Hoekjesdenken: van vervallen achterbouw tot open leefruimte

Bijna trapsgewijs springen hoekjes uit de gevel. © Filip Dujardin en Johnny Umans
Veerle Helsen

Architecten Dhooge & Meganck toveren met licht en zicht in een rijhuis in Gent, naast een mastodont van een appartementsblok.

Voor de verbouwing had dit huis een ‘Vlaamse’ achterbouw: allemaal koterij. Een smalle keuken, een kleine badkamer en stookruimte, alles aan elkaar geplakt en alles op het gelijkvloers. Koken met zicht op een muur, een koepeltje in het dak, overal pvc-ramen en lage plafonds. ‘De typische Vlaamse lelijkheid’, zeggen bewoners Bert en Kelly. Ze tonen foto’s van de voormalige koterij. Klein en donker, laag en smal. Maar wél overal tekeningen. ‘Onze kinderen mochten de muren vol- tekenen net voor alles afgebroken werd. Vonden ze fantastisch.’

Waarom hadden ze het huis dan gekocht, als het in zo’n slechte staat was? ‘Omdat we verliefd waren. Op de voorgevel, de parketvloeren, de mooie schouwen. Het was ook betaalbaar, en als je verliefd bent, zie je niet altijd alle mankementen.’

Ze vonden zelf geen oplossing voor de renovatie. ‘Budget, ruimte en licht, het leek ons een ingewikkelde puzzel. Het is een complex huis, in het grondplan zit een kleine knip waardoor het huis een beetje kronkelt. En als je binnenkomt, was er vroeger tussen verdieping 0 en 1 een overloop naar de badkamer. We zágen het zelf totaal niet.’

Hallo tuin

Architecten David Dhooge en Saar Meganck zagen het wel. Weg met de koterijen, enter daglicht. David en Saar trokken extra licht binnen, onder meer door een binnenpatio en grote ramen achteraan die uitkijken op de tuin, die vroeger nauwelijks zichtbaar was vanuit het huis. Alweer typisch Vlaams: een keuken zonder relatie tot de tuin. ‘De band was letterlijk doorgesneden door de koten met weinig ramen. In dit huis beleefde je geen seizoenen of het weer van de dag. De woning was heel donker, je moest altijd het licht aandoen, ook overdag. Vandaag stroomt de zon langs alle hoeken en kanten binnen.’

Dit materiaal, kerto, wordt vaak geschilderd of bedekt met gyproc, maar is hier onbewerkt en ruw gebleven.
Dit materiaal, kerto, wordt vaak geschilderd of bedekt met gyproc, maar is hier onbewerkt en ruw gebleven.© Filip Dujardin en Johnny Umans

Het groen in de keuken is geïnspireerd op de kleur van de buitengevel. Details van vroeger krijgen een tweede leven in de nieuwe aanbouw. ‘Bij een renovatie letten we erop dat de woning één verhaal blijft.’ De balustrades kregen bijzonder smeedijzerwerk, en dat is dan weer een referentie naar de omgeving. Om de hoek ligt het Miljoenenkwartier van Gent, waar balustrades aan de huizen de show stelen.

Meest opvallend in de leefruimte is de houten plafondconstructie in kerto, een fineerhout dat gebruikt wordt voor draagconstructies. Het hout wordt vaak later geschilderd of afgewerkt met gyproc, maar hier is het onbedekt en ruw gebleven. De houten sculptuur breekt de hoogte. ‘Anders krijg je daar een leegte’, zegt Saar. Het plafond uittekenen was geen evidentie. ‘We hebben gepuzzeld, omdat we dit moesten realiseren uit één plaat kerto, anders kon de constructie het gewicht niet dragen.’

Licht en zicht

Het huis leunt met één schouder tegen een groot en hoog appartementsblok uit de jaren zeventig. Een nietig dakje verdween in de schaduw van de mastodont. ‘Wij hebben de negatieve situatie omgebogen naar iets positiefs’, zeggen Saar en David. ‘Mits overleg met stedenbouw konden we dieper bouwen dan normaal. Omdat het blok toch al zonlicht wegnam van de buren, mochten wij in de schaduw ervan ons ding doen.’ De nieuwe architectuur zit zo ingenieus in elkaar dat er weer licht valt op het terras in de tuin.

Bijna trapsgewijs springen hoekjes uit de nieuwe zijgevel. Spelen met licht en zicht, noemen Saar en David dat. ‘We hebben de gevel geplooid in de richting van het huis, maar ook naar het licht. Hij draait mee met de zon.’ Vroeger keken de ramen op de eerste verdieping uit op de bakstenen muur van de buur. Door de nieuwe constructie geven de vensters nu zicht op bomen en een mooie fermette even verderop in de straat. Het huis kreeg intussen ook een nieuwe naam: ‘We hebben het De Kleine Prins gedoopt’, zegt Saar. ‘Het is een klein juwelendoosje naast een grote reus.’

Dhooge & Meganck

– David Dhooge en Saar Meganck leerden elkaar kennen tijdens hun studies aan de Universiteit Gent.

– Saar deed stage bij Firmin Mees, waar ze mee bouwde aan het Gentse studentenhuis De Therminal. In 2006 startte ze haar eigen bureau.

РDavid werkte bij St̩phane Beel (o.m. de herbestemming van de Oude Dokken in Gent), en stapte in 2015 in het kantoor van Saar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content