Vijftien bedreigde diersoorten die aan een comeback bezig zijn
De berichten uit de dierenwereld zijn niet al te positief: van de achtt miljoen diersoorten zullen er de komende decennia 500.000 tot een miljoen met uitsterven bedreigd zijn. Gelukkig zijn er af en toe ook lichtpuntjes: zoals deze vijftien dieren met wie het langzaamaan weer de goede kant opgaat.
De berichten uit de dierenwereld zijn niet al te positief: van de achtt miljoen diersoorten zullen er de komende decennia 500.000 tot een miljoen met uitsterven bedreigd zijn. Gelukkig zijn er af en toe ook lichtpuntjes: zoals deze vijftien dieren met wie het langzaamaan weer de goede kant opgaat.
Door ontbossing, de jacht, versnippering van het leefgebied, mijnbouw, klimaatopwarming en nog veel meer redenen is de zesde grote uitstervingsgolf van dieren nu al aan de gang. Een miljoen diersoorten loopt de komende decennia het risico uit te sterven. Gelukkig zijn er soms ook lichtpuntjes: dankzij enorme inspanningen van natuurorganisaties krabbelen sommige dieren stapje voor stapje uit het dal. Maar ze zijn er allemaal nog lang niet: ook de komende tijd zal er veel gedaan moeten worden om ze voor uitsterven te beschermen.
Van de tijger tot de monarchvlinder en van de sneeuwluipaard tot de Mauritiusparkiet: deze vijftien grotere en kleinere diersoorten zijn alvast op de goede weg.
Lees ook: Deze wilde dieren werden met succes teruggebracht in de natuur
Soepschildpad
Deze groengekleurde schildpad komt overal in de wateren rond de Evenaar voor. De populatie van deze dieren is een halve eeuw tijd met zo’n negentig procent gedaald. Daar zijn verschillende redenen voor: ze worden gedood om hun vlees, eieren, huid en schild, ze sterven doordat ze plastic opeten, ze komen als bijvangst terecht in de netten van vissersboten en door de klimaatopwarming sterven de koraalriffen waar ze in leven.
Begin jaren zeventig van de vorige eeuw werden er voor het eerst initiatieven gestart om de dieren te beschermen. Zo kwamen er fikse straffen op het doden van de dieren, kregen de nesten van de schildpadden bescherming en werden er beschermde gebieden voor ze gecreëerd. Alhoewel de dieren het nog altijd moeilijk hebben en het gevaar nog niet geweken is, bestaat er wel reden tot optimisme: onder andere bij Florida en rond Hawaii is het aantal soepschildpadden flink gestegen.
Berggorilla
De imposante berggorilla’s werden op 17 oktober 1902 voor het eerst in het wild gezien. Was dat maar nooit gebeurd, want vanaf dat moment werd er intensief op ze gejaagd en hun leefgebied hoog in de bergen van Congo, Rwanda en Oeganda verwoest. Ook kregen ze te maken met menselijke ziektes waar ze niet tegen bestand bleken en werden ze het slachtoffer van burgeroorlogen.
In 1989 leefden er nog maar zo’n 620 berggorilla’s in het wild. Eind december 2019 was dat aantal gegroeid tot 1063. Het heeft enorm veel moeite gekost om dat te bereiken. Rangers zetten met de jacht op stropers hun eigen leven op het spel. Ook wordt er voorlichting gegeven aan de lokale inwoners en geven dierenartsen de gorilla’s medische zorg.
Pinchéaapje
Deze koddige aapjes met hun funky kapsel komen uitsluitend in de tropische bossen in het noorden van Colombia voor. Deze diertjes zijn ongeveer zo groot als een eekhoorntje en leven in de toppen van de bomen. In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw werden tussen de 20.000 en 30.000 aapjes gevangen en naar de Verenigde Staten gebracht voor medisch onderzoek, vooral naar darmkanker. Daar kwam bij dat hun leefgebied drastisch afnam door ontbossing, oliewinning en andere menselijke activiteiten. Daardoor is nog maar zo’n vijf procent van hun oorspronkelijke habitat over.
Ondertussen gaat het weer een beetje de goede kant op met de pinchéaapjes. Proyecto Tito is samen met het Disney Conservation Fund begonnen met de dieren te steunen. Ze hebben een beschermd gebied gemaakt en geven de lokale bewoners voorlichting over de dieren. De aapjes zijn nog altijd ‘critically endangered’, maar Proyecto Tito is er in geslaagd het pinchéaapje het symbool van de natuurbescherming in Colombia te maken: mensen schilderen afbeeldingen van de diertjes op muren, zingen liedjes over de aapjes en er wordt ieder jaar een dag aan het aapje gewijd.
Mauritiusparkiet
In de jaren zeventig van de vorige eeuw leefden er nog maar twaalf van deze parkieten op Mauritius, het Afrikaanse eiland waar ze vandaan komen. Het diertje leek hetzelfde lot te ondergaan als zijn Nieuw-Zeelandse neefje, de dodo. In die tijd werd het de ‘zeldzaamste parkiet’ ter wereld genoemd.
Tegenwoordig leven er weer 800 Mauritiusparkieten in het wild, een enorm succes. Hoe is dat bereikt? De Mauritiaanse overheid en de Mauritian Wildlife Foundation hebben de handen ineen geslagen om de populatie van de vogel op te krikken. Ze bestrijden roofdieren die het op de parkieten gemunt hebben, voeren de vogels bij en halen eieren uit de nesten die ze in broedmachines uit laten komen, vervolgens met de hand groot brengen en weer vrijlaten in de natuur. Ondanks de spectaculaire comeback staat de Mauritiusparkiet wel nog altijd als ‘bedreigd’ op de rode lijst van IUCN.
Grizzlybeer
Ooit struinden er zo’n 50.000 van deze imposante beren rond in het Amerikaanse westen. De mens slaagden erin deze dieren op de rand van uitsterven te brengen door er intensief op te jagen en hun leefgebied te reduceren en versnipperen. In de jaren zestig van de vorige eeuw kwamen er nog maar tussen de 600 en 800 grizlly’s voor in de natuur, nog maar zo’n twee procent van hun oorspronkelijke aantal. Daarom belandde het dier in 1975 op de lijst van de U.S. Endangered Species Act.
Vanaf dat moment ging het de goede kant op met de beren. Er werden beschermde gebieden gevormd, voorlichting gegeven aan de inwoners van de streken waar grizzly’s leven om gewelddadige confrontaties te voorkomen en boeren waarvan het vee door beren werd gedood kregen daarvoor een compensatie. Ondertussen komen er weer vijfmaal zoveel grizzly’s voor als in 1975. De U.S. Fish and Wildlife heeft ondertussen al tweemaal geprobeerd de grizzly’s hun beschermde status weer te ontnemen, maar twe keer zonder succes.
Guamral
Zoals de naam al doet vermoeden, komt deze vogel die niet kan vliegen, maar wel snel kan rennen oorspronkelijk van het eiland Guam (deel van Micronesië). Tegenwoordig zal je de Guamral daar niet meer vinden. Vroeger kwam de vogel in grote getale op het eiland voor, maar toen in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw bruine nachtboomslangen aan boord van vrachtschepen op Guam arriveerden, raakte het diertje vrijwel uitgestorven.
Het handjevol exemplaren dat overleefde, werd gevangen en opgenomen in fokprogramma’s. Enkele vogels werden uitgezet op nabij Guam gelegen Cocos Island en op Rota. Daar planten de vogels zich ondertussen zelfstandig voort. Daarom heeft IUCN ze nu niet meer geclassificeerd als ‘in het wild uitgestorven’, maar wel nog als ‘ernstig bedreigd’.
Bultrugwalvis
Bultrugwalvissen komen in alle oceanen van de wereld voor. Ze zijn zo groot als een bus en verblijden de oceanen met hun gezang dat op kilometers afstand te horen is. Omdat er zo veel op ze gejaagd werd, belandden deze walvissen op de Rode lijst van bedreigde diersoorten.
Sinds 1989 is de jacht op walvissen verboden (wat overigens niet wil zeggen dat het nergens meer gebeurt) en sinds die tijd gaat het beter met het reusachtige dier. Hun aantal is gegroeid tot 60.000, wat neerkomt op ongeveer 35 procent van de populatie in 1940.
Jamaicaanse leguaan
De Jamaicaanse leguaan komt uitsluitend voor op Jamaica en is daar het grootste landdier. Het dier werd dusdanig bedreigd dat men tussen 1948 en 1990 dacht dat de leguaan was uitgestorven. De belangrijkste oorzaak van de dramatische terugval was de introductie van de Indische mangoeste op het eiland om ratten te bestrijden. Het importdier deed zich ook tegoed aan de Jamaicaanse leguaan.
Toen in 1990 werd ontdekt dat er nog enkele dieren in leven waren, werd ingegrepen om de dieren te redden. De Indische mangoeste werd bestreden en Jamaicaanse leguanen werden in dierentuinen gefokt en opnieuw uitgezet op het eiland. Tussen 1991 en 2013 is daardoor het aantal nestelende vrouwtjes en jongen verzesvoudigd.
Lamantijn
Deze grote, vriendelijke dieren zwemmen al zo’n vijftig miljoen jaren rond in de oceanen. Toch zijn wij er als mensen de afgelopen eeuw in geslaagd het dier op de lijst van bedreigde diersoorten te doen belanden. En dat terwijl het dier vrijwel geen natuurlijke vijanden heeft.
We hebben het leefgebied van de lamantijnen drastisch verkleind. Bovendien gaan de nodige lamantijnen dood doordat ze in de schroef van motorboten terechtkomen of doordat ze vistuig inslikken.
In 1967 kwamen de lamantijnen in Florida op de lijst van de Endangered Species Act. Er werden beschermde gebieden voor ze gevormd waar geen motorboten zijn toegelaten en op het doden van de dieren werden fikse straffen gezet. Ondertussen is het aantal lamantijnen in Florida van 1267 in 1991 gestegen naar 5700 in 2019.
Monarchvlinder
Monarchvlinders zijn weliswaar niet zo groot, maar wanneer ze in grote groepen over een afstand van zo’n 4.000 kilometer van Canada naar Mexico vliegen, is dat een spectaculair gezicht. De afgelopen twintig jaar neemt het aantal monarchvlinders gestaag af. Dat komt door het gebruik van pesticiden, de opkomst van genetisch gewijzigde gewassen en door de klimaatopwarming.
Canada, de VS en Mexico hebben de laatste jaren de handen ineengeslagen om de vlinders een steun in de rug te geven. Ze hebben gezorgd voor de aanleg van pesticidenvrije velden, ze hebben de illegale houtkap aangepakt en zijdeplanten (belangrijk voedsel voor de monarchvlinders) geplant. Deze aanpak begint succes te krijgen: in 2019 werden er meer vlinders geteld dan in 2018.
Arabische spiesbok
Vroeger kwam de Arabische spiesbok overal op het Arabische schiereland, onder andere in Oman en Saoedi-Arabië, voor. Maar door de jacht op het mooie dier met de lange horens – vanaf 1945 zelfs met automatische geweren vanuit jeeps – verdwenen ze vanaf 1972 volledig uit de natuur.
Gelukkig waren er uit voorzorg in 1962 al twee mannetjes en 1 vrouwtje gevangen genomen. Samen met Arabische spiesbokken die al in dierentuinen leefden, werd er een fokprogramma opgestart. In 1982 en 1984 werden de eerste kuddes weer uitgezet in het wild, in Oman. Later volgden kuddes in Israël en Saoedi-Arabië. Er bestaan plannen om ook dieren vrij te laten in Koeweit, Jordanië en Syrië. Het gaat dus de goede kant op, maar het dier is nog altijd uiterst kwetsbaar.
Reuzenpanda
De reuzenpanda is hét symbool van het Wereldnatuurfonds omdat het zo’n mooi en lief uitziend dier is. In de jaren tachtig van de vorige eeuw decimeerde het aantal panda’s in China door ontbossing en stroperij. Op het moment dat er nog maar een paar honderd panda’s in het wild over waren, vonden natuurorganisaties het tijd om in te grijpen.
Miljoenen dollars werden geïnvesteerd in het herstel van het leefgebied van de panda’s en in fokprogramma’s. Ook kreeg het dier een beschermde status. Het is geen weggegooid geld geweest: ondertussen leven er weer zo’n tweeduizend reuzenpanda’s in het wild en nog eens driehonderd in dierentuinen.
Sneeuwluipaard
Het mooie, geheimzinnige sneeuwluipaard leeft hoog in de bergen van Aziatische landen als Afghanistan, Bhutan, China, India, Nepal, Pakistan en Rusland. Het dier draagt als bijnaam ‘Ghost of the Mountains’. Helaas zijn er nog maar tussen de 3920 en 6390 over in het wild. De belangrijkste dreiging is de stroperij. Volgens Snowleopard.org wordt er gemiddeld iedere dag een sneeuwluipaard gedood. De dieren waar sneeuwluipaarden van leven worden eveneens door de mens gedood, waardoor sneeuwluipaarden tamme geiten en schapen doden. De eigenaren doden vervolgens de sneeuwluipaarden.
Onder andere Snowleopard Trust doet nu zijn best om deze negatieve trend te keren onder andere door een betere manier te creëren waarop de luipaarden en mensen samen kunnen leven en door het instellen van beschermde gebieden. Bovendien hebben de landen waar de sneeuwluipaarden leven de handen ineengeslagen en zich in de zogenaamde Bishkek Declaration als doel gesteld om tegen 2020 minstens twintig gezonde populaties sneeuwluipaarden in de natuur te hebben. Een gezonde populatie betekent minstens honderd volwassen dieren, genoeg prooidieren om van te leven en contact met andere populaties zodat inteelt voorkomen wordt. Ondertussen wordt er verder gewerkt aan nog ambitieuzere doelen.
Sumatraanse neushoorn
Dankzij stroperij en door aantasting van hun leefgebied door mensen is het aantal Sumatraanse neushoorns in twintig jaar tijd met meer dan zeventig procent gedaald tot ongeveer tachtig dieren.
Dankzij inspanningen van verschillende natuurorganisaties en National Geographic bestaat er hoop dat het aantal weer zal gaan groeien. Er zijn onder andere neushoorns ondergebracht in beschermde natuurgebieden en er worden dieren in gevangenschap geboren en weer terug uitgezet in de natuur.
Tijger
De tijger is de grootste katachtige. Rond het jaar 1900 kwamen er meer dan honderdduizend tijgers voor in de natuur van Azië. Maar in de loop van de jaren heeft het dier ongeveer 95 procent van zijn leefgebied verloren waardoor het aantal drastisch achteruitging. Daar komt nog de jacht op het mooie dier bij met als gevolg dat er in 2010 nog maar 3.200 tijgers over waren.
De laatste jaren gaat het weer een beetje de goede kant op. De dertien Aziatische landen waar tijgers voorkomen (Bangladesh, Bhutan, China, Cambodja, India, Indonesie, Laos, Maleisie, Myanmar, Nepal, Rusland en Vietnam) hebben een ambitieus project ontwikkeld: het Tx2 project. Het doel is om tegen 2022 (het Chinese jaar van de tijger) het aantal tijgers te verdubbelen. In Rusland is het aantal Siberische tijgers gestegen van rond de twintig rond 1930 tot meer dan vijfhonderd in 2018. Ook in Nepal gaat het de goede kant op: in 2009 werden er 121 tijgers geteld en in 2018 236.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier