte alibi om even afstand te nemen en terug te kijken op scharniermomenten.
Die ’terugblik’ ligt materieel uitgespreid voor ons op tafel : er zijn juwelen met hout en tin uit de beginperiode, in een typische jarentachtigstijl, naast gepatineerde zilveren ontwerpen uit de meest recente Jubileumcollectie, die een gedurfde stijlbreuk laat zien. Alles daartussen is het resultaat van een consequente visie en een grote gedrevenheid. “Toch heb ik nooit de ambitie gehad om groot of bekend te worden. Al klinkt dat nu misschien raar”, zegt de ontwerper. “Ik ben gewoon heel gelukkig met wat ik doe. Dat heeft mij altijd de kracht gegeven om verder te gaan en te evolueren.”
Toen Taeymans twintig jaar geleden begon, had je in België verschillende uitersten : de duurdere juweliersjuwelen in edelmetaal, de goedkope fantasiejuwelen en de artistieke creaties in het galeriecircuit. Een nieuw segment werd gelanceerd door een jonge generatie ontwerpers zoals Wouters&Hendrix en Taeymans zelf, die hedendaagse juwelen in edelmetaal voor een groot publiek begonnen te maken.
Vanwaar deze evolutie ?
Nico Taeymans : Eigenlijk moet je alles in een groter kader zien. Die polarisering tussen de dure namen en het goedkopere naamloze kon je toen ook doortrekken naar de mode, waar je de onbereikbare haute couture van Dior of Chanel had en de goedkope confectiekleding. En dan ineens kwamen in de jaren tachtig de Zes van Antwerpen, die een andere visie brachten op mode en die mode ook toegankelijker maakten voor een groter publiek. Eigenlijk was dat een exponent van wat er toen leefde. Er had een dynamisering van onze maatschappij plaats. Een vernieuwing die op verschillende gebieden zichtbaar werd. Zowel mode als juwelen gingen vanaf toen deel uitmaken van het dagelijks leven. Juwelen maken was voor mij niet echt een vooropgesteld doel. Dat is een beetje gedicteerd geworden door de omgeving en de toen heersende dynamiek.
U maakte ook andere objecten in die tijd ?
Dat doe ik nog altijd. Ik maak ‘dingen’. Niet alleen juwelen. Dat gaat van kandelaars tot zilveren bestek. Voor hetzelfde geld was ik verdergegaan met ‘objecten’, maar het waren nu eenmaal de juwelen die door de buitenwereld werden opgepikt. In die grotere objecten kruipt veel werk en tijd en dat vertaalt zich in de prijs. De verkoop ervan vergt ook een andere aanpak. Maar eigenlijk ben ik in de eerste plaats bezig met ‘communicatie’, dat is voor mij altijd een constante geweest. En bij het grote publiek hebben mijn juwelen nu eenmaal de grootste respons gekregen. Ik spreek blijkbaar onderhuids veel mensen aan.
Hoe verklaart u dat ?
Dat heeft te maken met de plastische taal die ik gebruik en met de inhoud. Eén van de scharniermomenten dat mij heeft wakker geschud wat betreft communicatie via objecten, was de moord op Versace, zo’n tien jaar geleden. In de kranten werd geschreven dat hij een icoon was van sm. Ik wist niet wat ik hoorde ! Hij was bijvoorbeeld de eerste ontwerper die een vergulde ketting als riem gebruikte. Tja, ik heb het zelf niet zo geïnterpreteerd, maar zeer veel mensen wél. Dat heeft mij de ogen geopend. Een jaar of twee geleden heb ik dan zelf te horen gekregen dat mijn werk een erotische connotatie draagt. Iets waar ik mij niet van bewust was. Kort na elkaar kreeg ik een aantal signalen van de buitenwereld die mij daarmee hebben geconfronteerd. Vorig jaar heb ik dan een tentoonstelling samengesteld met eerder fetisjistisch werk, als commentaar hierop.
Waren er nog scharniermomenten ?
Ik herinner mij nog, helemaal in het begin, een column van Judith Herzberg in het tijdschrift Avenue. De column ging over een man die na jaren afwezigheid op bezoek komt en bij de schrijfster nog platen aantreft van Golden Earring. Een beetje geschokt door deze (voor hem) ouderwetse muziek, vraagt hij of zij er nog naar luistert. Waarop zij antwoordt dat die muziek voor haar waardevol is voor de sfeer en de associaties die zij oproept. Dat was voor mij belangrijk om in te zien : dat je als ontwerper werkt met sferen en illusies. Het gaat over veel meer dan het object op zich, het gaat ook over de associaties die het oproept.
In de wereld staan
Er komen meer stukken uit de recente Jubileumcollectie op tafel. Ze hebben een eerder sculpturale vormentaal. Hoewel het miniaturen zijn, ogen ze monumentaal.
Communicatie is hier sterker aanwezig dan ooit tevoren.
De Jubileumcollectie draagt inderdaad een sterker engagement in zich. Ik weet nu, denk ik, zeer goed waar ik voor sta en wat ik kan. Deze collectie is een bewust statement. In mijn artistieke ontwikkeling is dit een belangrijk punt, ook naar de toekomst toe.
U speelt in deze collectie direct in op onze hedendaagse maatschappij. Is het belangrijk voor u dat een juweelontwerper ‘in de wereld staat’ ?
Ja. Ik vind dat een ontwerper zich zeer bewust moet zijn van wat er zich in de maatschappij afspeelt. Ik heb altijd rekening gehouden met de wereld rondom mij, in plaats van in een ivoren toren te kruipen. De wereld van nu is een wereld van communicatie en ik denk dat je als ontwerper daarop moet inspelen. Zo zit er in de Jubileumcollectie een gsm-juweel dat de nieuwe lifestyle weerspiegelt. Eigenlijk heb ik zo’n ketting eerst ontworpen op vraag van mijn vrouw, maar tegelijk besefte ik dat hij ook aansluit bij het maatschappijbeeld. Een ander voorbeeld is de ring in zilver met de tekst Unfaithful. Die is echt raak ; dat weet ik nu al. Ongetwijfeld zullen er mensen geschokt zijn, maar anderen zijn erdoor gecharmeerd en zien er de humor van in.
De jubileumcollectie luidt duidelijk een nieuwe fase in. Vanwaar komt de inspiratie voor de vormentaal ?
Vorige zomer heb ik een rondreis gemaakt in het Noorden – Berlijn, Stockholm en Riga – en ben heel geïnspireerd teruggekomen. Je voelt er dezelfde vibes. De Jubileumcollectie is rechtstreeks uit al die invloeden gegroeid. Het wordt tijd dat we ook in België weer een nieuwe dynamiek krijgen. Eigenlijk is het na Antwerpen 93 zo goed als stilgevallen. Dynamiek is de motor van vernieuwing en dat mis ik hier momenteel.
Verscheidenheid als constante
Bij het overlopen van verschillende collecties uit de voorbije jaren, valt op dat er naast de collecties in zilver ook altijd een fashion- en een goudcollectie hebben bestaan.
Met die verscheidenheid maakt u het de buitenwereld niet makkelijk.
Die differentiatie in mijn ontwerpen is inderdaad altijd een moeilijk gegeven geweest. Men heeft het ook steeds moeilijk gevonden om te omschrijven wat ik doe. Maar die diversiteit is er altijd geweest. In de basiscreatie zit echter alles op eenzelfde lijn. De grote verschillen zitten vooral in de materialen en hun zeggingskracht. Wat ik in de loop van de jaren ook ontdekt heb, is dat hoe duurder een materiaal is, hoe duurzamer het blijkt te zijn. Dan heb ik het niet alleen over de sterkte, maar ook over de modieuze actualiteitswaarde ervan. Een stuk in goud blijft veel langer actueel dan een ontwerp in tin. Een juweel in edelmetaal is meer ‘doorleefd’. Met modejuwelen communiceer je dan weer iets sneller.
Merkte u, in de voorbije twintig jaar, ook bij het publiek een verandering van mentaliteit wat betreft juwelen ?
Absoluut. De behoefte om een eigen identiteit te poneren, is gemeengoed geworden. Dat doen we niet alleen door mode, maar ook door juwelen. Als ontwerpers zijn wij daar dus ook mee bezig.
Uw bedrijf is in die twintig jaar ook heel sterk gegroeid.
Jazeker. Tussen 1995 en 2000 steeg het aantal werknemers tot veertien. Momenteel hebben we 25 mensen in dienst, die zowel in het atelier als in de administratie werken. Mijn vrouw, Isabelle De Beukelaer, heeft van in het begin de evolutie van dichtbij meegemaakt. Ik wil ook graag vanaf nu meer samen met haar, als volwaardige zakenpartner, naar buiten komen. Zij is al die tijd op de achtergrond gebleven, maar zonder haar was deze evolutie niet mogelijk geweest. Isabelle heeft vanaf de start ingestaan voor de verkoop. Zij is de baan opgegaan met de verschillende collecties en heeft over een periode van 20 jaar een uitgebreid netwerk gecreëerd van verschillende verkooppunten in Vlaanderen en Wallonië. Toen in 1998 de eerste brand shop geopend werd, hielp zij tijdens weekends en drukke periodes ook steeds mee in de winkel. Nico Taeymans is meer dan één persoon. Het staat voor een hechte samenwerking. Zelf heb ik nog steeds een grote invloed op de rechtstreekse productie. Ik bepaal nog altijd de basisstukken, prototypes en ontwikkelingen. Dat is essentieel voor mij.
Wat zijn uw toekomstdromen ?
Verdergaan op dezelfde weg. Een jaar geleden had ik niet kunnen denken dat ik dit hier ( wijst naarde Jubileumcollectie) zou maken. Ik weet niet wat de toekomst gaat brengen, hoe ver ik zal geraken. Maar aan het tempo dat we nu bezig zijn, zal dat nog ver zijn ! Sinds enkele jaren krijgen we een artistieke appreciatie voor ons werk. Dat maakt je sterker. Ik ben zelfzekerder geworden en dat weerspiegelt zich in mijn creaties. Er komen ook zeker nog stijlbreuken. Onze modecollectie, bijvoorbeeld, is heel snel aan het veranderen. Minder ‘zacht’ en veel directer. ‘Groot’ zijn of worden is op zich geen doel voor mij. Maar als je bepaalde oplagen kunt realiseren, krijg je natuurlijk wel nieuwe mogelijkheden. Hoe meer ik kan ontwerpen, hoe gelukkiger ik ben.
Nico Taeymans, silver collection & fashion collection, Korte Gasthuisstraat 23, 2000 Antwerpen, 03 231 63 43. Nico Taeymans, gold collection, Korte Gasthuisstraat 26, 2000 Antwerpen, 03 231 82 18. Open van dinsdag tot zaterdag van 10 tot 18 uur, maandag van 12 tot 18 uur. www.nicotaeymans.be
Door Evelien Bracke I Portret Ann Vallé
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier