Wat als geluk niet schuilt in méér, maar net in minder? Ondernemer en auteur Edward Boute wijdde de voorbije 15 jaar aan een persoonlijke queeste naar minimalisme in zijn meest radicale vorm. Hij liet een prestigieuze carrière bij Google achter zich, schrapte vergaderingen uit zijn agenda en nam afscheid van energieverslindende vriendschappen. ‘We blijven maar toevoegen wat ons energie zou moeten geven, in plaats van weg te laten wat ons leegzuigt.’
Zo’n 500 ongelezen mails, een immer groeiende to-dolijst en eindeloze vergaderingen in een muf kantoor: de zomer is een ideaal moment om je werk- en levenskeuzes tegen het licht te houden. Is je job je zo dierbaar dat je er met plezier twee uur per dag voor in de file staat? Hoe belangrijk is het dat je tweewekelijks bij je schoonmoeder aan tafel schuift? Geniet je zelf van dat ommetje met de chihuahua van je 80-jarige buurvrouw? De kans is groot dat je dagelijks keuzes maakt uit plichtsgevoel, eerder dan uit overtuiging. Maar wat als het ook anders kan?
Dat is exact de vraag die Edward Boute zichzelf vijftien jaar geleden stelde en die hem inspireerde tot het nemen van radicale beslissingen. Na een succesvolle loopbaan bij AB InBev en Google en als mede-oprichter van diverse start-ups, gooide hij zijn leven drastisch om. Hij trainde voor triatlons, bracht meer tijd met zijn gezin door en hertekende zijn dagen van nul. ‘Veranderen is moeilijk, maar soms zijn radicale keuzes nodig om echt vooruitgang te boeken. Wie slechts tien procent wil bijsturen, blijft vaak ter plaatse trappelen. Je moet durven springen.’
Een gesprek over Belgische bescheidenheid, de mythes rond faalangst en het heilzame effect van fluitende vogels in je achtertuin.
De titel van je boek is ‘Elimineer!’, want door dingen achterwege te laten, word je gelukkiger. Hoe ben je tot die conclusie gekomen?
Edward Boute: ‘In 2005 las ik het boek ‘The 4-hour Workweek’ van Timothy Ferriss, waarin hij het concept in grote lijnen uit de doeken doet. Ik was op dat moment begin dertig en ben er onmiddellijk mee aan de slag gegaan. In onze Westerse cultuur is druk zijn een statussymbool, een overvolle agenda en lange werkdagen worden gezien als het equivalent van een geslaagd leven. Maar niemand wordt gelukkig door voortdurend tien ballen in de lucht te houden. Het helpt je evenmin aan succes, integendeel.’
‘Ik geloof heel erg in de 80/20-regel, die je op veel domeinen van het leven kan toepassen en beschreven wordt in verschillende handboeken. Het idee is dat 20 procent van de mensen waarmee je omgaat zorgt voor 80 procent van je geluk, en omgekeerd. Zo’n 20 procent van de mensen die je kent zorgt voor 80 procent van je ongeluk. Op werkvlak zal 20 procent van de klanten 80 procent van je omzet leveren, en 20 procent van je inspanningen 80 procent van het resultaat. Omgekeerd zal 20 procent van je klanten verantwoordelijk zijn voor 80 procent van je problemen. Als je al die dingen heel helder op lijst, zal je gemakkelijk zien wat je uit je leven kan schrappen.’
Hoe heb jij die eliminatiestrategie in je eigen leven toegepast?
‘Ik ben begonnen met mijn dagindeling onder de loep te nemen. Vroeger dacht ik dat de laatste uren van de dag de interessantste waren, maar dat bleek niet te kloppen. De boeiendste dingen gebeuren in de ochtend, wanneer je fris bent. Ik besloot om de feestjes te laten voor wat ze waren en twee of drie uur voor mijn vrouw en kinderen op te staan. Die tijd gebruikte ik om te mediteren, wat oefeningen te doen en in de tuin naar de fluitende vogeltjes te luisteren. Ik gaf mezelf die uren cadeau om na te denken over de activiteiten en de mensen die mij energie geven. Ik heb ook mijn omgeving bestudeerd, alle activiteiten en al mijn relaties. Door daar keuzes in te maken, creëerde ik ruimte voor nieuwe dingen. Soms draaide dat goed uit, soms iets minder. Maar de dingen die mislukten, kan je dan ook weer snel opnieuw schrappen. (lacht). En op den duur heb je zo alle dingen die je ongelukkig maken geëlimineerd. De meest voor de hand liggende zaken zijn tv-kijken, social media en het nieuws lezen: wie dat al schrapt, zal versteld staan van de tijd die vrijkomt.’
‘Een goed voorbeeld uit mijn eigen leven is mijn job bij Google. Ik was 10 jaar Country Manager voor België en de Benelux. Het was een uitdagende functie met leuke extra’s, toffe collega’s en een mooi loon. Ik had diezelfde job perfect nog 15 jaar kunnen blijven doen, er was niets mis mee. Maar wat zou me het meest gelukkig maken: nog 10 jaar hetzelfde doen, of iets nieuws proberen? Het is dat laatste geworden. Ik nam ontslag en lastte een sabbatperiode in.’
Als je het zo zegt, klinkt het bijna kinderlijk eenvoudig, maar dat is het natuurlijk niet.
‘Verandering vergt wat moed en druist tegen onze natuur in. Een rijdende trein tot stilstand brengen, vraagt meer kracht dan een stilstaande trein in gang trekken. En dat is ook de val waar veel mensen in trappen: in plaats van de dingen te schrappen waar ze ongelukkig van worden, nemen ze er nog nieuwe dingen bij waar ze energie van hopen te krijgen. Zo dreig je volledig op te branden. Begin met het elimineren van de vermoeiende, slopende zaken. Pas dan ontstaat er ruimte om te kijken wat je wél wil doen.’

Wat vond jij zelf het moeilijkste om los te laten?
‘De relaties zijn het moeilijkst, zonder twijfel. Iedereen heeft mensen in z’n leven die hij of zij al eeuwen kent, maar waar je weinig energie uit haalt. Dat kunnen mensen zijn waarmee je op vakantie gaat, van in de jeugdbeweging of je lagere school, maar in de loop der jaren zijn jullie meningen en visies uit elkaar gegroeid en is er niet echt meer een match. In zo’n gevallen heb je twee manieren om die relatie af te bouwen. Je kan het langzaam laten uitdoven en contact stilaan laten wegebben. Of je gaat het gesprek aan en legt uit waarom je dit jaar niet mee op vakantie zal gaan.’
‘Op de werkvloer geldt hetzelfde principe. Soms is er geen match meer in je team of met de bedrijfscultuur, en dat is het tijd om elkaar te laten gaan. Er zijn veel mensen die blijven zitten op een plek waar ze niet gelukkig zijn, of managers die mensen in dienst houden, ook al weten ze dat die persoon eigenlijk niet meer heel goed past in het bedrijf. Nochtans is het net in zulke gevallen vaak beter voor beide partijen als er een duidelijke beslissing wordt genomen.’
Om goed en ver te schieten, moet je je boog goed opspannen. Maar op een bepaald moment is het tijd om los te laten en te schieten
Alles wat ongemakkelijk aanvoelt zomaar elimineren kan gemakzuchtig lijken. Soms is het juist door vol te houden dat iets waarde krijgt. Hoe onderscheid jij tijdelijke weerstand van structurele ruis?
‘Ik werk nu aan een nieuwe start-up en we zijn aan een grote reorganisatie bezig. We veranderen tegelijk de cultuur en de mensen waarmee we werken. Soms krijg ik de vraag of wat ik nu doe zoveel leuker is als wat ik bij Google deed. En ik moet eerlijk zijn dat mijn huidige job een pak moeilijker is, op dit moment. Toch wil ik er niet mee stoppen, omdat ik ervan overtuigd ben dat het leuker zal worden zodra we deze moeilijke beginfase door zijn. Vergelijk het met een nieuwe sport: in het begin is dat lastig en vervelend, maar na verloop van tijd wil je de endorfines niet meer missen.’
‘Om het verschil te zien tussen de lastige periodes, die onvermijdelijk zijn in het leven en in relaties en de rode vlaggen, is het belangrijk om regelmatig bij jezelf in te checken. Hoe moeilijk is de situatie, hoe lang mag het moeilijk zijn? Om nog een vergelijking uit de sportwereld te plukken: vergelijk het met boogschieten. Om goed en ver te schieten, moet je je boog goed opspannen. Maar op een bepaald moment is het tijd om los te laten en te schieten. Je mag die boog niet te lang en te ver aanspannen, want dan gaat de draad kapot. Dat is iets anders dan opgeven. Het komt erop neer dat je de boog ontspant, even laat rusten, en dan weer opspant om dichter bij je doel te raken. Het is belangrijk dat je in je leven tijd maakt om daarover na te denken.’
Opgeven en falen worden vaak op één hoop gegooid en dragen een hardnekkig stigma. Onterecht, vind jij. Volgens jou moeten we juist collectief leren falen. Waarom is dat zo belangrijk?
‘De angst om te falen is cultureel bepaald. België heeft een bedrijfscultuur met heel weinig faillissementen, omdat wij heel bescheiden ondernemen en weinig risico’s nemen. Ik heb heel lang bij een Amerikaanse werkgever gewerkt: daar worden mislukkingen gevierd. Wie gelukkig is als ie verliest, is altijd gelukkig. Elke match die je niet wint, is een kans om iets bij te leren. En wie meteen wil winnen, schiet meestal gewoon niet hoog genoeg.’
‘Ik heb mijn dochters soms ook bewust gezegd dat ze niet hoeven te studeren voor hun toetsen in de middelbare school, een aanpak waarmee mijn vrouw het niet altijd eens was. (lacht) Voor mij was het belangrijk dat ze leerden om te falen, en zo te weten hoe ze daarmee moeten omgaan. Als ze dan op de universiteit een examen niet halen, weten ze perfect hoe ze dat moeten oplossen. Je moet mensen leren vallen als ze klein zijn. Als ze groot zijn, is de val veel hoger.’
Veel lezers zullen nu misschien denken dat het voor zo’n succesvol iemand gemakkelijk praten is, of zuchten dat jouw filosofie toch vooral handig is voor mensen die al geprivilegieerd zijn. Hoe kijk jij daar zelf naar?
‘Ik geloof dat als je een basis hebt van liefde en veiligheid dat je kan kiezen om anders te leven, ongeacht je diploma of financiële situatie. In mijn boek leg ik ook heel gedetailleerd uit hoe je dat financiële plaatje kan doen kloppen, en hoe je kan uitrekenen hoeveel geld je nodig hebt om het leven te leiden dat je wil leiden. Dat is voor de meeste mensen geen astronomisch bedrag, al is het altijd een kwestie van keuzes maken.’
‘Elimineer!’ van Edward Boute is uit bij Manteau, 194 p., 24,99 euro.
