Lene Kemps
Kleren kopen en daardoor geven
Het lijkt alsof de mode-industrie zich persoonlijk verantwoordelijk heeft gesteld voor het redden van Afrika, de planeet en ons moreel waardenstelsel.
Tommy Hilfiger steunt een dorp in Uganda om de Millenniumdoelstellingen te verwezenlijken. Via Africa Works zorgt Benetton voor microkredieten voor juweliers, lassers en landbouwers. Met OrphanAid Africa wil Missoni weeskinderen steun, hoop en een toekomst geven. En het Red-Project dat Armani na aan het hart ligt, wil niet minder dan aids uit Afrika bannen en heeft daarvoor ondertussen al zo’n 180 miljoen dollar verzameld. Het regent goede doelen en nog betere bedoelingen in de mode, en in een grappige uitbarsting vroeg fashionista en über-etalagemaker Simon Doonan zich enkele jaren geleden al af: “Waarom heeft de consument zo’n extreme vorm van absolutie nodig? Waarom voelen we ons zo slecht omdat we er goed willen uitzien? Who knows? In elk geval: de modewereld zit in een schuldbeladen breakdown over de reden van haar bestaan en is op zoek naar diepere betekenissen tussen chiffonplooitjes en beparelde inzetjes.”
Charity chic, mode met een geweten, ethisch, duurzaam, verantwoord…. Het lijkt alsof de mode-industrie zich persoonlijk verantwoordelijk heeft gesteld voor het redden van Afrika, de planeet en ons moreel waardenstelsel. Terwijl bijvoorbeeld de fabrikanten van garagepoorten, reiswekkers of hengels daar veel minder last van hebben.
Modemakers hebben altijd geworsteld _ ten onrechte _ met een gevoel van oppervlakkigheid en een overdosis frivoliteit. Het is goed om af en toe te zeggen: “Het zijn maar kleren”, of je ze nu maakt of draagt, maar je moet jezelf ook niet kapot relativeren. Kleren zijn belangrijk: als industrie, als bron van schoonheid en creativiteit, als middel tot individuele expressie, als commentaar op de maatschappij, en ga zo maar door. Het is mooi om te beseffen dat de zon ook nog opgaat als Miuccia Prada ooit beslist om geen collecties meer te maken, en dat het hoogst onwaarschijnlijk is dat Karl Lagerfeld _ hoe briljant hij ook is _ het middel tegen kanker zal uitvinden. Maar je kunt elke job op een integere of op een foute manier beoefenen. Zei Lacroix ooit: “Ik red geen levens, maar er zijn ook dokters die dat nooit doen, die alleen maar golf spelen.”
Mode is niet alleen de spiegel van de maatschappij, het is de glazen bol. De switch van ongegeneerd verbruik naar consumptie met een geweten werd door modemakers vroeg en correct verwoord. Wij wonen op de enige ‘rijke’ plaats ter wereld (en dat wordt ook minder, toegegeven) en dat is niet onze fout, noch onze individuele verantwoordelijkheid. Maar het kan geen kwaad daar nu en dan bij stil te staan. En af en toe te geven in plaats van te kopen.
Simon Doonan vindt het hoogst vervelend dat hij bij elk kledingstuk een sociaal manifest extra krijgt, en hij is bang voor charity-moeheid. “We geven kopers het gevoel dat ze aan liefdadigheid doen, terwijl ze eigenlijk maar een minimale bijdrage leveren. Wat gebeurt er als de grote liefdadigheidsorganisaties niets meer krijgen omdat we al Louboutinschoenen hebben gekocht die gemaakt zijn van gerecycleerde kippenbeenderen? Het huwelijk tussen stijl en filantropie stimuleert niet de gulheid, maar de gierigheid in elk van ons.” We hebben al gegeven, want we hebben al gekocht.
Doonan poneerde dat enkele jaren geleden, maar ik het niet de indruk dat het verschijnsel zich heeft voorgedaan. Het publiek is gevoeliger geworden voor goede doelen. Het is zich ook bewuster van de kracht die het heeft, als consument.
Het zou makkelijk zijn om de liefdadigheidsacties af te doen als een grote pr-stunt. Het ligt voor de hand dat je je afvraagt hoeveel je eigenlijk geeft. En of je bijdrage wel goed terecht komt en efficiënt gebruikt wordt. Maar niemand twijfelt aan de goede bedoelingen van de ontwerpers. Isabelle Santens was oprecht ontroerd na haar bezoek aan Kenia en zet zich met hart en hersenen in voor Hope Home in Kabondo. Margherita Missoni is echt bezorgd om de Afrikaanse wezen. En als Diane von Furstenberg haar juwelen laat produceren door een vrouwencoöperatie in Afrika, maakt dat echt verschil. En voor de rest, zegt Simon Doonan: “Shut up and shop.”
Lene Kemps
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier