Functionele kilometervreter

Pierre Darge Freelancejournalist

Freelancejournalist 06-06-2006, 22:00 Bijgewerkt op: 07-12-2020, 22:16

De VW Passat is een oude bekende, waarvan inmiddels al de zesde generatie in de toonzaal staat. In de loop van zijn carrière kreeg hij een almaar betere notering. De Variant is altijd een zeer nuchtere en functionele broer geweest en dat is nu niet anders. Ondanks zijn toegenomen lengte zet hij amper 56 kg extra op de weegschaal. De beproefde 2.0 TDI blijft een van de sterkste troeven in het segment.

We proberen die motorversie uit, gekoppeld aan de DSG-versnellingsbak, een gerobotiseerde bak met dubbele koppeling waardoor er bij het schakelen geen terugval ontstaat. Een mechanisch wonder en een uiterst comfortabele manier van schakelen : hij voelt aan als een automaat, waarvan hij het gebruiksgemak overneemt, maar laat geen meerverbruik noteren.

Bovendien heeft de rijder de keuze tussen schakelen door het aantoetsen met de pook en de volautomatische schakeling waarbij dan weer de keuze bestaat tussen gewoon en sportief. In dat laatste geval trekt de motor hoger in de toeren voor hij schakelt.

Wat opvalt bij de Passat Variant is zijn sobere afwerking en zijn grote binnenruimte. Door de rechtopstaande C-stijl gaat het instappen achterin gemakkelijker dan bij de berline. Bovendien is de overhang achteraan ruimer, de koffer heeft nu een laadvolume van liefst 603 liter, uitbreidbaar tot 1731 liter. Als toetje is er de koffermodule die bestaat uit twee rails in de laadvloer waarlangs een scheidingswand kan worden verschoven en vastgeklonken. Een soepele riem kan om kleinere voorwerpen worden gespannen, zodat tijdens het rijden alles perfect op zijn plaats blijft. Een optie van 240 euro.

Een ander sterk punt blijkt het rijcomfort. De Variant mag dan wat stug zijn afgeveerd, hij rijdt als een berline, en nagenoeg zonder koetswerkbewegingen. Ook de wegligging is prima, zelfs het snellere bochtenwerk rondt de Variant met sprekend gemak af.

De viercilinder turbodiesel blinkt uit door zijn forse trekkracht van 320 Nm, die tussen 1750 en 2500 toeren/minuut onafgebroken ter beschikking staat, en de daarmee gepaard gaande vinnige hernemingen. Al vinden sommigen het motorgeluid wat al te rauw klinken bij het fors optrekken.

Maar helemaal mooi wordt het aan de pomp, waar de attente rijder niet meer dan 7 liter/100 km hoeft te tanken en dat scheelt algauw met de huidige brandstofprijzen.