Primeurs Bordeaux 2016: een historisch groot jaar
Gastredacteur Herwig Van Hove bespreekt de nieuwe Bordeauxwijnen.
Sleutelelement 1: geur- en smaakstructuur
Hoe kan een rode wijn die nauwelijks een derde van zijn lagertijd heeft doorlopen ttz na zes maanden vat, beoordeeld worden? Niet op de Franse manier.
In de meeste Franse proeversgroepen wordt de al dan niet aanwezigheid van bepaalde geurcomponenten hoog ingeschat: een vleugje kers, witte bloemen of appel zouden dan bepalend zijn voor de te verwachten kwaliteit. In deze middens wordt wijn enkel beoordeeld als een jaarlijks terugkerend landbouwproduct. Wijn wordt er essentiëel jong gedronken. In het Frans betekent “vin vieux” trouwens de wijn van het jaar voordien.
Deze specifieke componenten van het geurspectrum evolueren en variëren echter erg snel gedurende de vatlagertijd en voor de toekomstige kwaliteit op middellange termijn zijn ze onbelangrijk. Wel belangrijk is de verhouding tussen lichte en zware geurcomponenten want deze verhouding verandert nog nauwelijks zolang de wijn niet gebotteld is. De lichte geurcomponenten kan men al ruiken bij stilstaande wijn zonder het glas te walsen. Door te walsen bekleedt men de binnenzijde van het glas met een dunne laag wijn en daarmee vergroot men het geurproducerend oppervlak . Daardoor komen de zware componenten bij ruiken er meer duidelijk bij. Het verschil tussen het geurspectrum voor en na walsen, de lichte componenten en de som van zware en lichte, is wel uitermate belangrijk: de lichte aroma’s duiden op elegantie en finesse de zware op rijpheid. Het is de aanwezigheid van zwaardere aroma’s, de zogenaamde “diepte” aan de neus, die garant staat voor flesontwikkeling. Deze genereren de latere fijne secundaire geuren die bij keldergerijpte flessenwijn bij ons zo gezocht worden.
Welnu, in het jaar 2016 is heel veel van de rode Bordeauxwijn naast een indrukwekkende kleur gekarakteriseerd door een perfecte structuur en nuance van het geurspectrum: een volmaakte verhouding tussen lichte en zware aroma’s: elegantie die lang zal duren.
Ook de smaakstructuur is in vele gevallen perfect. In de mond komt in het begin de aangename aanzet van het volmaakte evenwicht waarbij alle elementen een grote eenheid vormen en perfect samen “geknoopt” zijn. Deze eenheid blijft dan duren tot en met de lange afdronk: geen scherpe kantjes, geen brokkeligheid, geen uitschietende toetsen van zuur of bitterheid. De wijnen zijn geconcentreerd maar niet van het geweldenaarstype. Door de frisse koele nachten bleef veel van het frisheid brengend zuur veel beter bewaard dan gewoonlijk en de bezonning gedurende de dag deed de tannines rijpen: stevige frisheid in de mond.
De massale aanwezigheid van rijpe bitterheid kan wat verrassen. Maar deze bitterheid zal door de vatlagering “getemd” worden en er mee voor zorgen dat de wijn op fles goed en lang zal evolueren.
Nog goed nieuws: er is veel.
Sleutelelement 2: Uitzonderlijke klimaatssequens
Elk jaar komt het “Institut des Sciences de la Vigne en du Vin” met een volkomen objectief overzicht van het klimaatsverloop, nu van het jaar 2016.
Het jaar begon met drie maanden overvloedige regen: 500 mm tegenover gemiddeld 220 mm gedurende de voorbije dertig jaar. Met daarbij zachte temperaturen: twee graden boven het seizoengemiddelde. De winter 2016 was daarmee de meest zachte ooit.
Het begin van de bloemzetting op het einde van de maand mei verloopt met nog wat regen, maar van drie tot elf juni is het droog en warm en de vruchtzetting verloopt optimaal. Vanaf 17 juni komt het goede weer dat zal aanhouden voor heel de maanden juli en augustus. Augustus is een echte zomermaand met 30% meer zon en 5 graden warmer dan normaal. Hierdoor komen de planten onder waterstress, maken geen bijkomende scheuten of bladeren meer maar beginnen enkel voor de vruchten te werken. De jonge aanplant en de percelen met te grote rendementen of met oppervlakkige bodems verdragen de stress veel minder goed en de wijnstokken beginnen er te verdorren met groeistilstand als gevolg. Maar heel Bordeaux profiteert nu van de waterreserve die de natte winter heeft meegebracht . Vooral de mindere bodems met meer waterretentie, die in andere jaren slecht draineren en tot verdunning leiden, verdragen de droogte heel goed. Daarom zal later blijken dat er veel “kleinere” wijnen van meer modeste appellations het heel goed doen.
Het begin van september is haast tropisch: een gemiddelde temperatuur van 31 graden maakt het tot de meest warme halve maand september sinds 1950. Maar vanaf 13 september komt malse regen opnieuw leven en finale rijpheid brengen. Vanaf 20 september is het tot en met de oogstperiode in oktober droog en zonnig.
Zo werden de vijf voorwaarden voor een groot jaar in 1016 allemaal volledig vervuld: homogene bloemzetting en bevruchting, goede en ook homogene kleuromslag, een perfecte droogtestress in de maand augustus met volkomen rijpheid en droog en zonnig weer gedurende de oogst.
Een tweede groot jaar na 2015 en misschien wel het meest perfecte jaar dat ik heb meegemaakt sinds 1959.
Sleutelelement 3: Kopen of niet.
Het is echter ook in 2016 niet allemaal goud dat blinkt. In dit wonderjaar gaan wel flinke opbrengsten en uitstekende kwaliteit samen maar met rendementen mag men niet overdrijven. In de periode 2005 tot 2015 was de opbrengst in Bordeaux eigenlijk te laag, maar voor het jaar 2016 werd ze wat opgeschroefd door bemesting en minder strenge snoei. Men wist toen nog niet dat het jaar excellent zou worden. Als er dan teveel wijn van kwam hebben sommige wijnboeren de hoeveelheid beperkt door de gistingskuipen in het begin wat af te tappen (“saignée”). Daarmee wordt echter de rest nog meer geconcentreerd ten koste van de drinkbaarheid. Niet kopen.
Ook het later oogsten voor nog meer rijpheid heeft soms confituurwijnen opgeleverd met smaakjes van gedroogde pruimen en gekonfijt fruit zonder terroirexpressie. Niet kopen.
Sauternes 2016 is niet interessant. De regen van half september geeft wel een kleine opstoot van edelrot maar op dat ogenblik waren de meteo-vooruitzichten voor oktober heel erg pessimistisch. Daarom halen de meeste domeinen dan maar de overrijpe druiven binnen. Behalve Yquem dat na wachten tot half oktober op dat moment een mooie hoeveelheid gebotrytiseerde druiven kon oogsten. Nog enkele andere hebben ook gewacht en maakten verdienstelijke wijn: Filhot, Clos du Haut Peyraguey, Lafaurie Peyraguey, Rabaud Promis, Rayne Vigneau en Suau. Maar algemeen gesproken is Sauternes 2016 gewoon geconcentreerde zoete wat plakkerige wijn en moet niet gekocht worden.
Ook de droge witte wijn uit de Graves en Pessac-Léognan mist levendigheid en finesse en is van het tafelwijntype met zelfs wat “lourdeur”. Niet kopen behalve Fieuzal, Dom. De Chevalier, Malartic Lagravière, Smith Haut Lafitte en La Louvière.
Al de nu volgende rode wijnen zijn excellent, deze gemerkt met (*) zijn aandoenlijk excellent. Er zijn opvallend veel wijnen bij uit de “kleinere” appellations. Het is een selectie uit haast 400 geproefde wijnen. We beginnen met de “kleine”
Bordeaux Supérieur: Gree Laroque (*), Leroy-Beauval, l’Isle Fort (*), Jean Faux (*), Croix Mouton (*), Pey Latour en Girolate.
Saint-Emilion Grand Cru: Tour de Capet, Clos des Menuts, Lucia, La Tour Figéac, Rol Valentin (*), Grand Barail Lamarzelle Figéac (*), Pavie Decesse (*), Balestard La Tonnelle (*), La Dominique (*), Villemaurine en Soutard.
Haut Medoc: Liversan, Saint-Paul, Barthez (*), De Mallert, Agassac (*), Malescasse (*), Clément Pichon (*), Citran, Beaumont, La Lagune (*), Caronne Saint-Gemme, Sociando Mallet (*),
Cantemerle (*), Belgrave (*) en Camensac (*).
Moulis, Listrac, Fronsac en Puisseguin Saint-Emilion: Clarisse (*), Mauriane (*), La Garde (*), Poujeaux (*), Clarke , Potensac, Puy Guilhem (*), La Rousselle (*), Vrai Canon Bouché (*), Dauphine, Moulin Haut Laroque, Fontenil en Vielle Cure (*).
Côtes de Bordeaux en Lalande de Pomerol: Domainde de l’A (*), Ad Francos (*), Hostens Picant (*), Magdelaine Bouhou (*), Reynon Rouge (*), Mont Perat (*), Joanin Bécot (*), Aiguilhe (*), Marsan (*), Clos de Boüard (*), Clos Lunelles, Siaurac (*), Fleur de Bouard (*), Chenade en Cruzelles.
Nu de grote appellations.
Pomerol en Saint-Estèphe: Clos Vieux Taillefer, Bel-Air, Saint-Pierre (*), Petit Village (*), Clos René, Clinet (*), Le Bon Pasteur (*), La Pointe, Saint-Pierre de Corbiau (*), Le Boscq (*), Haut Marbuzet (*) en Calon Ségur (*).
Margaux: de Malleret, Preuré Lichine (*), Arsac, Tour de Bessan, Gurgue (*), Labégorce (*), Siran, Marquis de Terme, Dauzac (*), Cantenac Brown (*), Giscours (*) en Lascombes (*).
Saint-Emilion Grand Cru Classé: Saint George Côte Pavie (*), Cadet-Bon (*), Guadet (*),
Fonplégade (*), Berliquet, La Gaffelière, Larcis Ducasse (*), Beauséjour Duffau (*), Fourtet (*), Pavie Macquin (*), Troplong Mondot (*), Canon La Gaffelière (*) en Trottevielle (*).
Saint Julien en Pauillac: Gloria, Clos du Marquis (*), Gruaud Larose, Branaire Ducru, Langoa Barton, Léoville Barton (*) , Talbot (*), Grand Puy Ducasse, Croizet-Bages, Batailley (*). Lynch Bages (*) en Comtesse de Lalande (*).
Graves en Pessac Léognan: Haut Nouchet (*), Larrivet-Haut-Brion (*), Domaine de Chevalier , Les Carmes Haut-Brion, Rahoul (*), Malartic Lagravière, La Louvière (*), Fieuzal (*), Carbonnieux (*) en Latour-Martillac (*).
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier