Porseleinkunstenaar Piet Stockmans wordt 80: ‘Zijn installaties zijn monumentaal’
Porseleinkunstenaar Piet Stockmans wordt volgende week tachtig. Veertig jaar daarvan is hij al bevriend met Mark Maesen, de grootste privĂ©verzamelaar van zijn werk. ‘Had Piet in China of Japan gewoond, dan was hij een wereldvermaard kunstenaar.’
‘Ooit was Piet dubbel zo oud als ik, nu nog maar twintig jaar ouder’, lacht ondernemer Mark Maesen. Als je weet dat porseleinkunstenaar Piet Stockmans op 26 oktober tachtig wordt, is de leeftijd van Mark geen hogere wiskunde. Veertig jaar vriendschap resulteerde in veertig werken in Maesens privĂ©verzameling: een van de grootste ter wereld. ‘Zelfs toen ik vier jaar in Moskou woonde, heb ik mijn collectie mee verhuisd. Toen de poetsvrouw op een dag een porseleinen zelfportret van Stockmans op de grond liet vallen, belde ze in paniek naar haar man. ‘Help, ik heb het hoofd van Mark gebroken.’ Waarop haar man riep: ‘Bel dan de ambulance!’
Ik zie het zo: porselein is Piets olieverf. En daar doet hij al zestig jaar ongeziene dingen mee.
Beeldhouwer in porselein
Piet Stockmans heeft zeven mensen op zijn Genkse payroll, Maesen 1450. Als CEO van Actief Groep zet hij dagelijks 36.000 uitzendkrachten aan het werk. ‘Actief, dat woord past het best bij Piet. Strijdend zal hij ten onder gaan. ‘Als ik niet meer kan werken, ga ik echt niet met de bejaardenbus mee naar Benidorm’, zegt hij zelf. Hij zou het soms beter wat rustiger aan doen. Maar het is de aard van het beestje. Stel je voor dat hij op zijn zestigste had gezegd: ‘Het is genoeg geweest.’ Dan hadden we zijn interessantste werk nooit gezien. Ik vind hem nu op zijn toppunt. Hij is een beeldhouwer in porselein geworden. Je verwacht bij porselein iets kleins: delicaat, perfect, functioneel, licht en breekbaar. Maar Stockmans’ installaties zijn monumentaal, sterk, robuust en functieloos. Het laatste wat hij wil, is perfectie. Pas op, hij kan perfecte kopjes of bordjes maken, maar dat interesseert hem niet. Hij experimenteert liever met de limieten van porselein, zowel gebakken als ongebakken. Hij haalt het uiterste uit het materiaal, op kleine Ă©n monumentale schaal. In porselein kan hij alles verwoorden. Dat is echt onvoorstelbaar, want het is een verdomd moeilijk medium om mee te werken.’
De mal ontgroeid
Mark Maesen woont in de groene rand rond Antwerpen. Dwars door zijn jarennegentigvilla loopt een lange gang die als kunstgalerie dient. Het huis is helemaal ontworpen om tussen de kunst te leven. ‘Mijn vrouw runt NK Gallery in Antwerpen, dus nogal wat werken komen van haar kunstenaars’, zegt hij. Maar Stockmans duikt ook overal op. Tot in de wijnkelder, bar en salon. Maesen toont ons in zijn eetkamer vier bijzondere stukken uit de Shrink-reeks van 2013. ‘Porselein giet je in een mal. Gebakken op 1400 graden krimpt het 17%. Piet speelt graag met die verkleining. Hij zorgt er bewust voor dat zijn porselein niet alleen krimpt, maar ook begint te craqueleren of op te krullen in de oven. En dat imperfecte resultaat toont hij hier, samen met de mal. Alsof hij wil zeggen: ik ben de mal ontgroeid. Ik pas niet meer in de traditie.’
Wat verderop, op de eettafel zelf, liggen tien porseleinen rolletjes, samengebonden met paktouw. ‘Dat zijn opgerolde mensenhuiden. Samen in een bubbel van tien’, lacht Maesen. ‘Piet maakte eerst een afgietsel van een vrouwenlichaam. Dan liet hij het porselein stollen in zijn mal. Voor hij die huid bakte, rolde hij hem op. Piet liet ook al vaker zijn eigen gezicht afgieten. Hij walste het daarna plat, vermorzelde het, rolde het op. Of verfrommelde het tot een prop porselein.’ Of Maesen zelf ooit zijn lichaam liet afgieten voor zijn vriend? ‘Nee, de drang om vereeuwigd te worden heb ik niet. Maar mijn as in een porseleinen urne van hem: dat zou ik wel willen. Piet is zelf ook al bezig met zijn legacy. Hoe zal hij herinnerd worden? Wat blijft er achter van zijn oeuvre? Het zijn vragen die hij zich stelt’, zegt Maesen. Daarom richtte hij, samen met mij en enkele ondernemers, de Pasfoundation op. Onze stichting verzamelt werk van oudere of overleden kunstenaars, zoals Willy De Sauter, Paul Gees, Jacques Charlier en Piet Stockmans. We trachten een mooi overzicht van hun oeuvre bij elkaar te kopen. Die werken worden nooit meer verkocht en blijven allemaal in de foundation. Als bedrijf kun je er lid van worden. Alle 26 leden kunnen in hun kantoorgebouwen werken van die kunstenaars exposeren. Het is een nieuwe manier om kunst te tonen, die anders in een depot of kluis zou liggen. Het houdt hun oeuvre levend.’
Misbaksels
Piet Stockmans studeerde af als keramist en beeldhouwer, maar begon in 1963 te werken bij Mosa, een porseleinfabriek in Maastricht. In plaats van keurige kopjes en borden te maken, bakte hij daar in het geniep al experimentele vormen in de oven. ‘Maar als hij ze er niet snel genoeg uit haalde, belandden die misbaksels in de vuilnisbak’, weet Maesen. Piet voelde al snel dat hij niet paste in die traditionele porseleinbusiness. In 1974 startte hij een eigen atelier met oven. ‘Dat atelier lag in Waterschei, vlak bij de plek waar ik opgroeide. Rond 1980 leerde ik Piet kennen via mijn vader, een gepassioneerde hobbykok. Samen met Piet maakte hij het revolutionaire kookboek Cirkel van de smaak. Koks zoals Peter Goossens en Piet Huysentruyt maakten toen gerechten op Stockmans’ servies of kunstwerken.’ Vanaf de jaren tachtig begon Maesen Stockmans’ werk te volgen en te kopen. Op dat moment experimenteerde die laatste vooral met grote installaties. Vaak bestonden die uit honderden vazen, kommen of scherven: traditionele vormen die je nog spontaan met porselein associeert. In 1987 startte Piet de Studio Pieter Stockmans, de merknaam waaronder hij porseleinen objecten in kleine serie maakt. De eigen porseleinfabriek die hij in 1989 opstartte, moest hij in 1992 alweer sluiten. Een persoonlijke en financiĂ«le domper, die Maesen van dichtbij meemaakte.
Stockmans-blauw
Als vriend en ondernemer staat Maesen dicht bij Stockmans. Zo dicht zelfs dat hij hem soms zakelijk adviseert of pusht om nog radicaler werk te maken. ‘Ik zit in zijn spreekwoordelijke ‘raad van bestuur’. Hij luistert wel naar mij, maar hij doet toch zijn zin, hoor’, zegt Maesen. Businessgewijs is het Stockmans-blauw, Piets signatuurkleur, een heel slimme zet geweest. Het is visueel heel sterk en maakt zijn werk meteen herkenbaar. Zoals het Hermès-oranje of het Ferrari-rood. ‘Maar eerlijk gezegd: zijn werk heeft die kleur niet nodig. Het is even sterk zonder’, vindt Maesen. ‘De kleur werkt vooral goed voor zijn seriewerk: de serviescollecties die zijn studio maakt. Sterrenchefs als Alain Ducasse of Peter Goossens laten zelfs unieke stukken maken om hun eetkunstwerkjes op te leggen.’
Die studio wordt al tien jaar gerund door Piets dochter Widukind. Zijn schoonzoon Frank volgt hem op als ontwerper van de studiocollectie, zodat Piet zich uitsluitend op zijn vrij werk kan storten. En dat merk je: zijn creatieve output is sindsdien enorm. ‘Veel mensen kennen Piet Stockmans alleen van zijn serviezen. Maar je mag hem niet aanzien als designer. Hij is een conceptueel kunstenaar, die met porselein werkt. Het helpt niet dat zijn werk in designwinkels te koop is of in een designmuseum getoond wordt. Ik zie het zo: porselein is zijn olieverf. En daar doet hij al zestig jaar ongeziene dingen mee. Niemand doet hem dat na. In 2018 zag ik in Istanboel een expo rond de keramiek van de beroemde Chinese kunstenaar Ai Weiwei. Wel, tachtig procent van Ai Weiweis ideeĂ«n in porselein deed Piet al decennia vroeger. Ik ben ervan overtuigd: had Piet in China of Japan gewoond, waar porselein een langere traditie kent, dan was hij een wereldvermaard kunstenaar.’
In de Studio Pieter Stockmans op de C-mine-site in Genk loopt momenteel een grote tentoonstelling met werk van Stockmans en zijn studio. Naar aanleiding van zijn 80ste verjaardag is er ook een boek uit op 300 exemplaren. pietstockmans.com
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier