Gepikt uit (o)ma’s kleerkast: van klassieke Burberry-jas tot een broek van A.F. Vandevorst

© Damon De Backer

Vroeger was het gênant om de straat op te moeten in afdragers van broers, zussen of – de horror – ouders. Niet voor de jeugd van tegenwoordig: zij doet niets liever dan snuffelen in de kleerkast van ouders en zelfs grootouders.

Op elke foto wordt het bewuste kledingstuk door beide personen gedragen: het beeld is een montage.

Dat Luc (75) maar moeilijk afstand kan doen van zijn kleren, was voor zijn kleinzoon Leon Wilssens (14) een godsgeschenk: hij vond de Burberry-jas waar hij al lang naar op zoek was gewoon in Lucs kleerkast.

Luc: ‘Ik ben erg zorgzaam op mijn kleren. Als ik me goed voel in een kledingstuk, moet het al versleten zijn voor ik het weggooi. Een deel van mijn oudere kleren bewaar ik in ons vakantiehuis. Daar vond Leon de jas, terwijl hij op zoek was naar een schoenlepel.’

Leon: ‘Ik denk dat ik het hele huis bij elkaar heb geschreeuwd. Ik was al een hele tijd naar een jas van Burberry op zoek, had al tevergeefs gezocht in tweedehandswinkels.’

Gepikt uit (o)ma's kleerkast: van klassieke Burberry-jas tot een broek van A.F. Vandevorst
© Damon De Backer

Luc: ‘Ik ben het gewend dat Leon in mijn kasten zit, dat deed hij als klein kind al. Zijn interesse in mijn kleren verbaasde mij aanvankelijk. Wat wil zo’n hippe kleinzoon nu met kleren van zijn grootvader? Maar als ik hem er een plezier mee doe, dan graag. Ik vind het bijzonder om te zien hoe hij mijn stukken combineert tot zijn eigen stijl.’

Leon: ‘Het eerste kledingstuk dat ik van papie kreeg, was een rood hemd van Burberry, en onlangs ‘erfde’ ik een bomberjack van American Gant. Ik krijg wel niet zomaar alles wat ik wil. Zijn trainingspak van Sergio Tacchini draagt hij nog om te tennissen, dat mag ik zelfs niet lenen. Maar in het vakantiehuis heeft hij nog een ander trainingspak, eentje in badstof, dat ik binnenkort wil passen. Dat moet fantastisch zijn om in te skaten. Ik ben nooit ongerust dat ik mijn kleren stuk ga maken. Een coole outfit geeft zelfvertrouwen, het is alsof het skaten dan net beter gaat.’

Luc: ‘Ik zie er graag netjes uit, maar veel belang hecht ik niet aan mijn kleren. Veel nieuwe kleren koop ik niet. Ik heb al zoveel. En alles komt vroeg of laat nog eens uit de kast. De kinderen of mijn vrouw zeggen dan: ‘Komaan, ga je dat nu écht nog dragen?’ Maar Leon is nu wel blij dat ik zoveel bewaard heb.’

Leon: ‘Mijn vrienden vinden dat geweldig. Ze hebben het meteen door als ik iets van hem aanheb. Het geeft ook een extra waarde aan die kleren. Wanneer papie er niet meer is, heb ik zijn jas als herinnering.’

Charlotte Duthoit (16) ontdekte onlangs in de kast van mama Daphné Bomans (42) een broek van A.F. Vandevorst die ze niet kon laten liggen.

Daphné: ‘Charlotte moet het mij altijd vragen wanneer ze iets wil lenen, maar soms zie ik op haar Instagram of TikTok dat ze kleren van mij aanheeft. ‘Het hangt al terug in je kast’, zegt ze dan wanneer ik haar erop aanspreek. Ik had deze broek lang niet gedragen, was ‘m zelfs al een beetje vergeten, maar door Charlotte heb ik ‘m herontdekt. Het is een klassiek, tijdloos stuk. Ik hou van Belgische mode, en investeer af en toe in een duurder stuk, tegenwoordig vooral van Margiela en A.F Vandevorst. Ik was vijftien toen ik mijn eerste Belgische stukken – toen vooral Ann Demeulemeester – kreeg van mijn moeder, die mijn liefde voor Belgische designers deelt. Van bepaalde kleren kan ik geen afstand doen, zelfs al passen ze me niet meer, of zijn ze ondertussen hopeloos uit de mode. Af en toe gaat Charlotte eens snuffelen in mijn kast. Ik koop voor haar geen dure designerkleding. Ik heb niet het budget dat mijn ouders hadden, en bovendien springt zij veel te nonchalant om met haar kleren.’

Charlotte en Daphné
Charlotte en Daphné© Damon De Backer

Charlotte: ‘Voor mij is het niet belangrijk of iets duur is of niet, ik koop mijn kleren in de grote ketens, maar evengoed in tweedehandswinkels. Ik heb ook een aantal oude truien van mijn oma gekregen en draag af en toe kleren van mijn mama, of zelfs van mijn papa. Ik heb niet echt één stijl. Ik draag wat ik mooi vind en de ene dag is dat iets totaal anders dan de volgende dag.’

Daphné: ‘Ik vind het mooi om te zien hoe ze haar eigen ding doet met kleren. Ze combineert nieuw met oud en geeft aan alles haar eigen draai. Als kind had ze al een heel eigen smaak. Dat maakt me trots, ook omdat het iets is wat we delen. Als tiener wilde ik ook altijd net iets anders dan de anderen dragen. Niet veel vijftienjarigen droegen stukken van Ann Demeulemeester. Ik ben stiekem ook wel trots dat ze in mijn kleerkast zit. Dat wil toch zeggen dat ze vindt dat haar moeder een goeie smaak heeft.’

Charlotte: ‘Vroeger vond ik soms dat ze zich wat beschamend kleedde. Een paar jaar geleden droeg ze weleens van die rare hoeden. (lacht) Maar meestal is ze erg stijlvol, en tegenwoordig koopt ze af en toe zelfs echt toffe kleren… Vooral haar broeken zou ik vaker pikken als ze wat soepeler was. Mijn vriendinnen zeiden onlangs nog: ‘Jij hebt echt een hippe mama.’ Ja, ze valt op in vergelijking met andere moeders.’

Jarenlang lieten Monique Braet (74) en haar dochter Marianne Willems (54) hun kleren maken door een naaister. Kleindochter Loïs De Rycke (23) profiteert nu van de gigantische kleerkast op Moniques zolder. Ze vond er het lichtblauwe, op maat gemaakte pak dat zij en haar moeder op de foto dragen.

Loïs (links) in een blouse van Léonard-stof. De Delvaux-handtas en sjaal van Hermès blijven voorlopig bij mama Marianne (rechts).
Loïs (links) in een blouse van Léonard-stof. De Delvaux-handtas en sjaal van Hermès blijven voorlopig bij mama Marianne (rechts).© Damon De Backer

Loïs: ‘Probeer in een vintagewinkel maar eens een pak te vinden dat zo mooi past. Onbegonnen werk. Het is een groot geluk dat ik dezelfde maat heb als mijn oma vroeger. Sinds een paar jaar koop ik bewust nog tweedehands en vintage, dus haar kast is een goudmijn. Ieder seizoen ga ik er eens ‘shoppen’. Alles hangt er netjes verpakt in hoezen. Het is zoveel dat ik nog niet eens alles heb kunnen bekijken. Af en toe komt ze met een suggestie en stuurt ze mij naar boven. Onlangs moest ik van haar nog een mantelpakje gaan zoeken.’

Monique: ‘Ik zag in een magazine een zwart mantelpak, in de stijl van Chanel vroeger. Dat heb ik nog gehad, denk ik dan, en dan bel ik Loïs. Alles komt terug in de mode, hè. Ik hield enorm van de stoffen van Léonard, niet goedkoop, maar zo mooi. Nu is dat merk niet meer zo bekend, maar veel van de blouses die Loïs draagt, zijn gemaakt met stof van Léonard (een Frans luxemerk, geliefd om zijn zijden stoffen met weelderige bloemenpatronen, red.).

Loïs: ‘De kleren die oma vroeger droeg, zouden nu niet meer te betalen zijn. Ze is er nog steeds heel zorgzaam op. Ze staat erop om de kleren die ik van haar krijg zelf te wassen. Ze vertrouwt me niet met haar zijden blouses.’ (lacht)

Marianne: ‘Ik heb jammer genoeg niet dezelfde maat, maar ik draag veel juwelen van mijn moeder, en haar handtassen.’

Loïs: ‘Ik heb mijn oog al een tijdje laten vallen op oma’s handtas van Delvaux, maar die krijg ik voorlopig nog niet mee naar huis. En haar Hermès-sjaals mogen ook snel mijn richting uitkomen.’ (lacht)

Monique: ‘Ik ben altijd trots als Loïs mijn kleren draagt. Dat is mooi om te zien.’

Marianne: ‘Ook José, de naaister, is trots dat haar kleren nog gedragen worden. Ze is 91 jaar ondertussen, en wanneer ik haar zie, vraagt ze altijd naar Loïs.’

Loïs: ‘Een paar jaar geleden heb ik op de kunstacademie een project gedaan rond mijn oma en gewerkt met foto’s van vroeger en nu. Ik vond toen een foto van mijn doop, waarop oma mij in haar armen houdt, met een blouse aan die ik nu zelf draag. Mooi toch?’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content