Van maat tot pasvorm: waarom genderneutrale kinderkleding om meer dan roze en blauwe shirtjes draait
De Nederlandse winkelketen HEMA gaat alle geslachtsaanduidingen van kinderkleding schrappen, zo schrijft de Volkskrant. Dat is een goede zaak, en niet enkel omdat ook jongens eens een Frozen-shirtje mogen dragen.
Kledingstukken zijn economische producten. Het is daarom haast logisch dat ze hevig gelabeld worden om zo in te spelen op de noden van de klant en de identiteit waarmee ze zich vereenzelvigen. Hokjes maken bovendien het shopproces heel wat efficiënter, klinkt het tijdens de marketingvergadering. De mannenafdeling, de vrouwenafdeling. Maat 36 of 44. Rock Chic of Casual Everyday. Het lijkt bevrijdend maar het werkt verstikkend en gelukkig wordt het signaal naar een meer neutrale winkelomgeving door steeds meer retailers opgepikt. Onder meer Zara, Selfridges, Guess, Garderobe en Burberry kwamen al met (een poging tot) een genderneutrale kledingcollectie op de markt – noemenswaardige initiatieven die volgens sommigen de kern van het probleem niet aanpakken: hoe we opgevoed worden met de notie dat er zoiets is als verschillende kleding voor mannen en voor vrouwen.
De strijd rond genderneutrale kinderkleding wordt niet zo hevig gevoerd als die rond genderneutraal speelgoed, maar ze leeft wel op verschillende ouderschapsfora en heeft zelfs een historische grondslag.
‘Blauw is zacht en delicaat’
Eeuwenlang werd kinderkleding namelijk gemaakt uit witte stof, omdat je die kon kon bleken en het dus makkelijk was om er vlekken uit te verwijderen, zo schrijft historica Jo B. Paoletti voor het Smithsonian magazine. Tot op zesjarige leeftijd werden zowel jongens als meisjes in witte jurken gehuld. Zelfs toen de pastelkleuren hun intrede deden in de stoffen voor kinderkleding waren die niet genderspecifiek. Pas in 1918 vond de redactie van het Amerikaanse Ladies’ Home Journal magazine het tijd om kleur te bekennen. Het publiceerde een vaak geciteerd artikel waarin stond dat roze voor jongens was en blauw voor meisjes. Blauw werd toen immers gezien als de meer zachte, delicate kleur, terwijl roze de sterkere kleur was. Daarnaast was blauw beter voor meisjes door diens associatie met de Heilige Maagd Maria in de kunst.
Na de Tweede Wereldoorlog werd die kleurverdeling echter herzien. Rosie The Riveter mocht zich dan wel sterk gehouden hebben in een blauwe overal terwijl haar man aan het front zat, eens hij weer thuis was kon zij haar plek aan de haard hernemen in kleding die ultra vrouwelijk was, met bloemenprints en frivole details, met bloesemroze als één van de belangrijkste tinten in het naoorlogse vrouwelijke kleurenpalet.
Allemaal marketing
De reclameboom van de jaren tachtig versterkte dit idee nog meer. Ouders konden dankzij prenatale tests het geslacht van het kindje achterhalen voor de geboorte en dus al zoveel mogelijk babyspullen inslaan die pasten bij het jongetje of het meisje dat hun leven zou vervoegen. Marketeers speelden hier handig op in, en gegenderde producten compleet met kleurcodes waren enkel een manier om de kassa nog meer te laten rinkelen. Wie immers eerst een jongen en daarna een meisje kreeg, kon toch onmogelijk het arme kind in de blauwe spullen van haar broertje laten spelen?
Deze trend zette zich gestaag voort en meisjeskleding werd versierd met “schattige” en “liefelijke” prentjes zoals poesjes, prinsessen en aardbeien, terwijl de kleding op de jongensafdeling opgeleukt werd met dinosaurussen, vliegtuigen en superhelden.
Het lijkt onschuldig, maar onze kleintjes al vanaf piepjonge leeftijd in hokken steken heeft wel degelijk een grote impact. “Kinderen nemen de boodschap al heel snel in zich op en vormen zich een beeld van de wereld, gebaseerd op wat ze zien in de speelgoed- en kledingafdeling. Dat beeld vertalen ze dan naar hun ideeën over genderrollen en -eigenschappen”, aldus professor Megan Fulcher aan The New York Times. Zelfs wanneer je als actieve ouder je dochter als dusdanig opvoedt dat ze gerust een batmantrui mag gaan halen op de jongensafdeling, blijft je dochter wel geconfronteerd met de horde: dat ze die op de jongensafdeling moet gaan halen. Bovendien gaat de genderverdeling in de kinderkledingindustrie veel verder dan prints, kleuren en details als een kanten boordje.
Meisjeskleding is al op jonge leeftijd kleiner en smaller
Meisjeskleding is vaak heel wat kleiner dan kleding die bedoeld is voor jongens van diezelfde leeftijd. “Toen ik voor het eerst moeder werd kreeg ik heel wat kleertjes van vrienden wiens baby al ouder was. Hoewel de stuks behoorlijk gegenderd waren met strikjes of treintjes, was de basis wel hetzelfe: een onesie voor een zuigeling van zes maanden bleef een onesie voor een zuigeling van zes maanden”, zo schrijft Katherine DM Clover op het populaire platform Parent.Co.
“Op een gegeven moment is dat echter gestopt. Wanneer je kleintje een bepaalde leeftijd bereikt zijn de maten tussen jongens- en meisjeskleding helemaal anders. Mijn zoon draagt op dit moment shirtjes van de jongensafdeling in maat 2T (92-98 cm), maar als we voor hem bij de meisjeskleding gaan shoppen moeten we zeker een 3T meegrissen (98-104 cm).” Een opvallend statement dat je op verschillende blogs ziet terugkomen en dat bevestigd werd toen onze redactie zelf ging fact checken op de kinderafdeling van populaire winkels als H&M, Uniqlo en Hema. Wie een t-shirt van de meisjesafdeling tegen een t-shirt van de jongensafdeling in dezelfde ‘maat’ hield, zag een wezenlijk verschil in lengte en breedte tussen de twee.
Je zou kunnen stellen dat dit verschil in maat te wijten is aan het biologische verschil tussen jongens en meisjes, maar de verschillen in lichaamsvorm zijn op zo’n jonge leeftijd niet gendergebonden. Sommige kinderen zijn groter of zwaarder voor hun leeftijd (of voor “de curve”), maar dat heeft in de eerste tien levensjaren niet veel met hun geslacht te maken. Mocht dat wel het geval zijn, dan zouden de maattabellen hier ook aan aangepast worden. Wanneer je maatinformatie over kinderkleding opzoekt dan is die opgedeeld in leeftijd en legte, maar niet in geslacht – en als dat zo is komen jongens en meisjes tot tien jaar overeen qua afmetingen. Ook hier zou je op zich kunnen zeggen “dat je dan maar gewoon een maatje groter of kleiner moet nemen”, maar als je jonge meisjes systematisch in kleding steekt die volgens haar lengte en leeftijd wel zou moeten passen, maar die toch te krap zit, dan creëer je een fout lichaamsbeeld.
Recent onderzoek heeft bovendien aangetoond dat kinderen al vanaf vijfjarige leeftijd over body image nadenken. Het rapport van Common Sense Media noteerde dat meer dan de helft van de meisjes tussen zes en acht jaar en een derde van de jongens van diezelfde leeftijd vinden dat ze te dik zijn. Op zevenjarige leeftijd is één op vier kinderen al bezig met eten en gewicht met elkaar in verband te brengen. Dat zijn serieuze resultaten waar de kledingindustrie zeker een rol in speelt.
Mini-me
Het verschil in maat tussen meisjes- en jongenskleding is bovendien ook te wijten in het verschil in pasvorm. In een maatschappij waar “mini-me’s” niet meer louter voorbestemd zijn voor evil masterminds in komische actiefilms, maar ouders hun kinderen steeds meer kleden alsof ze een verlengstuk van zichzelf zijn, is het logisch dat kinderkledingfabrikanten de patronen van “volwassen” kledingstukken gaan vertalen naar kleinere maatjes. Dat betekent: strakkere shirtjes (vaak zelfs met V-hals en ingenomen taille) voor meisjes, en ietwat meer lossere shirts met veel bewegingsvrijheid voor jongens, ideaal om in bomen te klimmen en te ravotten. Enkele dagen geleden nog ging een Twitterthread van een jonge moeder viraal die had opgemerkt hoe de schooluniformen van haar twee kinderen (een jongen en een meisje) van elkaar verschilden.
Dat Hema nu in de voetsporen treedt van onder andere de Amerikaanse retailer Target en het Britse grootwarenhuis John Lewis door de kinderkledingafdeling unisex te maken heeft dus een veel grotere impact op kinderen dan we denken. Het gaat verder dan je zoon die met een bloemenshirt naar de crêche wordt gestuurd, of je dochter die zonder vreemde blikken gewoon een legging met supermanlogo kan gaan halen. Het gaat over het creëren van zelfbeeld, lichaamsbeeld en een omgeving waarin kinderen niet al op piepjonge leeftijd worden geconfronteerd met hoe ze zich moeten kleden, wat voor vorm hun lichaam zou moeten hebben en wat de limieten zijn die de maatschappij hen oplegt op basis van hun geslacht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier