SOFIE DECLEIR
Sofie Decleir (25), dochter van Jan, is actrice bij de Brusselse KVS. Ze heeft een rol in het stuk Madame de Sade van Yukio Mishima, dat deze week in premiere gaat.
Anna Luyten Foto : Lieve Blancquaert
Mijn vader zit in het theater. Ik was dus van kindsbeen af geconfronteerd met die wereld, maar het heeft lang geduurd eer ik besloot er zelf in te stappen. Mijn ouders scheidden toen ik drie was. Ik werd opgevoed door mijn moeder. Lange tijd had ik weinig of geen contact met mijn vader. Theater was altijd iets waar ik ongelooflijk veel mee te maken had, maar tegelijkertijd ook ver van afstond. Het heeft me altijd gefascineerd. Ik wou er zo graag bijhoren, het ook allemaal meemaken. Mijn familie raadde mij het theaterleven af. Na mijn humaniora studeerde ik voor vertaler-tolk. Dat hield ik twee jaar vol. Uiteindelijk zag ik mezelf geen heel leven achter een bureau zitten met een stapel woordenboeken. Ik had een hele zware tweede zit. Ik zocht naar andere dingen om te studeren, deed er alles voor om het theater te ontwijken.
Uiteindelijk heb ik toch de stap gezet. Ik sta er nog altijd versteld van. Maar ik had zoiets van : nu ga ik ervoor, nu kan iedereen op zijn kop staan, het is mijn leven. Ik schreef me in voor het ingangsexamen aan Studio Herman Teirlinck. De directeur had zo zijn twijfels over mijn kunnen, maar enkele andere docenten zagen me toch zitten en ik mocht beginnen. Na het eerste trimester lag ik bijna buiten. Ik vond dat ik eigenlijk niet paste op die school. Ik kwam uit een heel ander milieu. Maar het was fantastisch, ik léérde. Ik besefte wel dat ik goed had gekozen omdat ik mij er zo goed bij voelde.
Ik speel graag. Het plezier van spelen is dat je dingen kan tonen die je in normale omstandigheden onderdrukt. Je kan iemand anders zijn of misschien gewoon jezelf. En dat iedereen je dan nog toejuicht ook… Je kan erin doorgaan en doorbreken. Ik had daar ook een ontzettende nood aan. Ik was een heel verlegen, teruggetrokken meisje dat met grote ogen naar alles opkeek. Ik ben nog altijd vrij schuchter.
Ik denk dat je je in het leven ook wel echt kunt laten gaan, maar ik houd mij te veel in. Ik zou dat moeten afleren, want ik heb er eigenlijk meer last van dan deugd. De meeste mensen voelen wel aan dat ze mij moeten beoordelen op wie ík ben, niet als dochter van. Het is eerder binnen de familie dat ik te horen krijg : ?Dat is nu precies de Jan.” Maar dat vind ik plezant. Als anderen mij vergelijken met mijn vader, heb ik daar geen boodschap aan. Anderzijds begrijp ik ook dat mensen er iets over willen zeggen. Mijn halfbroer zit nu ook in de Studio. Hij zal het lastiger hebben dan ik : hij lijkt als twee druppels water op mijn vader.
Soms praten mijn vader en ik over rollen. Toen ik aan Teirlinck zat, werd hij daar artistiek leider, we kwamen in dezelfde context terecht. Maar het was niet het theater dat ons dichter bij elkaar bracht. Wel dat wij elkaar echt graag zien en het feit dat we elkaar toch echt gemist hebben. Vanaf mijn zevende heb ik hem een hele periode niet gezien. Het is moeilijk om die verloren tijd terug in te halen, hoewel ik dat ooit verwachtte van hem. Maar je moet gewoon de draad oppikken en zo goed mogelijk verderwandelen. Met dat gat moet je leren leven. Ik ben bijna 26 jaar, en voor het eerst woon ik nu bij mijn vader.
Ik kwam nog maar net van school toen ik bij de KVS kon beginnen. Mijn eerste rol, Manzo in de voorstelling Oedipus, betekende veel voor mij. Ik vond het een prachtige rol : die kracht van dat meisje… Nu speel ik Anne, de zuster van Madame de Sade. Ze is een vrouw die het allemaal wel gezien heeft en weet, iemand waar alles heel vanzelfsprekend voor is. Ik ben op dat soort mensen een beetje jaloers. Ik denk dat het het leven makkelijker maakt. Misschien wel niet altijd even boeiend. Ze is het tegenovergestelde van mezelf. Lynn in het stuk van Kaldewey, dat was ik. Ze hunkerde naar aandacht. Ik ben ook zo onrustig en altijd op zoek.
Ik wil heel eerlijk zijn op een podium. Het is voor mij de enige manier om waarachtig te zijn. Ik kan niet in een soort vormelijkheid vervallen als ik speel. Als ik voel dat ik iets uiterlijk sta te doen en wat ik zeg alleen maar woorden zijn, ben ik ontevreden. Ik probeer om alles uit mezelf te putten. Me blootgeven vind ik het allermooiste.
Ik hou van sterke vrouwen op het podium, sterke acteurs als Els Dottermans, Kathleen Turner, Susan Surandon, Anthony Hopkins, Al Pacino. Ik hou van de sterke vrouwen in Griekse tragedies, waarschijnlijk omdat ik mezelf niet zo’n sterke vrouw vind. Maar op bepaalde momenten in mijn leven kan ik resoluut een keuze maken. Ik ben niet bang voor problemen.
Ik heb de laatste tijd nogal veel nagedacht over wat ik met mijn leven wil. Ik denk dat mijn grootste streefdoel is : gewoon blijven doen waar IK zin in heb. Ik denk dat je dan tot een vorm van opperst geluk komt. Ik heb te lang en te veel dingen gedaan die andere mensen van mij verlangden. Dat wil ik niet meer.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier