De opvolger

Pierre Darge Freelancejournalist

Freelancejournalist 12-09-2006, 22:00 Bijgewerkt op: 07-12-2020, 22:13

Meer dan een halve eeuw na de legendarische DS en ruim vijf jaar nadat de productielijn van de XM werd stilgelegd, doet Citroën opnieuw een gedurfde stap in het luxesegment. De styling van de C6 is eigenzinnig, zoals het hoort, maar aerodynamisch niet uitzonderlijk efficiënt. Ook het rijcomfort is apart, zoals we dat gewend zijn van het merk, al hebben we daar dit keer wat kanttekeningen bij. De 4,90 meter lange en 1,8 ton zware nieuweling krijgt uitsluitend V6-motoren mee, een 3-liter benzine en een 2.7-liter turbodiesel. Met die laatste maken we nader kennis.

Opvallend zijn de lange wielbasis van 2,90 meter, waarover de inzittenden achterin tevreden kunnen zijn, en een verre van uitzonderlijk koffervolume, bekroond met een erg aparte achtersteven. Binnenin is de C6 niet echt origineel, maar de Head Up-display verrast – de gegevens worden op de voorruit geprojec- teerd. De opbergvakken hebben een verticaal schuivend afsluitdeurtje. Ongebruikelijk is ook het AFIL-systeem dat schopjes in het zitvlak geeft als je een witte lijn overschrijdt zonder de richtingaanwijzer te gebruiken.

Onderhuids zit de inmiddels bekende Citroënophanging : de conventionele schroefveren werden vervangen door vier hydraulische gasdrukveren, waarvan de druk geregeld wordt door vier gevulde stikstofbollen, één per wiel. Daarnaast is er nog een centrale bol voor de vooras, en bevinden er zich twee op de achteras, zodat de diverse duik- en rolneigingen kunnen worden geneutraliseerd en de oneffenheden in de weg weggefilterd. Het geheel wordt elektronisch gestuurd, met de hulp van een batterij sensoren die allerlei parameters terzelfder tijd in het oog houden. Afhankelijk van die signalen, kiest de wagen geheel automatisch tussen zestien programma’s, en doet dat liefst 400 keer per seconde. De rijder kan zelf kiezen tussen een gewone of sportstand.

Op de weg houdt dat systeem het koetswerk mooi vlak, maar bij lage snelheid en door de snelheidsafhankelijke besturing zorgt dat voor een schommelend gevoel, iets waarmee fans van het merk vertrouwd zijn en waarover gevoelige passagiers weleens klagen.

De V6-turbodiesel is een voorbeeld van bedrijfsstilte, hij zit aan een zestrapsautomaat gekoppeld en blijkt op de weg een prachtig instrument. Al horen we sommigen al klagen over de acceleraties vanuit stilstand en hardop dromen van een potenter krachtbron. De wegligging is uitstekend en het rijden bijzonder ontspannend. Maar wie niet uitkijkt, wordt aan de pomp verrast : een beetje nerveuze rijder komt probleemloos boven de 11 liter/100 km uit.