Chilenen willen groene long rond hun hoofdstad

Cordillera del Paine © Getty

Een Chileense burgerbeweging wil een groot nieuw nationaal park in het leven roepen voor inwoners van hoofdstad Santiago. Het project moet 80 vierkante kilometer aan gletsjers beschermen, maar stoot op verzet bij mijnbouwbedrijven en veehouders.

Berggids Viviana Callahan en haar klimpartner Felipe Cancino hadden twee redenen om de 4500 meter hoge berg Cerro El Barco, die gelegen is in de Chileense Andes en geflankeerd wordt door gletsjers, voor de eerste keer te beklimmen.

De eerste reden was de klimervaring. Callahan was de eerste persoon die, voor zover bekend, voet zette op verschillende besneeuwde bergtoppen in het zuiden van het land.

De tweede reden was het burgerinitiatief Queremos Parque (We willen een park). Zij voeren campagne om van deze ongerepte wildernis op 60 kilometer afstand van Santiago een groot nationaal park te maken. Dat park zou een groene ruimte moeten worden voor de inwoners van de overvolle hoofdstad.

Bijna een kwart van het Chileense landoppervlak heeft een beschermd statuut

‘Ik realiseerde me niet dat gletsjers zo’n groot oppervlak bedekten’, verklaarde Callahan na de afdaling naar een relatief veilige, besneeuwde richel op 4000 meter hoogte waar ze haar ijsbijl kon neerleggen. ‘Als je dit ziet, wil je het graag beschermen tegen exploitatie.’

192.000 handtekeningen

Sinds de lancering in april 2019 heeft Queremos Parque meer dan 192.000 handtekeningen verzameld. Ook heeft het project de steun van een meerderheid in de Chileense Kamer van Afgevaardigden en de Senaat. Zij stemmen in met een nationaal park van 1.420 vierkante kilometer in het grensgebied met Argentinië.

Het doel, zeggen de organisatoren van de campagne, is om het gebied dat momenteel alleen bezocht wordt door fanatieke bergbeklimmers toegankelijk te maken voor stadsbewoners. Zo kunnen zij er heen voor dagtochten, picknicks en zwempartijen in de natuurlijke meertjes in de Baños Azules.

Bijna een kwart van het Chileense landoppervlak heeft een beschermd statuut, volgens data van de Nationale Bosbouwcorporatie (Conaf). Dat cijfer wordt echter vooral bepaald door nationale parken in afgelegen, dunbevolkte regio’s die moeilijk bereikbaar zijn voor de Chileense bevolking, zoals Patagonië. Daardoor wordt zo’n bezoek erg duur.

‘Dit is geen park dat achter slot en grendel moet belanden’, zegt Pilar Valenzuela, coördinator van de campagne Queremos Parque. Ze verwijst naar de ontoegankelijkheid van natuurgebieden in delen van Patagonië. ‘Het park moet gebruikt worden.’

Uitbreiding mijnbouw tegengaan

Het plan houdt ook in dat 80 vierkante kilometer gletsjers in het bekken van de Río Colorado beschermd wordt tegen uitbreiding van de mijnbouw. Die rivier is van vitaal belang voor de watertoevoer naar de hoofdstad. De mijnbouwindustrie lobbyt tegen de voorgestelde wetgeving om de gletsjers te beschermen.

De laatste stap die nodig is om het nieuwe nationale park te creëren, is goedkeuring door president Sebastián Piñera, zegt Valenzuela. De regering heeft hiervoor geen tijdlijn vastgesteld.

‘Dit park komt dicht bij miljoenen potentiële gebruikers’, zegt James Hardcastle, van de International Union for Conservation of Nature (IUCN). ‘In combinatie met bescherming van de gletsjers zou dit de grootste prestatie in de geschiedenis van de Chileense natuurbescherming zijn.’

Levenslijn tijdens pandemie

In de stedelijke regio van Chili, waar zo’n zeven miljoen mensen oftewel veertig procent van de bevolking woont, is slechts minder dan twee procent van het landoppervlak beschermd. ‘Een park in dit deel van de Andes zou de bergen democratiseren’, zegt Valenzuela.

Het park draagt bij aan wereldwijde inspanningen om COu0026#x2082; vast te houden

Voor stadsbewoners zijn er fysieke en mentale voordelen verbonden aan het regelmatig bezoeken van de natuur. Daarnaast helpt het park ook de gezondheid van de planeet te verbeteren, zegt natuurbeschermer Kristine Tompkins, die eerder betrokken was bij het creëren van beschermde gebieden in Patagonië. Vooral in tijden van covid-19 zijn parken belangrijk. Ze zijn bovendien een natuurlijke oplossing voor de klimaatcrisis, benadrukt ze. ‘Voor de inwoners van Santiago is het een levenslijn.’

Van de Andesgletsjers bevindt 82 procent zich in Chili. Bijna al die gletsjers trekken zich terug en het land kampt met klimaatproblemen zoals overstromingen, hittegolven en verwoestende bosbranden. Wetenschappers zeggen dat die problemen zullen verergeren naarmate de aarde verder opwarmt.

Het park kan dienen als een plek waar mensen kunnen ontsnappen aan hittegolven en het draagt bij aan wereldwijde inspanningen om COâ‚‚ vast te houden, aldus Hardcastle.

Onteigend in dictatuur

Als historische weidegrond werd het Río Colorado-bekken in 1976 door dictator Augusto Pinochet onteigend voor militaire doeleinden, zonder compensatie. Nadat de democratie hersteld is in 1990, hield het Chileens leger controle over het gebied.

Hoewel het territorium technisch gezien toebehoort aan de burgers van het land, wordt het bestuurd door het ministerie van Nationale Middelen (MNA). Het overgrote deel van het voorgestelde park ligt achter de problematische ingang bij de plaats Alfalfal. De route naar de vallei wordt daar omringd door kliffen van tweehonderd meter hoogte en bewaakt door veiligheidspersoneel in dienst van het waterkrachtproject Alto Maipo. Bezoekers die het gebied in willen, moeten momenteel meewerken aan een ingewikkeld protocol dat werd opgesteld door de Chileense regering.

Ingang langs cementbedrijf

Het Chileens cementbedrijf Cementos Bío Bío, dat in 1996 tien procent van het bekken kocht van de regering voor mijnbouw, is een complicerende factor. Het mijnbouwterrein, dat niet bij het nationale park moet komen, ligt centraal in de valleicorridor. Dat betekent dat bezoekers alleen via het bedrijfsterrein naar de achterliggende bergen kunnen. Cementos Bío Bío zal hier toestemming voor moeten geven. Het bedrijf reageerde niet op de vraag of het van plan is dat te doen.

Er is geen reden om aan te nemen dat mensen nadeel ondervinden van de komst van het park

Ook andere bedrijven kregen voorlopige mijnbouwvergunningen van opeenvolgende Chileense regeringen, inclusief Aglo American Plc. Dat bedrijf zei in een verklaring via e-mail niet genoeg informatie over de campagne te hebben om commentaar te kunnen geven op het voorstel van Queremos Parque.

Julio Isamit, minister van Nationale Middelen, reageerde niet op vragen over de obstakels die er nog zijn om een nationaal park te creëren. Op de huidige toegangsproblemen en de vraag of de details over de campagne besproken zijn met de president, volgde evenmin een antwoord.

Bergleeuwen bedreigen veehouders

Miguel Fajardo is veehouder en woont op het terrein van Cementos Bío Bío, in het hart van het gebied waar het park gepland is. Net als andere veehouders in het gebied, betaalt Fajardo de cementmijn om zijn vee te laten grazen op het land. Hij vreest dat de komst van een nationaal park een streep zal trekken onder deze werkwijze.

Een van zijn zorgen is dat door de komst van het park het aantal bergleeuwen weer zal toenemen. Die vormen een bedreiging voor zijn vee. ‘Een park is niet in ons belang’, legt hij uit.

Valenzuela zegt dat Queremos Parque de gebruiksrechten van veehouders wil beschermen. Hardcastle vertrouwt erop dat de activiteiten van mijnbouwers, veehouders en nieuwe recreanten naast elkaar kunnen bestaan door een juiste combinatie van beleid en zonevorming. ‘Er is geen reden om aan te nemen dat mensen nadeel ondervinden van de komst van het park. Goed bestuur, rechten en toegang is de sleutel tot natuurbeheer.’

Voor Callahan, de bergbeklimmer, is de grootste zorg de bescherming van het Río Colorado-bekken tegen mijnbouw. Als het gebied toegankelijker wordt, zegt ze, zullen Chilenen zich bewuster worden over de duurzame kansen die het te bieden heeft.

Dit artikel verscheen oorspronkelijk bij IPS-partner Thomson Reuters Foundation.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content