Je gasten garen wagyurund in de hete groentebouillon en dopen het daarna in de ponzusaus. Ook de groenten en de tofoe uit de bouillon worden opgelepeld.
Voor 4 personen
2 Chinese koolbladeren
200 g shiitakes (Aziatische paddenstoelen)
200 g kastanjechampignons
100 g enokipaddenstoelen (fluweelpootjes)
150 g shimejipaddenstoelen (beukenzwammen)
8 lente-uien
300 g tofoe
500 g wagyurundvlees
7,5 dl kippenbouillon
1 stuk kombu zeewier van 10 cm
5 cm daikon (witte Oost-Aziatische radijs)
2 dl ponzu (Japanse sojasaus met citrussmaak)
Bereiding
Snijd de koolbladeren in vierkantjes van 5 cm. Snijd de voetjes van de shiitakes en de kastanjechampignons bij, snijd de paddenstoelen in plakjes. Verdeel de enoki- en de shimejipaddenstoelen in trosjes. Pel en snijd de lente-uien in stukken van 5 cm lang.
Dep de tofoe droog en snijd in blokjes van 3 cm. Spoel het rundvlees onder koud water, dep goed droog en snijd in zeer dunne plakjes. Schik het rundvlees op een schotel.
Breng de kippenbouillon aan de kook met 1 liter water en de kombu. Verwijder de kombu zodra de bouillon begint te koken. Voeg de groenten en de tofoe toe aan de bouillon. Laat 3 minuten zacht pruttelen, tot de groenten beetgaar zijn. Houd warm en serveer.
Schil en rasp de daikon fijn. Meng met de ponzusaus en verdeel over 4 schaaltjes.
De gasten garen het wagyurund zeer kort in de hete groentebouillon en dopen het daarna in de ponzusaus. Ze vissen de groenten en de tofoe uit de bouillon en lepelen ook die nadien op.
