150 g wilde rijst (of mengeling van rijst met wilde rijst)
1 el boter
1 fijngesnipperd uitje
6 dl kippenbouillon
125 ml droge, witte wijn
60 g geroosterde pekannoten(of amandelen)
4 bouten of borsten van kip (of wit van kalkoen)
enkele takjes selder voor de afwerking
Bereiding
Spoel de rijst af onder koud stromend water en laat de korrels uitlekken.
Smelt de boter in een pan met dikke bodem en fruit hierin het fijngesneden uitje gedurende 5 minuten op klein vuur en met een deksel op de pan.
Voeg rijst, wijn en bouillon toe en laat alles onder deksel koken tot de rijst gaar is. De rijst op smaak brengen met zout en peper. De noten door de rijst schudden.
Het vlees kruiden met (cayenne-)peper en zout en braden. Rijst en vlees op borden schikken. Versier de pilaf met selder.
