Dementerende personen vinden een thuis in De Villa: ‘Ik kan en mag hier nog alles doen’

Samen koken in De Villa, een belangrijke dagactiviteit waaraan alle bewoners kunnen deelnemen. © Stijn Bollaert
Sara Engelen Freelance journalist

Een zorgflat in een oude dokterswoning, waar zachtjes piano wordt gespeeld en gegeten wordt met stoffen servetten. Te mooi om waar te zijn? Welkom in De Villa, een deel van Huis Perrekes, een warme thuis voor personen met dementie.

Toen ik op al mijn logopedische tests 0 op 10 scoorde, besefte ik snel hoe laat het was. Heel confronterend was dat. Maar verhuizen naar De Villa een moeilijke stap? Allesbehalve’, zegt Carlo Van Helsen (62). Bij de kwieke man met twinkelende ogen werd twee jaar geleden dementie vastgesteld. Vorig jaar nam hij het heft in eigen handen en verhuisde als een van de eerste bewoners naar De Villa, een voormalige dokterswoning in Oosterlo die werd omgebouwd tot een uitzonderlijke verblijfplaats voor personen met dementie. Het residentiële pand, waar Carlo nu samen met een tiental andere lotgenoten woont, is een uitbreiding van Huis Perrekes, dat een revolutionaire manier van zorgverlening biedt dankzij doordachte architectuur en dito design.

Huis Perrekes is ontstaan uit rebellie tegen het idee dat mensen met dementie niet meer voelen, geen verlangende wezens meer zijn

Terwijl Carlo vertelt, speelt iemand op de achtergrond zachtjes piano. Huiselijke taferelen trekken de dag op gang in De Villa. Een begeleider bereidt samen met enkele bewoners het middagmaal in de open keuken, twee bezoekers zitten te keuvelen aan de grote eettafel met uitzicht op de weelderige tuin. In de zithoek dommelen andere bewoners weg in gemakkelijke fauteuils. Pril lentelicht valt door de grote ramen naar binnen. ‘Ik heb hier een magnifieke thuis gevonden’, zegt Carlo bedachtzaam. Omdat hij grotendeels zelfstandig kan wonen, betrekt hij een van de twee zorgflats van De Villa op de eerste verdieping van het pand. De andere bewoners leven op de gelijkvloerse verdieping. ‘Wat ik hier zo fijn vind, is dat ik alles nog kan, en vooral, mág doen. Ik loop binnen en buiten zoals het mij uitkomt, steek een handje toe in het huishouden waar mogelijk. Maar koken kan ik niet, ik mag hier elke dag mee aan tafel schuiven. En het eten? Goed, ja. Heel goed, moet ik zeggen.’

Alle kamers zijn functioneel, sober en toch erg mooi ingericht. Deuren hoeven niet op slot.
Alle kamers zijn functioneel, sober en toch erg mooi ingericht. Deuren hoeven niet op slot.© Stijn Bollaert

Allemaal artisanaal

Carlo is niet de enige zestiger met een sputterend brein die onversaagd richting huisarts stapte. Elke vier seconden wordt ergens ter wereld iemand met dementie gediagnosticeerd. Voldoende reden voor het WHO om de ziekte in 2017 tot prioriteit te bombarderen. In eigen contreien lijden, volgens het Expertisecentrum Dementie Vlaanderen, naar schatting 131.800 mensen aan dementie. Voor heel België ligt dat aantal rond 202.000. Verwacht wordt dat dat cijfer als gevolg van de vergrijzing tegen 2060 verdubbeld zal zijn, een trend waar projectontwikkelaars gretig op inspelen. In Vlaanderen schieten nieuwe woonzorgcentra als paddenstoelen uit de grond, met de belofte een kwaliteitsvol leven te bieden aan wie op leeftijd is en zorgbehoevend.

Hoe levensbeperkend een ziekte als dementie kan zijn, werd begin dit jaar onverbloemd in beeld gebracht in het Eén-programma Voor ik het vergeet. Om het leven te schetsen van mensen met dementie en hun familie, ging tv-maker Wannes Deleu een maand in het woonzorgcentrum van zijn dementerende grootmoe Rosa wonen. Resultaat: een beklijvende reportage in een microkosmos van gangen, kamers, deuren en rolstoelen, waar bewoners, bezoekers en verzorgers er elke dag het beste van trachten te maken. Maar waarvan je weet: een gezellige thuis wordt dit nooit, voor niemand.

Bewijzen dat de gapende kloof tussen kwalitatieve zorg en menswaardig wonen op een zachtere manier te overbruggen valt, is al jaren de missie van Carla Molenberghs, directrice van Huis Perrekes, een leefgemeenschap die ‘Wonen, Zorg en Begeleiding op maat van personen met dementie, ongeacht de leeftijd’ biedt. ‘Huis Perrekes is ontstaan uit rebellie tegen het idee dat mensen met dementie niet meer voelen, geen verlangende wezens meer zijn. Hét criterium voor alles wat we hier doen, is de vraag: zouden we hier zelf willen leven? Sinds 1986 wonen en werken wij hier in aangename gebouwen, eten we lekker, fixeren we niemand. En toch toveren we niet. We leveren wél artisanaal welzijnswerk.’

Hét criterium voor alles wat we hier doen is de vraag: zouden we hier zelf willen leven?

Dam tegen chaos

In Huis Perrekes wordt niets aan het toeval overgelaten om de bewoners van een menswaardige zorg te verzekeren. Elke maatregel versterkt er een andere, niet het minst de architectuur en het interieur- design van de recent gerenoveerde Villa, die sinds mei vorig jaar deel uitmaakt van de woongemeenschap. Molenberghs: ‘De lat zo hoog mogelijk leggen om een zo goed mogelijk leven te bieden aan de bewoners, hun bezoekers en het personeel is een voortdurend proces in beweging’, vat de directrice samen. ‘Daarom hebben architecten Ester Goris en Halewijn Lievens veel tijd met ons doorgebracht om tot dit resultaat te komen.’ Huis Perrekes wil als centrum voor kleinschalig genormaliseerd wonen een dam opwerpen tegen de chaos die personen met dementie ervaren. ‘Hun grenzen vervagen zowel fysiek als mentaal’, bevestigt Ester Goris (Studio Ester Goris/UGent), die het masterplan mee uittekende. ‘In De Villa worden die grenzen versterkt waar ze overzichtelijk moeten zijn, en verzacht waar prikkeling mogelijk is. We wilden een beschermende omgeving creëren die houvast kan bieden aan wat stilaan verdwijnt voor deze mensen, maar die tegelijk ook een brug slaat naar de buitenwereld.’

Alle kamers zijn functioneel, sober en toch erg mooi ingericht. Deuren hoeven niet op slot.
Alle kamers zijn functioneel, sober en toch erg mooi ingericht. Deuren hoeven niet op slot.© Stijn Bollaert

Die visie weerspiegelt zich in een grote open leefkeuken als centrale leefruimte met grote werkbladen zonder te veel tierlantijnen en veel wandmeubelen in hout. Halewijn Lievens (NU architectuuratelier), die het exterieur en het interieur van De Villa realiseerde: ‘Samen koken is een belangrijke dagelijkse activiteit waaraan alle bewoners participeren. We wilden niet zozeer de zorg verhuiselijken, dan wel een omgeving scheppen waarin een huiselijk ritme gecreëerd kan worden. Een ruimte om dagelijkse gebruiken en gedeelde rituelen te stimuleren, zoals ’s morgens koffiezetten, de tafel dekken, samen eten.’ Alle dagruimtes werden zo ontworpen dat licht en warmte primeren. Zo is er in de living geen plastic bank te bespeuren, wel mooie, nieuw beklede fauteuils uit de kringloopwinkel. ‘In Huis Perrekes draait alles om het bedenken van functies voor ruimtes en objecten die kunnen bemiddelen en verbinding maken, die de dialoog bevorderen. Zo zijn de hanglampen stuk voor stuk pièces uniques, met de hand gehaakt door begeleiders, vrijwilligers en bewoners. Het maakplezier straalt ervan af’, zegt Lievens. Ook de tuin achter De Villa functioneert als scharnier naar de buitenwereld. ‘Als harmonieuze omgeving is het een plek die rust, troost en vreugde kan bieden. Maar we wilden van die groenoase ook een stimulerende prikkel maken, een uitnodiging, een opening naar het dorp, door ze publiek toegankelijk te maken als parkruimte.’

Wie achter De Villa een huis van grootse gebaren verwacht, vergist zich. ‘Soms beperkt het stimuleren van die dialoog zich tot het kunnen aanvoelen van de bewoners, het creëren van een bepaalde sfeer’, legt kinesiste en stafmedewerker Karen Lambrechts (38) uit. ‘De Villa is zo ingedeeld dat bewoners tot interactie worden gestimuleerd – in het huishouden, maar ook creatief en muzikaal, omdat dat belangrijk is in het dementieproces. Maar niemand mag zich gedwongen voelen om deel te nemen. Er is keuze te over aan plekken waar het overzicht groot is of aan knussere hoekjes waar mensen op zichzelf kunnen zijn.’

Een beetje feest

Ook al is haar echtgenoot Jos Moens (64) al diep in zichzelf verzonken, Bea Vesters (60) is er zeker van dat hij in De Villa gelukkig is. En, niet onbelangrijk, zijzelf ook. Na zeven jaar dagopvang brak vorig jaar het moment aan van permanente opname voor haar man. ‘Mijn mond viel open van verbazing toen ik hier voor het eerst binnenkwam. Ik had al een aantal woonzorgcentra bezocht, en ik vond ze allemaal even verschrikkelijk: dat steriele, dat onpersoonlijke, dat ziekenhuisachtige, het gebrek aan warmte. Het was zo zielloos allemaal. De Villa voelde als een thuis vanaf de eerste seconde. Ook die tuin vind ik zo geweldig. Zodra het kan, worden de tafels hier buitengezet. Deze zomer, toen het zo heet was, was het altijd een beetje feest om hier te mogen komen. Maar wat ik pas echt indrukwekkend vind: alles wordt hier verzorgd tot in de puntjes. De tafel wordt mooi gedekt met stoffen servetten, in de waterkannen drijft een blaadje munt. Kijk naar dit porseleinen servies, prachtig toch? Het wordt gewoon gebruikt. Dat vind ik zo plezant.’

Alle dagruimtes werden zo ontworpen dat licht en warmte primeren.
Alle dagruimtes werden zo ontworpen dat licht en warmte primeren.© Stijn Bollaert

‘In Huis Perrekes kiezen wij ervoor om de dingen echt te laten zijn’, knikt Karen Lambrechts. ‘Planten zijn echte planten, boeken zijn echte boeken. Toch hebben wij niet de indruk dat de dingen hier makkelijker stukgaan dan elders. Schoonheid roept net op om er zorg voor te dragen, vraagt om betrokkenheid. Mensen hebben daar veel respect voor. De Villa nodigt daartoe uit. Thuis zorg je toch ook voor je spullen?’ Waar een mens zich thuis waant, gaan deuren niet op slot. ‘De uitgang mag herkend worden als de uitgang. Als een bewoner het moeilijk heeft en naar huis wil, kiezen wij ervoor om het gesprek aan te gaan over heimwee, over hun onrust. Omgaan met die weerstand, met dat rouwproces, kan juist helend werken. Met die gevoelens willen we werken, in plaats van ze te vermijden.’

Als een bewoner het moeilijk heeft en naar huis wil, kiezen wij ervoor om het gesprek aan te gaan over heimwee, over hun onrust

Zachtjes wiegen

Emoties kunnen hoog oplopen bij mensen met dementie. ‘Frieda was erg angstig op het einde’, getuigt Hilde Van Berckelaer (77), die de laatste maanden van haar schoonzus in De Villa van nabij beleefde. In de zorginstelling waar Frieda voordien verbleef, werd ze vastgezet in haar kamer. Haar rolstoel kwam ze niet meer uit. ‘Hier heeft mijn schoonzus tot op het einde van haar dagen vrij kunnen rondlopen, hoe verward en slecht te been ze ook was. Waarmee ik geen slecht woord wil zeggen over die andere instelling. Aan zorg en liefde was daar ook geen gebrek, het is gewoon een kwestie van visie en organisatie. In De Villa nam men de bluts met de buil. De levenskwaliteit die Frieda won door tot op het einde zelf te kunnen oordelen over haar wandel en handel, woog op tegen de gevolgen van een eventuele val. Zulke dingen kunnen alleen maar dankzij die extreme betrokkenheid hier en omdat de architectuur van De Villa zich daartoe leent.’

Elk hoekje in De Villa biedt een perspectief van rust en sereniteit.
Elk hoekje in De Villa biedt een perspectief van rust en sereniteit.© Stijn Bollaert

Hét paradepaardje in huis is het wiegbed dat speciaal voor Huis Perrekes ontwikkeld werd door NU architectuuratelier en Atelier Modest. Dankzij een even vernuftig als eenvoudig kantelsysteem kan het bed worden aangepast tot een schommelbed, zodat de persoon die in het bed ligt zachtjes gewiegd kan worden. Ook Hilde heeft haar schoonzus Frieda erin gewiegd, tot ze troost en rust vond. Karen Lam- brechts: ‘Je zou het wiegbed kunnen zien als een symbool voor alles waar we voor staan in Huis Perrekes: het werkt alleen als je in verbinding staat met de persoon die erin ligt. Die moet aangeven of het ritme goed zit, hard of zacht. Het wiegbed op zichzelf is van geen betekenis: niets of niemand bestaat los van zijn context. Het is net door continu af te stemmen op elkaar en de bewoners, dat wij veel problemen – ook preventief – kunnen oplossen. Architectuur en design zijn maar betekenisvol als er een visie in doorleeft die door iedereen wordt gedragen.’

Ook 's avonds blijft De Villa een gezellige, geborgen thuis. Elke avond gaat een begeleider samen slapen met de bewoners.
Ook ’s avonds blijft De Villa een gezellige, geborgen thuis. Elke avond gaat een begeleider samen slapen met de bewoners.© Stijn Bollaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content