Babyhaaien hebben het moeilijk in warmer water
Door het opwarmende zeewater komen babyhaaien te snel ter wereld. Ze zijn kleiner, ondervoed en uitgeput en maken minder kans om te overleven, blijkt uit onderzoek in Australië.
Voor haar doctoraatsonderzoek onderzocht Carolyn Wheeler de effecten van een stijgende temperatuur op de groei, ontwikkeling en fysiologische prestaties van epaulethaaien – een eierleggende soort die alleen voorkomt op het Great Barrier Reef.
‘We hebben de embryo’s getest in wateren tot 31 graden Celsius’, zegt ze. ‘Hoe heter de omstandigheden, hoe sneller alles gebeurde: de embryo’s groeiden sneller en gebruikten hun dooierzak sneller op. Dat leidde ertoe dat ze eerder dan normaal uitkwamen.’
Klein en hongerig
Het gevolg is dat de babyhaaien niet alleen kleiner zijn, maar dat ze ook vrijwel meteen moesten eten, maar weinig energie hadden om eten te vinden.
Een watertemperatuur van 31 is wat wetenschappers eind deze eeuw verwachten als zomergemiddelde rond het Great Barrier Reef in Australië.
De bevindingen zijn zorgwekkend, want haaien zorgen niet voor hun eieren nadat die zijn gelegd. Een haaienei moet tot wel vier maanden onbeschermd kunnen overleven.
Funest voor andere soorten
‘De epaulethaai staat bekend om zijn veerkracht en capaciteit om te veranderen, ook tegen verzuring van de oceanen’, zegt hoogleraar Mariene Biologie Jodie Rummer. ‘Als deze soort al niet bestand is tegen opwarmende wateren, hoe zal het dan met andere, minder tolerante soorten gaan?’
Haaien en verwante soorten zoals roggen groeien langzaam en planten zich ook niet zo vaak voort als andere vissen. De soorten zijn daarom over de hele wereld bedreigd.
‘De resultaten van de studie zijn zorgwekkend, net omdat haaien al zijn bedreigd’, zegt Wheeler. ‘Haaien zijn belangrijke roofdieren, die de ecosystemen in de oceaan gezond houden. Zonder roofdieren kunnen hele ecosystemen instorten, en daarom moeten we deze wezens blijven bestuderen en beschermen.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier