Eten en drinken

Wie in het Zillertal de innerlijke mens wil versterken, hoeft niet ver te zoeken. Je kunt er lekker en relatief goedkoop eten. Veel hotels hebben een eigen boerderij, die de ingrediënten levert. Op die manier is de kok zeker van de kwaliteit van de producten.

De ‘Zillertaalse keuken‘ is krachtig en smakelijk. Wil je een lokale specialiteit proeven, dan moet je zeker ‘Zillertaler Krapfen’ proberen. Dat zijn goudbruin gebakken deegflapjes gevuld met een aardappel-kaasvulling.

De ‘Melchamuas’ wordt dan weer gemaakt van melk, meel en boter. Deze voedzame hoofdmaaltijd wordt geserveerd met rode bosbessen. Ook de ‘Gröstl’ zijn niet te versmaden. Gröstl zijn bladerig gesneden aardappeltjes met ui en stukjes geroosterd rundvlees, eventueel met een spiegelei en wat verse bieslook. Verder zijn de Graukassupe, Wildgulaschsuppe en Speckknödel aanbevolen.

Voor de zoetebekjes is er een uitgebreide dessertenkaart. Iedereen kent natuurlijk de typische Apfelstrudel. Wie niet zo tuk is op kaneel, kan echter beter Kaiserschmarren proberen. Dat zijn dunne, luchtige pannenkoeken in reepjes gesneden, bestrooid met poedersuiker en geserveerd met jam van rode bessen.

Natuurlijk mogen de lokale dranken niet ontbreken. In Zell am Ziller wordt al meer dan 500 jaar het Zillertal bier gebrouwen. Ben je geen bierdrinker, dan kan je kiezen voor een ‘Schnaps’. Die wordt gemaakt van appels en peren uit het dal en bevat een hoog percentage alcohol.