Hoe vaak moet je lingerie wassen en hoe krijg je smerige sneakers weer wit? 10 experts geven tips over hoe je beter voor je kleding zorgt
Duurzaamheid begint niet alleen bij wat je koopt, maar ook bij de levensduur ervan. Dat geldt zowel voor je printer of smartphone, als voor wat er in je kleerkast hangt. Wij vroegen aan tien experts hoe zij hun kleren en accessoires verzorgen.
Hoe, en hoe vaak, was je lingerie?
Tine Prophete is lingerie- en swimwearverkoopster bij het Brusselse Underwear.
“Het grootste misverstand is dat je een beha maar beter niet te vaak wast. Bij kleren klopt dat, bij beha’s is het tegendeel waar. Geen enkel kledingstuk zit zo dicht op je vel. De meeste mensen dragen een beha voor de steun en stevigheid, maar door wassen uit te stellen tasten externe factoren de vezels, de elasticiteit en dus de steun aan: laat je je lingerie ‘luchten’, dan krijgen transpiratie, huidschilfers en bodylotions vrij spel. Draag een beha niet langer dan drie dagen en was hem daarna direct. Als je tijd hebt, is handwas een optie. Zelf vind ik een zacht wasprogramma, op dertig graden, volstaan.”
“Gebruik nooit wasverzachter – in een steunend kledingstuk wil je geen zachte vezels – en wring, in geval van handwas, je stukken steeds uit in een handdoek: weeral om de vezels te beschermen. Was je lingerie niet samen met jeansbroeken of van velcro voorziene kleding. Gebruik een waszakje om alles bij elkaar te houden. Stel de bandjes na elke wasbeurt bij en laat steeds minstens een vuist ruimte in de wastrommel, een tip die trouwens voor al je was geldt.”
“Het is moeilijk om een lijn te trekken in de levensduur van een beha – grote cupmaten moeten meer steun bieden en dus meer ‘werken’ dan een bralette – maar als je een viertal beha’s regelmatig wisselt en wast, gaan ze gemiddeld zo’n anderhalf jaar mee.”
Hoe vaak moet je leren schoenen poetsen?
Antoon Van Den Ecker is schoenmaker en -hersteller en zaakvoerder van Toni Taloni in Antwerpen
“Een slecht onderhouden leren schoen wordt sneller vuil. Is het leer met een verzorgend product verzadigd, dan wrijf je wat je morste er zo af en krijg je geen permanente vlekken. Je verzorgt je schoenen best minstens eenmaal per maand met een niet agressief product dat is aangepast aan de leersoort: zo wordt het waterafstotend, kun je zelfs scheurtjes in lakleer vermijden of hoef je een leren zool – een kwaliteitslabel voor veel designerschoenen – niet met een rubberzooltje te verstevigen. Gebruik kwalitatieve producten om te poetsen, dus niet die goedkope chemische potjes uit de supermarkt, maar oude merken als Saphir Medaille d’Or, die natuurlijke ingrediënten gebruiken. Vermijd ook zeker zelfglanzende schoenproducten: die plamuren de poriën van het leer, waardoor dat niet meer kan ademen en de schoen van binnenuit verslijt en scheurt. Ammoniak in glanssponzen doet je schoenen wel blinken, maar ook in sneltempo uitdrogen.”
“Draag schoenen nooit langer dan één dag, en laat ze 24 uur drogen met een schoenspanner erin, zodat ze hun model niet verliezen. Gebruik de spanner ook tijdens het poetsen om elk hoekje te bereiken en investeer in een schoenborstel van paardenhaar: de manen verwijderen restproduct van je schoen en met een oud T-shirt is de borstel zo weer schoon.”
Hoe behoud je de kleur en vorm van jeans?
Ségolène Jacmin is medeoprichter van Façon Jacqmin, een Belgisch kledinglabel gespecialiseerd in denim.
“De kwaliteit van denim is afhankelijk van de dichtheid van de weving en van het aantal kleurbaden die de stof kreeg – hoe meer, hoe beter – maar het is een feit dat denim altijd kleur zal verliezen tijdens het wassen, dat is een patine die de een al meer apprecieert dan de ander. Was je jeans altijd binnenstebuiten om te vermijden dat het wasproduct zichtbare witte strepen op de stof achterlaat. Was nooit warmer dan dertig graden en gebruik geen wasverzachter maar azijn: dat verzacht je was, het fixeert de indigokleur beter en is tegelijkertijd nog goed voor je wasmachine ook. Verder was ik jeans alleen als er echt vlekken op zitten. Wil je de materie gewoon verfrissen, dan doet een dagje buiten hangen wonderen.”
Hoe bewaar je je handtas?
Toni Taloni, de schoenmakerszaak van Antoon Van Den Ecker, specialiseerde zich ook in het onderhoud en herstel van handtassen.
“Berg je een handtas voor langere tijd op, steek er dan iets in, zoals nopjesplastic, om te vermijden dat ze in elkaar valt, hang ze nergens aan op om onomkeerbare vervormingen te vermijden en zorg dat ze nergens tegenaan leunt: voor de vorm, maar ook om verkleuringen door contact met bijvoorbeeld metaal tegen te gaan. Best zet je ze in een dust bag op de grond. Als een tas toch verkleurt, kunnen we ze bijkleuren. Mijn medevennoot is gespecialiseerd in kleuren mengen om een handtas exact bij te werken, dat is een vak apart waar niet veel mensen van op de hoogte zijn.”
Wat breng je naar de stomerij?
Christine Gillis is zaakvoerder van De Geest, een van de oudste stomerijen van het land met vestigingen in Brussel, Antwerpen en Gent.
“Chemisch reinigen is een behandeling met een oplosmiddel, meestal perchlo of KWL, die kleding ontvet. Eigenlijk kan je alle stoffen met water behandelen, droogkuisen doe je vooral om de vorm te behouden: door het met water te wassen, kan een kledingstuk zijn stevigheid verliezen. Het gaat voornamelijk om kostuums, die gevoerd zijn met een ondersteunende stof, stropdassen en sommige jurken – zoals haute couture – om de afwerking te behouden.
“De stomerij kan niet álle vlekken oplossen, maar om de kansen te vergroten is het belangrijk dat je niet gaat wrijven op vlekken. Dat kan de kleur aantasten, vooral op katoen, linnen of zijde. Vlekken die aan de achterkant van stoffen doordringen zijn altijd moeilijker om te verwijderen, dat is ook waarom een wijnvlek bijna nooit met een eenvoudige wasbeurt verdwijnt. Ook agressieve vlekverwijderaars brengen schade toe.”
Hoe blijven je sneakers als nieuw?
Steve ‘Boo’ Ladani is de mede-oprichter van Sixsixsix, een Brusselse vintagekleding- en sneakerstore.
“Opvallend: de kwaliteit bij grote sneakermerken is de laatste jaren achteruitgegaan. Reden te meer om je schoenen naar behoren te verzorgen. Onderhoud is een kwestie van gezond verstand. Ga je clubben of de hond in de velden uitlaten, draag dan geen witte schoenen, en zie af van nubuck als het pijpenstelen regent. Als ik thuiskom, gebruik ik schoenspanners, die bewaren die nieuwe ‘crisp’ vorm van je schoenen. Daarna berg ik ze op in hun oorspronkelijke doos, weg van zonlicht en vocht, want niets is zo nefast als vochtige omstandigheden.”
“Zelf heb ik het nog niet geprobeerd, want een vergeelde sneakerzool kun je ook als een waardevolle patine zien, maar binnen de sneakercommunity is tandpasta een goede truc om vergeelde sneakerzolen weer te witten. Ik reserveer maandelijks een uur of twee om alle sneakers die ik draag te onderhouden. Een onderhoudsproduct zoals van Jason Markk of Crep Protect, een soepele schoenborstel en een microvezeldoekje volstaan dan. En tot slot: trek vooral je veters niet te strak aan, dat is niet alleen een grote fashion faux-pas, maar ook niet bijster comfortabel en het verpest de vorm van je schoenen.”
Hoe doe je een juweel weer schitteren?
Jennifer Elliot is juweelontwerpster en oprichter van het Belgische juwelenmerk Elliot & Ostrich.
“Omdat juwelen, net als je kleren, in constant contact komen met vuil, was je ze best regelmatig. Bij Elliott & Ostrich ontwikkelden we een ‘Sparkle Bath’: na twee, drie minuten weken in het doosje, borstel je het losgekomen vuil zo van je juwelen.
Borstel vooral onder de edelstenen, daar hopen huidschilfers en schoonheidsproducten zich op die de schittering van de stenen wegnemen. Grootmoeders tip: week het juweel in een potje heet water met een schepje soda en borstel het dan voorzichtig met een tandenborstel met Dreft of tandpasta.”
“Goud is een zachter materiaal dan edelstenen, opgelopen krasjes geven het mettertijd een doffere tint. Ik raad aan om een stuk niet meer dan jaarlijks te laten polieren door een juwelier. Polieren tast de kwaliteit van het goud aan en dat is vooral een risico voor de zettingen: hoe meer krassen, hoe fragieler die worden en hoe makkelijker een steen valt. Vermijd dus harde oppervlakken en vooral ook zeezand.”
Hoe was je wol en voorkom je dat het gaat pluizen?
Justine Glanfield is knitweardesigner en werkte al voor modehuizen als Burberry en Lacoste. Ze is medeoprichter van The Knit Archive, een knitweararchief waar modehuizen inspiratie opdoen.
“Dat wol gaat pluizen is het gevolg van frictie op een natuurlijke vezel. Maar ook de kwaliteit heeft ermee te maken: een losser geweven wol weegt minder en is dus goedkoper, maar bij een lossere knit hebben de draden meer bewegingsruimte en zal de stof dus sneller pluizen. Kwalitatieve wol heeft vaak langere haren en dus minder eindjes die gaan rafelen. Omdat een elektrische ontpluizer niet alleen de pluisjes verwijdert, maar ook de stof belast, knip ik grote pluizen zoals bij alpacawol er met een schaar af. Anders gebruik ik voorzichtig een scheermesje. Een trui in de diepvries leggen om het pluizen te verhelpen, werkt niet.”
“De diepvries gebruik ik alleen tegen beestjes en hun eitjes. Ik heb een heilige schrik voor motten, dus gaat elk vintagestuk voor The Knit Archive drie weken in de diepvries alvorens het in de collectie belandt. Een week is in principe voldoende. Steek je kledingstuk altijd in een plastic zak – een vastgevroren trui loskrijgen is een heel werk.
Omdat motten niet van licht houden, berg je wol best niet op in donkere hoekjes, hang je het zo nu en dan buiten en gebruik je beter cederhouten hangertjes. Ook houden motten niet van inkt: mijn kostbaarste truien verpak ik in krantenpapier, al doe je dat beter niet met lichte items om overdracht te voorkomen.”
“Mijn eigen wollen kleding steek ik op het wolprogramma in de wasmachine. De nieuwe modellen zijn zo geavanceerd dat die programma’s meestal perfect zijn: de temperatuur is stabieler, waardoor niets in te heet water krimpt. Na het wassen knijp ik met een handdoek het extra water eruit en laat ik alles plat drogen, omdat wol de neiging heeft om uit te rekken als je het nat ophangt. Ook opbergen doe ik plat.”
Wat mag in de wasmachine en droogkast?
Natalie Van Laere doceert Coupe aan de Antwerpse Modeacademie, waar ze de tweede bachelor begeleidt. Ze was vroeger stylist bij Ann Demeulemeester en Scapa, en vandaag bij Cesar Casier.
“Ik volg altijd de wasvoorschriften op het label. Die worden gedrukt door de fabrikant, die alle productie-informatie bewaarde en wastesten uitvoerde. Tenzij er ‘dry clean only’ in een katoenen kledingstuk staat — omdat consumenten vaak minder zorgzaam wassen, is er een beweging gegroeid waarin heel wat merken, vaak designermerken, voor de veiligheid toch de stomerij aanraden. Terwijl katoen een makkelijke stof is die je perfect zelf kan wassen. Mijn was sorteer ik steeds per kleur en stofsoort en daarvoor gebruik ik enkel Ecover als wasmiddel. Katoen kun je vaak tussen veertig en zestig graden wassen, wol en zijde op dertig graden en stoffen als viscose en polyester op veertig graden, maar het best van al volg je dus gewoon de labels. “Voor vlekken op katoen zweer ik bij een ouderwetse methode: een combinatie van Wipp Expres, reinigingsmiddel voor kragen en manchetknopen, waarover ik vervolgens een schepje sodabicarbonaat laat intrekken. Zelfs de meest hardnekkige vlekken, van bloed tot vergeeld zweet in T-shirts, loste ik zo al op. En de meeste vetvlekken verhelp je door er vaatwasmiddel op te borstelen alvorens het de was in gaat.”
“De droogtrommel gebruik ik enkel voor katoenen T-shirts, onderbroeken, kousen, beddengoed en handdoeken, omdat het drogen je kleding sneller doet verslijten. Dat zie je aan de wastrommelfilter, die binnen de kortste keren vol vezels zit. Broeken en jurken droog je best aan een wasdraad, en hemden drogen op een kapstok bespaart strijkwerk.”
“Kleding die ik heel weinig draag, bewaar ik in Tyvek-kledinghoezen. (Tyvek is een zuurvrij materiaal dat modearchivarissen ook gebruiken vanwege de stabiliteit, red.) Vacuümzakken zou ik afraden, tenzij voor skipakken of donslakens: die ademen niet en ik kan niet garanderen dat je bepaalde kreuken er na zes maanden winterslaap nog uit krijgt.”
Hoe verzorg je zijde?
Florence Cools is ontwerpster en medeoprichter van La Collection, een Belgisch modemerk met veelal luxueuze stoffen zoals zijde, in de collecties.
“Zijde is de liefste stof voor je huid: antiallergeen, antibacterieel en dankzij de temperatuur regulerende eigenschappen houdt het je ’s winters warm en ’s zomers koel. Dat gezegd zijnde: water en zijde geen goede vrienden. In de regen lopen raad ik af: de vorm blijft erin staan, de randjes van waterdruppels ook. Daarom adviseer ik om zijde toch altijd naar de stomerij te brengen. Om die kosten te beperken, draag ik zelf vaak een dun katoenen topje onder een zijden jurk: zo neemt de onderlaag en niet de jurk het zweet op. Een natuurlijke vezel zoals zijde is bovendien erg ademend, waardoor je er al baat bij hebt om een stuk geen twee opeenvolgende dagen te dragen, maar het best een dag laat luchten.”
“Stomen is wel een goed idee: zowel om op te frissen als om iets te strijken. Raak het materiaal wel nooit met de hete stomer aan, en stoom langs de binnenzijde, dat kan de schade van een eventuele waterdruppel beperken.”
“Bewaar je zijde voor een langere periode, stop het dan gereinigd weg, net als wol. Motten komen af op gedragen kledij. Breng op tijd en stond wat beweging in de kast, en hang cederhouten blokjes.”
Hoe bestrijd je (vintage) geurtjes?
Els Keymeulen is naast hoofdredacteur van Feeling ook medeoprichter van online vintagewebshop Le Freddie.
“Oude kleren en materialen die je niet mag wassen beginnen na een tijdje te ruiken naar, nu ja, vroeger. De beste remedie is dan een mengeling van twee derde water en een derde goedkope wodka. Met een plantenspuit vernevel je dat mengsel vanop 30-40 cm op je kleren en na een dag zijn de geurtjes, ook van bijvoorbeeld muffe kasten of sigarettenrook, geneutraliseerd. Hou wel afstand: je wil vernevelen, geen straal sprayen.”
“Kleren wassen is trouwens een compleet overschat proces. We steken allemaal veel te veel in de wasmachine met het risico op uitgelopen kleuren en beschadigde stoffen, ook bij wie goed kan wassen. Opteer daarom eerder voor spot cleaning – lokaal reinigen – met wat natuurlijke ossengalzeep.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier