Zeven hardnekkige misverstanden over mosselen
Hoewel mosselen een welverdiende ereplek bezet houden in onze nationale keuken, bestaan er nog tal van misverstanden over de smakelijke schelpen. Tijd om ze weg te spoelen dus. (Eventueel met een begeleidende frisse pint erbij.)
Ze zijn een Vlaamse publiekslieveling, maar dat betekent niet dat we er alles over weten. Integendeel: er bestaan heel wat misverstanden over mosselen.
Wij helpen deze zeven mythes alvast graag de wereld uit.
Misverstand 1: Mosselen die open zijn, kunnen sowieso niet meer gebruikt worden omdat ze slecht zijn
Wanneer je mosselen uit de verpakking haalt, kan je best onmiddellijk de goede van de slechte scheiden voor je ze kookt. Tegenwoordig blijven mosselen in lekvrije verpakkingen allemaal licht openstaan en sluiten ze zich pas na enkele minuten. Dat komt doordat de mossel ontspannen is in zijn beschermde omgeving (verpakking). Wanneer hij uit de verpakking gehaald wordt, reageert hij traag. Hoe zou je zelf zijn, wanneer iemand ’s morgens vroeg uit het niets het deken van je aftrekt?
Houd de open mossel met de bolle kant onder de koude kraan en tik tegelijkertijd tegen de schelp. Na een paar minuten sluit de schelp zich. De mossel lijkt ‘wakker’ te worden. Blijft hij toch open staan? Dan neem je beter het zekere voor het onzekere en gooi je hem weg. Ook mosselen waarvan de schelp stuk of beschadigd is, kan je best meteen weggooien.
Misverstand 2: Van mosselen eten stijgt je cholesterolgehalte
In mosselen zitten even veel eiwitten per gewicht als biefstuk, maar veel minder vet. Per 100 gram bevat een mossel slechts 1 procent vet. Bovendien behoort het grootste gedeelte van het vet van de mossel tot de categorie van de meervoudig onverzadigde vetzuren die juist cholesterolverlagend werken. Daarnaast zijn mosselen rijk aan mineralen, fosfor, ijzer, koper, seleen en vitaminen. Conclusie: het regelmatig eten van mosselen levert een positieve bijdrage aan de gezondheid.
Misverstand 3: Mosselen eet je enkel in de maanden met een ‘r’
Een hardnekkig misverstand dat wel onuitroeibaar lijkt. Het gebruik om mosselen enkel aan te bieden in de maanden met een “r” stamt uit de tijd dat er nog geen gekoeld vervoer over de weg mogelijk was. Venters verkochten toen enkel mosselen in de koude herfst- en wintermaanden, om voedselvergiftigingen uit te sluiten. Nu zijn er overal verse Zeeuwse mosselen verkrijgbaar tijdens het seizoen, dat loopt van begin juli tot de eerste helft van april in het jaar daarop.
Daarna (van half april, mei, juni tot begin juli) is de Zeeuwse mossel niet geschikt voor consumptie omwille van het voortplantingsproces. In juni zit er veel voedsel in het zeewater zodat de mossel zich weer lekker rond kan eten. Om in de ‘stille’ maanden toch aan de vraag te kunnen voldoen wordt er gebruik gemaakt van importmosselen uit Ierland en Denemarken. Zo zijn er dus het hele jaar door mosselen in de aanbieding.
Misverstand 4: Mosselen bewaar je best in water om zand kwijt te raken
Veel consumenten bewaren mosselen in een bak met zout water. Soms wordt er zelfs bloem aan het water toegevoegd. Mosselen zouden zichzelf dan reinigen van zand en het vlees zou mooi blank van kleur worden. Tegenwoordig is niets van dit alles nog nodig, want de Zeeuwse mossel is absoluut zandvrij. Direct na de vangst worden de mosselen aan boord gespoeld.
Vervolgens worden de mosselen, alvorens verwerkt te worden, minimaal 10 dagen in de Oosterschelde gelegd om te ‘verwateren’, oftewel zandvrij te spoelen. De natuurlijke omstandigheden (harde veenachtige bodem, geringe stroming) in de Oosterschelde zijn hiervoor optimaal. Tenslotte worden alle mosselen bij de handelsbedrijven nog eens naverwaterd aan wal. Mosselen bewaart u het beste onderin uw koelkast (niet boven de 7 graden). Op de verpakking staat altijd een houdbaarheidsdatum vermeld.
Misverstand 5: Oranje mosselvlees is lekkerder dan het witte
Tussen oranje en witte mosselen is er noch smaak- noch kwaliteitsverschil. Vaak wordt er verteld dat het kleurverschil te wijten is aan het geslacht van de mossel: vrouwtjes zouden oranje zijn en mannetjes wit. Dat is echter een fabeltje. Net als bij mensen heeft het kleurverschil te maken met genetische verschillen en heeft het ene exemplaar simpelweg wat meer pigment dan het ander.
Misverstand 6: Mosselen die dicht blijven na het koken kan je niet opeten
Dichte mosselen in de mosselpot zijn geschikt voor consumptie. De reden waarom ze dicht blijven, heeft dan ook niets te maken met eetbaarheid, maar wel met een stevig ontwikkelde sluitspier. Maak deze mosselen voorzichtig open met een mesje en je zal zien dat deze mosselen net extra veel vlees bevatten. Maak de mossel wel nooit open boven de mosselpot, want incidenteel gaat het om een slikmossel, een mossel die zich heeft volgezogen met zand.
Misverstand 7: Mosselen bereiden is een hele karwei
Niets is minder waar, zeker als je bedenkt dat de mosselen die in de winkel liggen al zandvrij zijn en ontdaan van hun baard. Even spoelen is voldoende. Voor het meest gegeten mosselgerecht hoef je slechts wat groenten zoals ui en selder te snijden en die in een ruime pot te doen, samen met wat vetstof en laurier. Leg daarop de mosselen, strooi er peper over en gier er eventueel nog een geut witte wijn of zelfs bier bij, als je daarvan houdt. Kook het geheel op een hoog vuur en na maximum 10 minuten ben je al aan het genieten. Mosselen zijn dus zelfs het geschikte ingrediënt voor keukenklunzen!
Lees ook: 15 verrassende mosselrecepten p>
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier