‘Het is maar werk’: als je job je passie niet is

© KLAAS VERPLANCKE
Jorik Leemans
Jorik Leemans Journalist

Vergeet het brood op de plank: een job waarin je je passies najaagt, lijkt het nieuwe statussymbool geworden. Moeten we allemaal op zoek naar die ene droomfunctie die ons niets dan voldoening geeft? ‘Het is gevaarlijk om ervan uit te gaan dat elke job zingevend moet zijn.’

‘Maakt het uit als je job eigenlijk geen passie van je is?’ Terwijl een vriendin haar twijfels uitspreekt, lijkt het even alsof ze hoopt het antwoord op de palm van haar hand te lezen. Wanneer ik haar vraag wat ze daarmee bedoelt, haalt ze haar schouders op. Ze antwoordt dat ze haar werk niet onprettig vindt en ook best goed is in wat ze doet, maar dat het in tegenstelling tot veel vrienden rondom haar niet haar droom is. Sterker nog, ze zou niet weten wat die droom op dit moment dan wel zou moeten zijn.

De twijfelende twintiger is zeker niet alleen. Het is een idee dat bij veel mensen lijkt te leven: als je job je passie is, of een droom die uitkomt, dan werk je geen dag van je leven. Ook al liet de Chinese filosoof Confucius deze inspirational quote al rond 500 voor Christus optekenen, toch klinkt het motto vandaag actueler dan ooit. Steeds meer jongeren hopen bij hun intrede op de arbeidsmarkt een droomjob te bemachtigen, eentje waarin ze zowel hun passies als zichzelf meteen helemaal kunnen ontplooien. Uit een recent onderzoek in twaalf landen (waaronder het onze) naar de verwachtingen van generatie Z op de werkvloer, blijkt dat het uitvoeren van werk dat leuk is of voldoening geeft minstens even belangrijk is als het loon dat aan het einde van de maand op de rekening staat. Hoe komt het dat dit idee zo aan belang heeft gewonnen?

Het idee dat je meteen werk vindt dat volledig aansluit op al je wensen is niet realistisch.

‘De jongere generaties gaan ervan uit dat het leven kwalitatiever moet worden’, legt Sandra Bonny uit. De zaakvoerder van Diaspoor, een centrum voor loopbaanbegeleiding, gelooft vanuit haar expertise dat millennials en generatie Z een andere kijk op de arbeidsmarkt hebben dan de voorgaande generaties. ‘Ze hebben tijdens het opgroeien ons, de boomers, in overdrive zien gaan, en kennen dus ook de stress en de onevenwichtige balans tussen werk en privé die daarmee gepaard gaan. Omdat ze niet diezelfde weg op willen, winnen jobinhoud en arbeidsomstandigheden aan belang. Ze vragen zich af: wie ben ik en waar haal ik zingeving uit?’

Toch mag die zoektocht naar passie zeker niet het enige vinkje op je checklist worden, meent Bonny. ‘Steeds meer loopbaanbegeleiders sturen daarop aan, maar voor mij is dat slechts een klein aspect van het geheel. Kun je je vinden in de bedrijfscultuur? Zijn de omstandigheden goed? Het is ontzettend leuk als je je passies kunt waarmaken binnen een bedrijf, maar het is belangrijk om het totaalplaatje niet uit het oog te verliezen. Mensen kunnen perfect hun droomjob vinden op papier, maar uiteindelijk op de foute plek terechtkomen.’

Met hart en ziel

Ook al is er volgens bedrijfspsycholoog Bart Wille weinig wetenschappelijk bewijs dat bevestigt dat jongere generaties er andere attitudes op nahouden bij hun intrede op de arbeidsmarkt, toch is het idee van onze job als primaire bron van zingeving vrij recent. ‘Zo’n dertig jaar geleden werd het concept ‘engagement op het werk’ geïntroduceerd. Goede werknemers zijn toegewijd en moeten hun ziel durven te leggen in hun job, luidt het algemene idee. Denk aan een ondernemer als Elon Musk, die tweets schrijft waarin hij zegt dat niemand de wereld veranderde in veertig uur per week. Het zijn dit soort ideeën die bijdragen tot het idee dat werk je identiteit vormt.’

‘Voor veel mensen klopt dat beeld van werk als zingeving echter niet’, gaat de professor van de Universiteit Gent verder. ‘Heel veel mensen halen zingeving uit andere kanalen, zoals hun gezin, vrienden of hobby’s. En dat hoeft geen probleem te zijn. Er zijn nog steeds heel veel jobs die niet zo zingevend zijn als we soms zouden willen. Het is bovendien gevaarlijk om ervan uit te gaan dat elke job zingevend moet zijn. Dit zou ervoor kunnen zorgen dat bepaalde jobs moeilijker ingevuld worden. We moeten ook voldoende aandacht hebben voor mensen die niet op zoek gaan naar zingeving in hun job.’

Toffe collega’s, vaste uren en werk dat hij niet hoeft mee te nemen naar huis: verder heeft de 26-jarige Robbe geen vereisten wanneer we hem vragen naar zijn ideale job. Momenteel gaat de twintiger zijn laatste week in als leverancier en reparateur van labelprinters, maar zicht op nieuw werk heeft hij nog niet. ‘Ik zou het eigenlijk wel leuk vinden om vuilnisman te worden, ook al is dat misschien een job waarop neergekeken wordt. Mij lijkt het een mooie job in de buitenlucht, maar een passie zou ik dat zeker niet noemen. (lacht) Dat moet het voor mij ook niet zijn. Een job hoeft mij niet gelukkig te maken, maar gewoon ook niet ongelukkig. Zolang ik er mijn lening mee kan afbetalen en niet fysiek of mentaal kapot thuiskom, maakt het mij eigenlijk weinig uit wat ik doe. Ik wil energie overhouden voor de dingen die voor mij belangrijker zijn.’ In de eerste plaats is dat muziek, glimlacht Robbe. ‘Ik zou het niet erg vinden om een andere job te moeten doen, maar mijn piano zou ik niet willen inruilen. En van muziek mijn werk maken? Dat zou ik ook niet willen. Ik wil vermijden dat ik mijn passie kwijtraak omdat het een verplichting wordt.’

'Het is maar werk': als je job je passie niet is
© KLAAS VERPLANCKE

Afstand nemen

We leggen als maatschappij nog te veel nadruk op wat iemand doet voor de kost, stelt loopbaanbegeleider Sandra Bonny. ‘De eerste vraag die we stellen, is bijna altijd wat je job is. Dat zegt heel veel. En dat terwijl we allemaal verschillende loopbaanankers hebben: voor de een is dat een droom waarmaken, voor een ander ligt de nadruk dan weer op het hebben van veel autonomie. Iedereen maakt andere keuzes. Er zijn mensen die heel gelukkig zijn met wat als een ‘saaie job’ wordt gezien, omdat ze op die manier veel ruimte vrijlaten voor een bijberoep of vrijwilligerswerk waarin ze wel kunnen openbloeien.’

Sophie Slabbinck knikt. Als ’talentarchitect’ helpt ze haar cliënten om vanuit hun unieke talenten en passies een leven op te bouwen dat bij hen past – ze geeft hierover ook lezingen en workshops bij The School of Life. ‘Veel mensen linken talent en passie aan hun werk. Ze denken dat er alleen sprake is van talent als ze ergens in uitblinken. Ik zie het anders. Talenten en passie draaien rond de activiteiten die je energie geven’, nuanceert Slabbinck. ‘Talenten en passies kun je inzetten in je werk, maar ook daarbuiten. Is je passie het ontdekken van nieuwe werelddelen en heb je daar geld voor nodig? Dan is pakweg deeltijds in de horeca werken om het geld te verzamelen een minstens even mooie manier om in het leven te staan. Het laat je immers toe om op een andere manier een leven op te bouwen dat echt bij je past. Wat anderen denken, of hoeveel status verbonden is aan je job, is dan van ondergeschikt belang.’

Voor de 29-jarige Lies leek het de ideale oplossing: om voldoende zekerheid te hebben in haar leven als actrice zocht ze een deeltijdse job als verkoopster. ‘Het zou me gemoedsrust bezorgen’, legt ze uit. ‘Op die manier had ik een vast inkomen en een job die me niet zo veeleisend leek, waardoor ik me kon focussen op datgene wat ik het liefst doe: spelen.’ Een survival job, noemt ze het lachend, maar uiteindelijk bleek de situatie voor haar niet vol te houden. ‘Steeds vaker vroeg ik me af wat ik daar zat te doen’, zucht Lies. ‘Ik geloofde mijn eigen narratief niet meer, want ik merkte dat ik geen energie overhield voor andere projecten. Daarom zoek ik nu volop naar een alternatief. Nu weet ik dat ik ook binnen mijn stabiele job een zekere passie en voldoening wil voelen. Ik trek die passie nog regelmatig in twijfel, maar ik heb die energie nodig. Ik wil later geen spijt hebben dat ik mijn droom heb opgeborgen om iets te doen dat ik eigenlijk niet graag doe.’

Ook professor Wille onderstreept dat werk voor veel mensen wel degelijk een belangrijke bron van identiteit is. ‘Dit hoeft zeker niet per definitie slecht te zijn. Het is een beetje een boutade, maar we weten dat mensen doorgaans beter werken als ze iets graag doen. Het vinden van een job die aansluit bij je interesses is goed voor je welbevinden en goed voor je productiviteit. Maar het kan natuurlijk geen kwaad om stil te staan bij het feit dat dit niet per se hoeft. Het kan ook erg relevant en waardevol zijn om afstand te kunnen nemen van je job. Omdat een beroep je passie niet is, betekent dat immers niet dat je er geen voldoening uit haalt.’

Een beter loon, een gezonde balans tussen werk en privé of respect op de werkvloer zijn even belangrijk als de inhoud van een job.

Geldt dat ook voor Robbe? ‘Natuurlijk. Er zijn altijd factoren binnen een job die je voldoening geven. Zo vind ik het altijd fijn om te zien dat ik mensen effectief verder heb geholpen. Ik denk dat je een job zonder enige voldoening moeilijk kunt volhouden, passie of niet.’

Passierevolutie

Terwijl aan generatie Y de hele passierevolutie wordt toegeschreven, is ook bij hen een merkbare kentering bezig. De millennials beginnen zich stilaan te settelen en aangezien hun hippe herenhuizen en ecologische luiers zichzelf niet afbetalen (als we dan toch in clichés denken), dringen andere prioriteiten zich op. Een recent Amerikaans onderzoek ondervroeg meer dan 2000 millennials over hun carrière. Wat blijkt? Maar liefst 61 procent gaf aan dat ze hun huidige job aanhouden uit andere overwegingen dan het doen van betekenisvol werk. Een beter loon, een gezondere balans tussen werk en privé of respect op de werkvloer worden geopperd als argumenten.

Niet onlogisch, meent bedrijfspsycholoog Wille. ‘De drang naar een betekenisvolle job is meer gelinkt aan de leeftijd of de levensfase van een werkzoekende dan aan de generatie waartoe hij of zij behoort. Het is een ontwikkelingseffect. Als je kijkt naar achttienjarigen die nu op de arbeidsmarkt komen, merk je weinig verschil met de generatie van twintig jaar geleden. Maar over tien jaar gaan ook zij weer op een andere manier naar hun jobs kijken. Als we ouder worden, ontwikkelen we andere attitudes en voorkeuren. Passies veranderen of kunnen herontdekt worden. Wat je als twintiger interessant vindt, hoeft je over vijftien jaar niet noodzakelijk te boeien. We moeten allemaal vrij lang werken en de kans dat we nog langer moeten werken, is vrij reëel. Het is met andere woorden belangrijk dat je onderzoekt wat voor jou belangrijk is en je jezelf de tijd geeft om te groeien. Het idee dat je meteen werk vindt dat volledig aansluit op al je wensen is niet altijd realistisch’, rondt Wille af. ‘De zoektocht naar een geschikte match mag niet verlammend beginnen te werken.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content