Fijn met de trein: de 7 leukste treinreizen in Europa
Vliegen te duur en vervuilend? Geen probleem, want dicht bij huis valt er nog een hele wereld te ontdekken, lekker duurzaam en ontspannen per spoor. Reisjournalist en treinexpert Sander Groen tipt de zeven leukste korte treinreizen van Europa om in 2023 te beleven.
1. In het spoor van Harry Potter
Groot-Brittannië: West Highland Line, Glasgow – Mallaig (264 km, 5 uur)
Glinsterende meren, donkere bossen, zompige moerassen, kronkelende rivieren, een woeste wildernis op de hoogvlakte, middeleeuwse kastelen en eindeloze vergezichten: de West Highland Line is meer dan eens verkozen tot de mooiste spoorlijn ter wereld. Vanuit Glasgow kronkelt de enkelsporige lijn door de meest afgelegen uithoek van het land via duizend-en-een bochten naar de Atlantische fjordenkust en stopt in gehuchten die soms alleen per trein bereikbaar zijn. Eindpunt is het piepkleine vissersdorp Mallaig, waar de veerboot vertrekt naar de eilanden Skye, Muck, Egg en Rum. Wil je onderweg ook nog eens uitstappen, bijvoorbeeld voor een bezoek aan het stationsmuseum in Glenfinnan of een selfie met het Harry Potter-viaduct, dan vergt dat enige planning: er rijden per dag drie stoptreinen en op zondag maar één.
2. Langs de Douro met een slok op
Portugal: Linha do Douro, Porto – Pocinho (170 km, 3,5 uur)
De Portugese Dourovallei werd vanwege de gecultiveerde natuurpracht met wijnterrassen al uitgeroepen tot Werelderfgoed. Het fraaie landschap kan worden verkend per trein vanuit Porto. De lijn werd anderhalve eeuw geleden aangelegd als veiliger alternatief voor de barcos rabelos, de kleine bootjes die portvaten vervoerden naar de porthuizen over de destijds nog woest kolkende rivier. De spoorlijn stopte echter in Porto, terwijl de port naar Vila Nova de Gaia aan de overkant van de rivier moest. Het portspoor werd een flop; er werd nooit één vat mee vervoerd. Nu maken toeristen er gebruik van. Overnachten kan onderweg in het luxueuze Vintage House Hotel in Pinhão, of op een wijngaard, zoals Quinta de la Rosa. Maar de treinreis is op zich al een belevenis: boemelen door lange tunnels, diepe dalen, hoge bergen en schattige dorpen met blauw betegelde stationnetjes.
3. De stoptrein naar Hel
Polen: spoorlijn 213, Gdynia – Hel (74 km, 1,5 uur)
De naam doet anders vermoeden, maar Hel is een waar vakantieparadijs. Vanaf het noordelijkste puntje van Polen steekt dit schiereiland de Oostzee in, met een vijfentwintig kilometer lang zandstrand, hotels met zeezicht, visrestaurants in houten huizen, dennenbossen en duinen, plus bijna alle dagen zonneschijn. De spoorlijn naar Hel begint feitelijk in Reda, maar een praktischer instapstation is Gdynia, waar pakweg eens per twee uur een stoptrein vertrekt. Bij het toeristische stadje Wladyslawowo maakt de trein een bocht, om vervolgens het langgerekte, smalle, zanderige en met dennenbossen bedekte schiereiland op te rijden. Chalupy, Kuznica, Jastarnia en Jurata zijn bekoorlijke badplaatsjes met elk hun eigen stationnetje, en eindstation Hel is als hoofdplaats van het gelijknamige schiereiland een goed geoutilleerd vakantiedorp met stranden, musea, een boulevard, een vissershaven, uitkijktorens, restaurants en terrassen. Welkom in Hel.
4. Door de Provence naar een spa op niveau
Frankrijk: Train des Pignes, Nice – Digne-les-Bains (151 km, 3,5 uur)
Tijdens een trip met de Train des Pignes van Nice naar Digne waan je je in een tot leven gewekte modelspoorbaan. Ieder gehucht heeft zijn eigen halte en dorpen vanaf pakweg honderd inwoners hebben een heus station, compleet met stationsgebouw uit het fin de siècle en een ogenschijnlijk even oude stationschef met krulsnor en kleppet. Viermaal daags rijdt de trein, dus vroeg opstaan is het devies – tenminste, als je onderweg nog eens wilt uitstappen. In Entrevaux, bijvoorbeeld, een van les plus beaux villages de France, met middeleeuwse huisjes op een kluitje gepakt binnen de vestingmuur en hoog erboven op een rotspunt een citadel van Vauban, de bouwmeester van de Zonnekoning. Aan het eindpunt, op het dak van de Haute Provence in Digne-les-Bains, wordt ouderwets gekuurd in het kuurhuis aan de rivier Eaux-Chaudes.
5. Treinen langs de Rijn
Duitsland: Linke Rheinstrecke, Keulen – Mainz (185 km, 3 uur)
Middeleeuwse burchten, romantische ruïnes en sprookjeskastelen, oude stadjes met vakwerkhuizen en slingerstraatjes, glooiende wijngaarden en wijnbars met rivierzicht, de Drakenrots en de Lorelei, en natuurlijk overal die meanderende blauwe rivier: dit is een van Europa’s allermooiste landschappen. Het Rijndal tussen Keulen en Mainz wordt ook wel de Romantische Rijn genoemd, is vereeuwigd door ontelbare schilders, werd door Unesco vermeld op de Werelderfgoedlijst en wordt al drie eeuwen platgelopen door toeristen – en terecht. De geijkte manier om de vallei te verkennen is per boot, maar leuker wordt het per spoor, want dan kun je je eigen route uitstippelen en uitstappen waar je wilt. Over zowel de linker- als rechteroever rijden treinen in beide richtingen. De linke Rheinstrecke biedt het sprookjesachtigste uitzicht, maar terugreizen via de rechte Rheinstrecke is eveneens aanbevolen. Welke kant je ook kiest, het is met stip de mooiste treinreis van Duitsland.
6. Met Hergé door de Jura
Zwitserland: NStCM, Nyon – La Cure (27 km, 1 uur)
Nyon beleefde zijn fifteen minutes of fame toen Hergé het stadje aan het Meer van Genève gebruikte als locatie voor zijn album De zaak Zonnebloem: hier vind je de Quai des Alpes, waar Kuifje, Haddock en Bobbie overheen wandelen, de fontein met het standbeeld van Maître Jacques, plus het huis van professor Topolino, dat in de strip ontploft. Hergé kwam hier begin jaren 50 om research te doen en te wandelen in de bergen. Helemaal zeker is het niet, maar waarschijnlijk reisde hij, alvorens te voet af te dalen, naar boven per trein. Vanuit Nyon kronkelt een panoramisch smalspoorlijntje het Juragebergte in, via de Col de la Givrine op 1228 meter naar bergdorp La Cure, waar de Zwitsers-Franse grens het dorp en een hotel doorsnijdt. Maak een tussenstop in kuuroord Saint-Cergue en lunch in Hôtel de la Poste.
7. Genieten tussen Luik en Luxemburg
België/Luxemburg: spoorlijn 42/CFL 1, Luik – Luxemburg (160 km, 2 uur)
Voor een formidabele treinreis hoef je heus niet half Europa door, je kunt ook gewoon in België opstappen. Vanuit Luik slingert sinds 1867 een spoorlijn door de valleien van de Amblève, Clerve, Wiltz, Sûre en Alzette via tientallen tunnels en bruggen naar Luxemburg-Stad. De lijn is deels enkelsporig en op sommige stukken rijdt de trein niet sneller dan veertig kilometer per uur, maar dat geeft niet; het uitzicht is dat waard. Aan het treinraam glijden weilanden vol grazende koeien, mysterieuze dennenbossen, granieten valleiwanden en verstilde Ardennendorpjes met natuurstenen huizen voorbij. Nog leuker wordt het als je onderweg ook eens uitstapt: 34 tussenstations bieden keuze uit grotten, watervallen, musea, kastelen, natuurgebieden en bergwandelingen. (Wegens een aardverschuiving rijden er tussen Clervaux en Ettelbruck tot april 2023 geen treinen maar vervangende bussen.)
2023, een goed treinjaar
Het populaire 9-Euro-Ticket van vorige zomer krijgt een vervolg: vanaf 1 april reis je voor 49 euro per maand onbeperkt door Duitsland, niet per IC, EC of ICE, maar wel met alle regionale treinen en bussen, trams en metro’s. Ander treinnieuws voor 2023: er is een nieuwe dagelijkse treinverbinding tussen Polen en Litouwen: van Krakau en Warschau met overstap in Mockava naar Kaunas en Vilnius. Tussen Stockholm en Oslo rijden meer treinen. Nieuwe of verbeterde slaaptreinen: van Stuttgart naar Venetië, Wenen, Boedapest, Ljubljana en Zagreb, van Zürich via Bazel, Karlsruhe en Frankfurt naar Dresden en Praag, en van München en Wenen naar Genua en La Spezia. Na herhaald uitstel is er nu ook een startdatum voor de nieuwe slaaptrein van European Sleeper van Brussel naar Praag, met stops in Amsterdam en Berlijn: vanaf eind mei gaat die driemaal per week rijden. Wegens werkzaamheden aan het spoor zal de trein tot 2024 niet verder rijden dan Berlijn.
Meer info: sandergroen.nl/trein-2023
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier