Vijftien leuke feitjes over Patagonië die je misschien nog niet kende
Patagonië in het uiterste zuiden van Argentinië en Chili behoort tot de meest afgelegen, maar ook mooiste delen van de wereld. Ontdek vijftien bijzondere feitjes over dit onherbergzame gebied.
1. Patagonië is gigantisch: het heeft een oppervlakte van meer dan een miljoen vierkante kilometer, verspreid over twee landen. Viervijfde ligt in Argentinië en een vijfde in Chili. Toch wonen er nog geen twee miljoen mensen. Dat betekent een bevolkingsdichtheid van iets minder dan twee personen per vierkante kilometer.
2. Aan de Argentijnse kant van Patagonië vind je steile stranden en inhammen.
Aan de Chileense kant in het westen lopen de bergen door tot in de oceaan. Je treft er een landschap met fjorden en archipels.
3. In het noorden van het Chileense deel van Patagonië ligt het Duits ogende stadje Puerto Varas. Het werd in 1853 gesticht door Duitse immigranten die naar Chili vertrokken in het kader van een door de Chileense regering ingesteld kolonisatieproject. Zo’n 6.000 Duitsers emigreerden in die tijd naar de regio rondom het Llanquihue meer en namen hun architectuur, cultuur en gastronomische tradities mee naar Zuid-Amerika.
4. De naam Patagonië komt van ‘Patagones’ dat letterlijk ‘Land van de grote voeten’ betekent. De Portugese ontdekkingsreiziger Ferdinand Magellan bedacht die naam toen hij in 1520 voor het eerst voet zette op dit afgelegen deel van de wereld. Hij zag daar de leden van de Tehuelce stam die volgens hem zo lang waren dat hij ze reuzen noemde. In werkelijkheid waren de Tehuelce waarschijnlijk slechts een paar centimeter langer dan de gemiddelde Europeaan.
5. Patagonië is dus niet – wat logischer zou zijn – genoemd naar de gigantische dinosaurussen die er vroeger leefden en waar veel resten van gevonden zijn. Zo stuitte de Duitse ontdekkingsreiziger Herman Eberhard in 1895 in de Cueva del Milodon op de goedbewaarde resten van een gigantische luiaard. Ook werden er menselijke resten van zo’n achtduizend jaar oud in de grot gevonden.
6. In Patagonië woont de grootste kolonie magelhaenpinguïns ter wereld. Deze grappige diertjes zijn genoemd naar Ferdinand Magellan die ze in 1519 als eerste Europeaan zag.
7. Het op één na oudste levende wezen op aarde staat in Patagonië: de 2.600 jaar oude Alerces boom met de naam Gran Abuelo. Deze boom staat in het Alceres National Park dat in 1937 speciaal werd gecreëerd om deze boomsoort te beschermen. Het alleroudste levende wezen staat trouwens in de White Mountains in Californië. Daar leeft Methusaleh al bijna vijfduizend jaar lang.
8. In Cueva de las Menos in Santa Cruz aan de voet van een afgelegen klif zijn de wanden gevuld met muurschilderingen, vooral afdrukken van handen, maar ook van dieren zoals guanaco’s (een soort lama). Deze tekeningen zijn vermoedelijk tussen de 9.500 en 13.000 jaar oud.
9. In een deel van Patagonië spreken de inwoners nog Welsh. In 1865 arriveerden er immigraten uit Wales die hun eigen land ontvluchtten omdat hun cultuur en taal daar bedreigd zou worden. In eerste instantie vestigde een groepje van 153 pioniers zich in Patagonië. Later kwamen er meer streekgenoten. Waarschijnlijk zijn er nu zo’n 50.000 Patagoniërs met Welsh bloed. 5.000 van hen spreken nog Welsh.
10. In Puerto Madryn op de Valdes Peninsula kan je tussen mei en december vlak voor de kust walvissen zien. De vrouwtjes zoeken dan de veilige wateren rond het schiereiland op om jongen te baren. Een spectaculair gezicht.
11. In Patagonië ligt een van de grootste woestijnen ter wereld. Op een oppervlakte van 673.000 vierkante kilometer regent het amper en hebben dieren en planten het moeilijk om te overleven.
12. Anders dan vrijwel alle andere gletsjers in de wereld, groeit de Perito Moreno gletsjer nog altijd. Het is niet duidelijk waarom deze gletsjer tegen de trend in groeit en niet krimpt. Deze ijsmassa in Los Glaciares National Park zorgt om de twee tot vier jaar voor een spectaculair natuurverschijnsel: het voorste deel van de gletsjer breekt dan af en dendert met een enorme kracht in het Argentino meer.
13. Een van de laatste en grootste kuddes wilde paarden in de wereld, leeft in Patagonië. Al meer dan een eeuw trekt een groep paarden die geen contact hebben met mensen rond Cape Horn in Chili.
14. De grootste dinosaurus die tot nu toe ontdekt is, werd in 2014 gevonden in Trelew in Patagonië. Het 37 meter lange dier dat evenveel woog als tien olifanten, kreeg de naam ‘Patagotitan mayorum’. De dinosaurus is zo groot dat deze niet in de tentoonstellingsruimte in het American Museum of Natural History in New York past. Daarom moest de kop buiten de zaal blijven.
15. Op de Chiloé archipel staan 150 houten kerkjes en kapelletjes die in de achttiende en negentiende eeuw door de jezuïeten werden gebouwd. Jezuïeten arriveerden in 1608 in Patagonië. Ze trokken door het onherbergzame gebied om de inwoners tot het Christendom te bekeren. De inwoners leefden verspreid over de verschillende eilandjes en om iedereen te bereiken, bouwden de jezuïeten overal kleine kerkjes.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier