COLUMN
Sinds ik deze column schrijf en een aantal keer deelgenomen heb aan de discussie in Jan Publiek, krijg ik het soort telefoontjes dat ik verafschuw. Of ik op zaterdagmiddag met Fred Brouwers een babbel wil doen rond klassieke muziek in zijn nieuwe overigens zeer beluisterbare Meesterwerk. En of ik een paar zaterdagen later in Heldenmoed mijn cultuurweekend bekend wil maken. Oh, ik mag best wat verzinnen maar ik moet wel iets vertellen… Een paar weken later hangt Guido Lauwaert aan de telefoon, of ik op de Boekenbeurs in een panel wil zitten om zijn boek over Nieuwe Rituelen Rond De Dood nog een duwtje te geven. Enkele maanden geleden vroegen de CVP-vrouwen van Vlaams Brabant of ik iets te vertellen had over Vrouwen En Nieuwe Politieke Cultuur, en nog wat later was het een of andere liberale organisatie die wou dat ik mijn zeg deed over Minderheden In Dit Land.
Zonder dat je ’t beseft, zou je terechtkomen in het circuit van bekende gezichten die om de haverklap ergens opdraven, al dan niet tegen betaling, om hun mening te verkondigen. Over om het even wat. Daar bedank ik feestelijk voor.
Mijn allergrootste angst is wel om voor al die karren gespannen te worden. Er zit nergens een knop aan me, die bij het omdraaien de vrije loop geeft aan een woordenstroom tot bevestiging, voldoening, vermaak of ergernis van de toehoorders. Wie een mening geeft, doet dat volgens mij uit betrokkenheid. Daar zijn denkwerk en emoties en engagement bij vandoen. Bijgevolg kun je toch niet voor álles op eenvoudig verzoek op de bres springen ? Wat is de waarde daarvan ? Verbaasd ben ik telkens als ik de woordendiarree uit steeds dezelfde monden hoor over zoveel diverse onderwerpen. Twijfelen die mensen dan nooit ? Of kan het effect van hun meningen hen geen moer schelen ? Hoe belangrijk is de factor ijdelheid hier, of het stimuleren van eigen marktwaarde ? Als je veel gezien wordt, word je ook veel gevraagd.
Wie interesseert het welke film ik op zaterdag zie, of wat voor boek ik gekocht heb en of ik vaak naar het theater ga ? Waarom zouden mijn mening en mijn keuze belangrijker zijn dan die van mijn buurman ?
Deze column is een uitstekend forum om dingen te signaleren die mij in het oog springen, verrassend zijn, bemoedigend of ergerlijk. Daar wil ik het het liefst bij laten. Het gebeurt dat ik iemand aan de telefoon krijg die het helemaal niet met me eens is. Dat hoeft ook niet, per se niet. Maar je schrikt van de agressie die je over je heen krijgt in zo’n paar minuten monoloog aan de andere kant van de lijn. Meestal willen zo’n woedende mensen ook niet discussiëren, niet naar feiten luisteren. Ze willen alleen maar schelden. Vooral als je het niet eens bent geweest met de brede gedachtenstroom. Mensen sturen mij deze column terug, met hatelijke dingen eroverheen geschreven, naamloos uiteraard. Het gebeurt dat iemand zijn abonnement wil opzeggen, omdat hij een kritische noot vooraan in dit mooie blad absoluut niet apprecieert.
Stel je even voor dat je dan ook nog een paar keer per maand ergens op een podium gaat staan met een toeter voor je kop… Als adrenalinestimulans. Nee, bedankt. U hoeft het mij niet te vragen. Er zijn er genoeg anderen die staan te drummen en ik gun ze de publieke belangstelling van harte.
Ik las dat Jean-Marie Dedecker vertelde dat hij het tegenwoordig drukker heeft met beruchte Vlaming te zijn dan met judo. Ik mag hem best, maar stemt dat niet tot nadenken ?
Tessa Vermeiren
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier