Meer diversiteit in design: twee onwaarschijnlijke ontwerpduo’s over hun samenwerking
Het designlandschap in België is te wit. Met het onderzoeksproject ‘Binôme’ wil Flanders DC daar verandering in brengen. Het resultaat kun je op 23 en 24 september ontdekken op de designbeurs FOR THE NOW. Een voorproefje.
Het podium laat Hanne Debaere liever aan haar gloednieuwe protegés. De projectmanager design bij het Flanders DC, dat mode- en designcreatievelingen in ons land ondersteunt, is dit jaar toe aan de tweede editie van Binôme, het onderzoeksproject waarmee gestreefd wordt naar meer diversiteit en inclusie in de Belgische designscene. “De naam zegt het al: het draait telkens om twee mensen. Twee mensen die in België wonen en werken, maar die een totaal verschillende achtergrond hebben. De een is designer, de ander kunstenaar. We koppelen ze en vragen hun om samen een object te creëren. Daardoor worden ze verplicht om na te denken over wie ze zijn, wat hen onderscheidt, maar ook wat hen bindt. Gaan ze hun vormentaal vermengen, gaan ze hun manier van ontwerpen herdefiniëren? Die fusie van talenten moet uiteindelijk leiden tot een duurzame samenwerking en hopelijk ook tot een diverser en inclusiever designlandschap”, vat ze het samen. “Ik geloof heel sterk dat we vanuit verbinding alles aankunnen.”
Dit jaar is de beurt aan twee nieuwe ontwerpkoppels: het Belgisch-Marokkaanse duo An Gillis en Nabil Aniss, en de Kempisch-Brussels-Congolese tandem Marijke Jans en Naomi Waku. Wij vroegen ons af: hoe beviel dat samenwerken hen?
Nabil Aniss & An Gillis
An Gillis is de vrouw achter Studio Naan. Ze geeft interieurs vorm, ontwerpt en maakt meubelen, en creëert installaties voor de publieke ruimte. An is gefascineerd door geschiedenis en is een vat vol verhalen over hyperlokale gemeenschappen en oude industrieën. Haar schommelstoel De Dip vertelt het verhaal van haar thuisstad Tienen en de ooit schommelende suikerindustrie van die stad.
Nabil Aniss is geboren in Meknès, Marokko. Hij verhuisde in 2009 naar België om voor creatieve agentschappen te werken, tot hij vier jaar geleden voluit voor de kunst en het lesgeven ging. De rode draad in zijn werk: sociale interacties en scheefgetrokken machtsrelaties. Dat leverde hem een solo-expo op in Firm Artlab in Jette.
“We zijn niet alleen kind van verschillende culturen; An en ik werken op een andere manier en ook onze persoonlijkheden kun je best uiteenlopend noemen”, lacht Nabil. “Maar we kwamen er uiteindelijk achter dat we een gedeelde interesse hebben in verhalen die verloren gingen. Onze grootste uitdaging was het vinden van een thema. Tot we op dit beeld stootten.” Hij toont een zwart-witportret van een vrouw met een kind aan haar zijde. Om haar schouders ligt een deken met een opvallend streepmotief. “Dit is een Marokkaanse haïk. Het werd in het Atlasgebergte op traditionele wijze geweven uit wol en zowel door mannen als vrouwen gedragen, maar het diende evengoed als decoratief interieurobject. Het verdween omdat de Berbers de bergen verlieten voor de stad, waar ze kleren kochten in plaats van zelf te maken.”
Nabil en An werden beiden meteen aangetrokken tot de multifunctionaliteit en het lijnenspel van de haïk, dingen die ze ook in hun eigen werk herkenden. Dat resulteerde in Al Khat, wat ‘de lijn’ betekent in het Arabisch. “Je kunt ons ontwerp aan de muur hangen, wat refereert aan de kunst van Nabil, maar het ook als functioneel object gebruiken, wat aansluit bij wat ik voornamelijk maak”, vervolgt An. “Tegelijk combineren we de Vlaamse wandtapijttraditie met de Marokkaanse gewoonte om laag bij de grond te zitten. We vonden het ook belangrijk om met Belgische wol te werken, die vandaag grotendeels de verbrandingsoven ingaat omwille van z’n hardheid. Om de handgesponnen wol op bobijnen te kunnen zetten, moesten we zelfs terugvallen op musea: de machines die we daarvoor nodig hadden bestaan intussen niet meer.”
Zelfs voor designers die regelmatig samenwerken is het moeilijk om tot een gemeenschappelijk idee te komen, laat staan voor twee mensen die anders denken en elkaar amper kennen.
Marijke Jans
Nabil: “Wat ik hieruit heb geleerd? Hoe ik een idee kan omzetten in realiteit. Een creatief project is als het tekenen van een cirkel, waarbij je in elke fase het risico loopt dat de cirkel in een vierkant verandert. An slaagt erin de cirkelvorm van begin tot eind te behouden.” An: “In mijn werk richt ik me op het materialiseren van immaterieel erfgoed. Er is altijd een fysiek eindproduct, wat niet het geval is bij Nabil. Hij leerde me dat een boodschap, zelfs een simpel woord, een kunstwerk op zich kan zijn. En dat er veel meer manieren zijn om een verhaal te brengen dan met een object. Dat inzicht zal me helpen in mijn verdere carrière.”
Over hun toekomstplannen zijn ze unaniem: “We zijn beiden gepassioneerd door onderzoek en we geloven ook niet in de exclusiviteit van ideeën of processen. We delen dus graag onze kennis met anderen. We zijn momenteel een subsidiedossier aan het samenstellen om verder onderzoek te kunnen verrichten naar Belgische wol. Wie weet leidt dit alles naar een creatief onderzoeksbureau. Gillis & Aniss, het bekt alleszins goed.”
Marijke Jans & Naomi Waku
Marijke Jans is een biodesigner met een stevig Kempisch accent. Ze werkt met afbreekbaar afvalmateriaal, zodat haar ontwerpen de bestaande afvalberg doen slinken en er in de toekomst niet aan bijdragen. Momenteel onderzoekt ze de mogelijkheden van koffiegruis. Haar werk maakte dit jaar deel uit van de selectie van het Belgian Design Pavilion tijdens Milan Design Week.
Naomi Waku is geboren en getogen in onze hoofdstad, haar roots liggen in Congo. Aanvankelijk wilde ze modeontwerpster worden, maar op de Antwerpse Modeacademie vond ze haar plek niet, en een connectie met de leerkrachten evenmin. Een depressie volgde, waarin ze haar talent als make-upartiest ontdekte. Met haar haar eigen gezicht als canvas trekt ze op Instagram meer dan 103.000 volgers. Haar portretten maakten deel uit van de expo Beautés Bruxelloises, een show in Dakar staat dit najaar nog op het programma.
“Urenlang hebben we gebabbeld, tot we uitkwamen bij onze diepste geheimen en duisterste gedachten”, blikt Marijke terug op de samenwerking. “We kwamen erachter dat we niet alleen uiterlijk verschillen, maar ook qua leeftijd, job, achtergrond en hoe we naar de wereld kijken. Wat ook duidelijk werd, is dat we allebei vanuit emotie werken. Marijke vanuit troost en connectie, ik vanuit mijn persoonlijke emoties”, vult Naomi aan.
Toen een vriendin van Naomi uit het leven stapte ten gevolge van mentale problemen, wisten ze dat dit hun thema moest worden. “Verbaal zaten we op één lijn over wat mentale kwesties als depressie betekenen, en na wat zoeken uiteindelijk ook visueel. Een depressie is zwart, het neemt alle licht en kleur uit je leven. Toevallig maak ik zwarte objecten en is Naomi’s werk een explosie van kleuren”, gaat Marijke verder. “Daar liepen we vast. Biobased materialen gebruiken, wat ik essentieel vond, valt moeilijk te combineren met kleur.” Daardoor lukte het ontwerpen maar niet, wat frustraties opleverde en hun connectie deed verdwijnen. “Zelfs voor designers die regelmatig samenwerken is het moeilijk om tot een gemeenschappelijk idee te komen, laat staan voor twee mensen die anders denken en elkaar amper kennen.”
Onze grootste verschillen zijn net de bruggen geworden die de kloven tussen ons dichten.
Naomi Waku
Als duo blijken ze nog iets te delen: opgeven staat niet in hun woordenboek. Na veel vallen en opstaan ontstond Cage: een reeks van acht decoratieve objecten, waarvan sommige als vaas kunnen dienen, andere als wandsculptuur en eentje als tafellamp. Ze illustreren hoe depressie je in haar greep houdt. Kleur en licht werden vertaald naar gekleurd glas, waarvoor Naomi de kleurschema’s ontwikkelde. Marijke creëerde op haar beurt de kooi of dwangbuis van gitzwart koffiegruis.
“Ondergedompeld worden in Naomi’s wereld van kleur is een openbaring geweest die mijn artistieke horizon heeft verbreed,” antwoord Marijke wanneer we haar vragen wat ze heeft geleerd uit haar deelname aan Binôme. Naomi: “Ik heb mijn zelfvertrouwen en creativiteit zien groeien. En een breder begrip gekregen van biobased materialen. We hebben allebei inzicht gekregen in elkaars grenzen en beperkingen, maar ook beseft hoe open en effectieve communicatie de hoeksteen van deze uitdaging was. Uiteindelijk zijn onze grootste verschillen de bruggen geworden die de kloven tussen ons dichten.”
Wat hun toekomstplannen betreft, nemen ze een afwachtende houding. “Uit de creatieve flow die we doormaakten, vloeiden nog ideeën met veel potentieel voort. Maar eerst wachten we af hoe Cage onthaald en onthouden wordt.”
KNACK WEEKEND TIPT:
Het werk van beide Binôme 2023-duo’s kun je ontdekken op FOR THE NOW op zaterdag 23 en zondag 24 september in de hal van Gare Maritime Brussel, als onderdeel van de Brussels Design Market. Meer info: forthenow.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier