Claire Danes De prinses van Hollywood
“Acteren is een prima excuus om weg te rennen van jezelf.” Tienertalent Claire Danes kan blijkbaar even makkelijk frivole rollen aan als de dramatiek van “Les Misérables”.
Ze is nog altijd een tiener, maar krijgt al drie miljoen dollar per film en wordt ondanks de fragiele onschuld en het enthousiasme dat bij die leeftijd hoort, toch ook als een van de rijpste talenten van de nieuwe generatie beschouwd.
Claire Danes zit zeker ook niet stil: terwijl ze nog altijd haar studies voortzet, lijkt ze aan de lopende band in films te spelen, alleen wijst niets in haar vertolkingen dat het om routine of haastige klussen zou gaan. Weinig van haar tijdgenoten engageren zich dermate emotioneel in hun rollen.
Tijdens een gesprek oogt Claire Danes (19) veel meer als het jonge meisje dan haar recente, door het leven getekende rollen doen vermoeden: een mishandelde huissloof in “The Rainmaker”, een fataal dom gansje in een karikaturale woestenij in “U-Turn”, en nu ook in “Les Misérables”, als dochter van een wegkwijnende prostituee ( Uma Thurman) die dankzij haar rechtschapen voogd ( Liam Neeson) een beter bestaan krijgt dan het harteloze 19de-eeuwse Frankrijk van Victor Hugo voor bastaardkinderen in petto houdt.
Ze zit er tijdens de twee interview-sessies – eentje op het domein van Francis Coppola in Napa Valley nabij San Francisco, en een in een stijf hotel in Manhattan – wat verlegen bij, alsof ze zelf nog niet helemaal beseft wat haar sinds haar doorbraakrol (aan de zijde van Leonardo DiCaprio) in “Romeo and Juliet” allemaal overkomen is.
Wanneer ze het heeft over haar huidige boyfriend, de Australische rocker Ben Lee, licht haar bleek gezicht op en zie je de tinteling in haar grote verbaasde ogen.
Claire Danes groeide op in SoHo, een artiestenwijk in New York, werd door haar kunstzinnige ouders gestimuleerd om zelf iets in die richting te gaan doen. Op haar negende studeerde ze moderne dans en vertolkte ze avant-garde-werk in de East Village. Wat later schakelde ze over naar acteren en ging ze lessen volgen in het Lee Strasberg Institute.
Was je vertrouwd met de literatuur van Victor Hugo toen je de rol van Cosette in “Les Misérables” aangeboden kreeg?
Claire Danes: Nee, ik las het boek pas toen ik al voor de film getekend had. Terwijl ik de film maakte, zat ik nog op de middelbare school. In de Engelse les werd de roman “Les Misérables” behandeld, zodat ik mijn huiswerk en mijn research kon combineren, dat was natuurlijk twee vliegen in één slag.
Heb je in het boek iets ontdekt dat niet in het script stak? Heeft dat bijgedragen tot jouw vertolking?
Ja, ik denk het wel. Victor Hugo schreef zo gedetailleerd over zijn personages dat je van alles over ze te weten komt. Het is altijd moeilijk om je te verplaatsen in figuren uit een andere tijd. De roman gaf me een groter inzicht in hoe het leven toen moet geweest zijn. Het spijtige is natuurlijk dat je dan merkt hoe zwaar je, wegens tijdsgebrek, het verhaal moet inkorten. Maar regisseur Bille August heeft het zeer handig aan boord gelegd om de twee overheersende aspecten uit het boek te combineren. Als je de roman leest, merk je dat het verhaal zeer bruusk verspringt van pure soap naar een realistische beschrijving van het politieke en sociale klimaat. Ik denk dat Bille dat heel vloeiend in elkaar heeft verweven tot een emotioneel aangrijpend verhaal.
De film is heel coherent. Je weet precies wat er in elke scène aan de hand is, en elke nieuwe gebeurtenis stuwt het verhaal vooruit. Een zeldzaamheid in de huidige filmerij. Ik hield van het werken met Bille August. Hij is heel zachtaardig en eerlijk zonder daarom een sentimentele slijmerd te zijn. We deden zelden meer dan twee, drie takes, wat ik kon waarderen: een film maken kan soms uitputtend zijn.
Was je meteen gewonnen voor het project?
Nee, het grappige was dat ik geen zin had om mijn schoolvrienden achter te laten. Ik had net mijn laatste jaar middelbaar achter de rug. Het was een stralende lente, al mijn vrienden hadden net hun rijbewijs gehaald, trokken er met de auto op uit, amuseerden zich rot. Ik had net vlak na elkaar drie films gedaan, en had zin om er even tussenuit te knijpen. Anderzijds kon ik zo’n buitenkans toch niet laten liggen. Gelukkig heb ik dan toch maar toegezegd, want het bleek een bijzonder leerzame ervaring. Niet alleen dankzij het verhaal en de mensen met wie ik heb gewerkt, maar ook omdat we in Praag draaiden. Wat een fascinerende stad: ziet er op het eerste gezicht uit als een pralinedoos, maar als je er enige tijd verblijft, word je onvermijdelijk ondergedompeld in die felbewogen geschiedenis.
Ben je nog alijd goed bevriend met Leonardo DiCaprio?
Ja, hoewel ik hem niet veel meer zie omdat ik de laatste tijd veel heb gereisd. Toen “Titanic” in de bioscoop kwam, zat ik in Manilla voor de opnames van “Brokedown Palace”. Toen ik terugkeerde naar Amerika werd ik plotseling geconfronteerd met die Leomania, ik had er echt geen flauw benul van hoe gigantisch dat was, gewoon krankzinnig. Ik had medelijden met hem – niet met zijn salaris natuurlijk – omdat het toch heel moeilijk moet zijn als zoiets je plotseling overvalt. Maar ik denk dat hij heel goed weet om te gaan met dat succes.
Hoe ga jij om met roem in het dagelijkse leven?
Ik negeer gewoon dat er iets bijzonders aan de hand zou zijn. Als mensen me herkennen, nou ja, daar kan je toch niets aan doen. Je staat er best niet te lang bij stil. Je leven gaat voort.
Irriteert het je als er onzin over jou wordt uitgekraamd?
Ik probeer er geen rekening mee te houden. Het ergste van mijn beroep is dat ik mijn privé-leven moet delen met het publiek, dat ik interviews moet geven. Maar ik was gewaarschuwd: ik wist dat het erbij hoorde. Ik werd wereldwijd bekend door “Romeo and Juliet”, maar in Amerika was ik al eerder bekend van de serie “My So-Called Life”. De serie werd als een mislukking beschouwd, hoewel we soms 10 miljoen kijkers haalden per aflevering. Ik zou al heel blij zijn als zoveel mensen naar mijn films kwamen kijken.
Die celebrity-status vind ik het vervelendste aspect van de job. Voor de rest zijn er alleen maar pluspunten: ik verdien veel geld, krijg de kans om te reizen. En als je veel van jezelf in een vertolking stopt, en je krijgt feedback van het publiek, voelt dat heerlijk aan.
Natuurlijk vind ik het aangenaam dat mensen zo positief op mijn werk reageren, dat wil toch zeggen dat ik iets goeds doe en dat geeft me vertrouwen. Wat ik echt apprecieer is dat mensen me niet tot één soort vertolking willen dwingen: dat ze me zowel geloven in de rol van een ingénue als in die van een woestijnrat in “U-Turn”. Erg cool dat ze me nog niet in een vakje gestopt hebben.
Waar woon je nu?
In New York. Een jaar geleden kocht ik een pand, of liever een loft, in de buurt waar ik opgroeide in SoHo. Het duurt verschrikkelijk lang om er iets leefbaars van te maken, maar ik kan mij er ook niet op concentreren omdat ik veel weg ben voor mijn films. Ik heb het gevoel dat ik de laatste jaren de wereld heb rondgereisd: Madrid, Milaan, Parijs, Londen, twee maanden in Australië, filmopnames in Praag en op de Filipijnen… En binnenkort ga ik naar de unief en zal ik in een studentenhome wonen in New Haven. Als ik niet onderweg ben voor een film en reis voor mijn eigen plezier, ga ik ook niet in een viersterrenpalace logeren. Ik toerde in Australië met de band van mijn vriendje, zag plaatsen waar ik tijdens mijn promotiereizen nooit zou belanden, logeerde in goedkope hotelletjes, ging eten in baancafés. Een paar weken later reisde ik dan weer voor een filmmaatschappij in eerste klas, logeerde in de Four Seasons, kreeg voor de promotie al die dure kleren. Plotseling was ik omringd door al die weelde, maar ik miste mijn vriend, mijn kameraden en mijn familie, ik had zelfs geen tijd om een boek te lezen.
Wie is je vriendje?
Ik zou heel graag iets over hem vertellen, maar ik mag niet! (begint plagend nee te knikken, dan aarzelend…) Hij is heel lief. Zijn naam is Ben, hij is Australiër, hij speelt gitaar bij een band, schrijft mooie liedjes over… mij. Ik heb hem ontmoet via zijn muziek. Baz Luhrmann, de regisseur van “Romeo and Juliet” heeft enkele van zijn liedjes uitgetest voor de soundtrack van de film. Uiteindelijk zitten zijn songs er niet in, maar wij bleven in contact. Meer wil ik niet kwijt (lacht ondeugend). Zoals ik ook mijn diepste gevoelens niet wil blootleggen in een tijdschrift. Ik wil ook nog iets voor mezelf houden.
Je hebt kennelijk toch iets met Australië?
Ja, er is een Australische connectie: ik heb met vier Australische regisseurs gewerkt, mijn vriendje is Australiër. Het liefst zou ik een huis hebben in Sydney en een in New York, die twee steden vullen elkaar aan voor mij. L.A. kan me gestolen worden.
Hoe reageren je ouders?
Ze zouden me liever wat meer beschermen, maar ik geef ze de kans niet. Let wel: we hebben een prima verstandhouding. We telefoneren minstens tweemaal per week. Ze wonen in L.A. Ik ben pas thuis weggegaan toen ik afgestudeerd was aan de middelbare school. Dat was de afspraak. Ik hou ontzettend veel van mijn ouders, maar geniet ook zeer van mijn onafhankelijkheid.
Welke film vertegenwoordigt je beste werk?
Een moment in die film, een moment in een andere film. Bepaalde scènes uit de tv-reeks “My So-Called Life”. Ik zou het echt niet weten. Ik ben echt een doetje als ik mijn eigen werk moet bekijken. Bij de vertoning van “Les Misérables” ging alles goed zolang Uma Thurman in beeld was, maar eens zij doodging en ik eraan kwam, kroop ik bijna onder de zetel van schaamte. Ik kan gewoon niet naar mezelf kijken in een bioscoop. Gisteren zag ik de film pas voor de eerste keer. Toen ik thuiskwam, was ik zo nerveus dat ik mijn emoties niet langer de baas was, zodat ik me dan maar concentreerde op allerlei bijkomstigheden. Zo zat ik een half uur te tobben over de lengte van mijn haar!
Wat ga je studeren aan de unief?
Psychologie, omdat het dicht aanleunt bij mijn beroep. Acteren is toch hoofdzakelijk de studie van het menselijk gedrag. Tussen het studeren door heb ik soms enkele maanden vrij voor een film, maar dat vraagt een ingewikkelde planning. Het afgelopen jaar ging ik tussen de opnamen door in mijn trailer studeren, maar dat is moeilijk omdat je je bij de opname van een film makkelijk in een andere realiteit verliest. Daarom heb ik nu een jaar gewacht voor ik weer de draad opnam van mijn studies. Ik moest weten waar ik stond, los van mijn ouders en van mijn werk.
Waarom die nood aan een diploma? Dat heb je toch niet nodig om het te maken in Hollywood?
Nee, niet echt. Ik doe het zeker niet uit voorzorg, om iets achter de hand te hebben mocht het acteren niet lukken. Ik beschouw het meer als een vorm van zelfdiscipline. Als ik niet werk verveel ik me gauw. Ik heb een stimulans nodig om me op een zinvolle manier met iets bezig te houden.
Heb je als toekomstige psychologiestudente nagedacht over je motivatie om te acteren?
Wat me heeft aangezet tot acteren? Dat is moeilijk uit te leggen. Intuïtief wist ik al vanaf mijn 5de dat ik wilde acteren. De ernst van die drang besefte ik natuurlijk pas veel later. Toen ik adolescente was – wat ik euh … nog altijd ben – toen ik jonger was dus, werd ik erg in de war gebracht door de veranderingen in mijn lichaam, door alles wat een klein meisje dan meemaakt. Ik voelde me heel onzeker, en acteren is een prima excuus om weg te rennen van jezelf. Toen was dat het meest aantrekkelijke aspect van het acteren, nu is dat van minder belang.
Maar je moet niet denken dat ik alleen maar geïnteresseerd ben in psychologie. Ik geniet ook van filosofie, kunstgeschiedenis, alles wat mijn brein stimuleert, bevalt me.
In “The Rainmaker” speelde je een zwaar mishandelde jonge vrouw. Hoe angstaanjagend was het om zo iemand te spelen?
“The Rainmaker” was niet zo zwaar omdat de hele film niet op mijn schouders rust. Voor een acteur is het moeilijker als hij bijna op zijn eentje de toon moet zetten. Matt Damon was natuurlijk wel een wrak omdat hij heel hard heeft moeten werken aan die rol van jonge advocaat en omdat hij tijdens de opname ook nog het scenario van “Good Will Hunting” schreef.
Het moeilijkste was dat er heel weinig informatie was over wie die jonge vrouw nu eigenlijk was. Ze wordt in het boek heel vaag beschreven. Ook uit het script kom je weinig te weten. Francis en ik hebben samengewerkt om haar wat meer ‘vlees’ te geven. Ze loopt in de film voortdurend rond met blauwe plekken en pleisters, maar toch moet ze ook voor de romantische noot zorgen. Ik mocht er dus niet altijd zwaar toegetakeld bijlopen.
Om me voor te bereiden, ging ik praten met mijn moeder die een tijd in een opvangcentrum werkte voor mishandelde vrouwen. Ze legde me uit hoe vrouwen reageren als ze door hun man in elkaar getimmerd worden. Het is veel ingewikkelder dan je zou denken, dat boeide me zeer. Ik vernam dat vrouwen uiteindelijk alle hoop opgeven en gewoon onderdanig hun lot ondergaan. Ze zijn bang dat hun echtgenoot hen zal ombrengen als ze weglopen, dus voelen ze zich relatief veilig als ze blijven, zelfs met alle pijn vandien. De meeste vrouwen geraken ook geïsoleerd van hun familie en vrienden, staan er helemaal alleen voor. En als je voortdurend gebroken botten hebt, heb je niet langer de kracht om te vechten tegen je lot. Ze zijn als verlamd, zitten in een valstrik. Ik ontdekte hoe makkelijk het is om in zo’n situatie gevangen te geraken.
Francis Ford Coppola zei dat je een wonderkind zou genoemd worden als je een pianiste was.
Heel flatteus! Hopelijk meent hij het ook. Maar ik zorg ervoor dat dergelijke lof me niet naar het hoofd stijgt. Ik probeer interessante rollen te spelen en goed te zijn in wat ik doe. De reden dat ik “The Rainmaker” deed, was natuurlijk om met Francis te kunnen werken. Hij is een echte legende voor mensen van mijn generatie en natuurlijk heb ik ontzettend veel van hem geleerd. Zelfs al heb ik jammer genoeg die fabelachtige repetities niet kunnen bijwonen waarvoor hij bekend staat: ik zat vast aan de opname van een andere film, “Polish Wedding”.
Hoe was het werken met Oliver Stone aan “U-Turn”?
Ik zou niet durven zeggen dat het aangenaam was om met Oliver te werken, maar dat zal je wel niemand horen zeggen. Het was een hele uitdaging. Maar wat er ook op zijn methodes aan te merken valt, je moet wel constateren dat hij opmerkelijke prestaties uit zijn acteurs haalt. Hij is heel slim, technisch heel onderlegd. Zijn films zijn controversieel. Ik weet dat sommige vrouwen klagen over zijn houding op de set, maar mij heeft hij goed behandeld. Hij was openhartig, behandelde me niet als een seksobject of als een dom filmsterretje. Wat was ik blij dat hij me mocht!
Veel actrices klagen over het tekort aan goede rollen in Hollywood?
Men zegt inderdaad dat de meeste rollen voor actrices niet veel om het lijf hebben, maar ik mag niet klagen. Ondanks mijn jonge leeftijd heb ik al zeer mooie rollen kunnen spelen. Ik besef natuurlijk wel dat ik verwend ben, omdat ik in zo’n korte tijd heb kunnen werken met regisseurs van het kaliber van Oliver Stone, Francis Coppola en Bille August. Om nog te zwijgen over mijn tegenspelers, allemaal uitzonderlijk begaafde mensen. Voor mij is dat een prima leerschool.
“Les Misérables” loopt vanaf deze week in de bioscoop.
Patrick Duynslaegher
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier