Ligurië
Ligurië is romantisch, rijk aan cultuur, groene vergezichten en lekker eten. Maar wat de streek echt beroemd maakt, is de 300 km lange kustlijn, beter bekend als de Italiaanse Rivièra.
Ligurië is romantisch, rijk aan cultuur, groene vergezichten en lekker eten. Maar wat de streek echt beroemd maakt, is de 300 km lange kustlijn, beter bekend als de Italiaanse Rivièra.
Genua, la Superba (de trotse) is de hoofdstad van Ligurië en Italiës grootste zeehaven. De stad mist de recht-in-je-gezichtromantiek van Venetië, la Serenissima, maar voor de reiziger met onstilbare stedenhonger is ze in haar nieuwe opgepoetste staat onmiskenbaar een boeiende bestemming.
In de caruggi, nauwe steegjes van de middeleeuwse binnenstad, de grootste en best bewaarde van Zuid-Europa, loop je met je hoofd in je nek. Genua is een verticale stad: de oude okeren gevels tellen soms wel zes verdiepingen, hoog boven je hoofd klinkt het mediterrane geluid van gierzwaluwen.
Beroemde zoon
De rijkdom van la Superba gaat terug tot de 11de eeuw, toen ze een onafhankelijke maritieme stadstaat werd. In de 13de eeuw wedijverde ze met Venetië en Pisa in macht en grootsheid, in de 14de eeuw verkozen de immer bakkeleiende heersersfamilies in navolging van het Venetiaanse systeem een doge om de stadstaat te besturen.
Vandaag is het Palazzo Ducale, met zijn ruime vertrekken en charmante binnenplaats, een centrum voor internationale kunstmanifestaties.
Genua pakt graag uit met haar beroemde zoon Christoffel Columbus. Op de plek waar hij ooit met speelgoedscheepjes in de weer was, staat enkel een met klimop overwoekerde gevel overeind. Maar Columbus verliet Genua vroeg en keerde er nooit terug. Op zijn ontdekkingstochten voer hij onder Spaanse vlag.
De oude haven (Porto Antico), ooit een wat sinistere plek, werd de laatste jaren grondig onder handen genomen. Een eerste keer in 1992, voor de vijfhonderdste verjaardag van Columbus’ ontdekkingsreis, vervolgens voor de G8-top in 2001 en in 2004, toen Genua culturele hoofdstad was.
Bij die laatste gelegenheid werd Renzo Piano op het haventerrein losgelaten, zodat het nu iets van een pretpark heeft, met een glazen biosfeer, het grootste aquarium van Europa, het prachtige Galata Museum van de Zee, de panoramische Bigolift die eruitziet als een grote spin, en veel kuierruimte voor toeristen.
Vanaf de renaissance waren er nogal wat handelscontacten tussen Genua en die andere grote haven in het noorden, Antwerpen. Dat er ook een culturele uitwisseling was, zie je in de romaanse Chiesa San Donato, waar de blikvanger een lumineuze Adorazione dei Magi van Joos Van Cleve uit 1515 is.
De gotische kathedraal San Lorenzo heeft een façade van zwart en wit gestreept marmer, typisch voor deze contreien. De ene adrenalineopstoot na de andere, dat is wat de cultuurliefhebber te wachten staat in de Via Garibaldi, ongetwijfeld een van de fraaiste straten in Italië.
Hier lieten de machtigste Genuese families hun palazzi bouwen, zestien stuks in totaal. Het resultaat is een showcase van renaissance- en barokarchitectuur, rijk aan sculpturen, stucwerk, medaillons en fresco’s.
In veel van die monumentale gebouwen huizen nu banken, kunstgalerieën of antiekhandels. Het grootste, Palazzo Tursi met zijn elegante binnenplaats met arcaden, doet dienst als stadhuis, maar herbergt ook Paganini’s Guarneriviool. In het Palazzo Rosso riskeer je een nekverstuiking, want de mooiste kunstwerken sieren het plafond, in de vorm van allegorische fresco’s die de vier seizoenen voorstellen.
Overdonderd door al dat moois? Wie enigszins verdoofd door de caruggi dwaalt, stoot onvermijdelijk op intieme pleintjes waar het goed uitblazen is. Nergens ook zoveel elegante gelaterias en pasticcerias gezien, waarvan sommige al een eeuwigheid door dezelfde familie uitgebaat worden.
Nostalgische grandeur
Maar het zou doodjammer zijn om je bij een bezoek aan Ligurië tot de hoofdstad te beperken. Want de smalle kuststrook, door de Apennijnen tegen guur weer beschut, is waar in het begin van de 19de eeuw het toerisme zowat werd uitgevonden.
Ten oosten van Genua leidt een bochtige weg langs de idyllische baaien van de Riviera di Levante. Santa Margherita Ligure, Portofino, Chiavari, Sestri Levante, het zijn namen die destijds vooral welgestelde Britten deden dromen.
En ze staan er nog steeds, de eerbiedwaardige grand hotels met hun statig hekwerk, kleurige zonneluifels en traditionele namen als Excelsior, Bristol, Bellevue, Lido Palace, Imperiali en Miramar. Keurig opgepoetst en opnieuw in trek bij liefhebbers van nostalgische grandeur.
In Santa Margherita lokt de promenade je langs elegante winkels en caféterrassen. Een wandelweg langs geurige jasmijn voert omhoog, naar de Villa Durazzo met zijn schaduwrijke tuin waaruit je neerkijkt op de baai van Paraggi.
In Santa neem je de overzetboot naar Portofino, want vanuit de zee is nog altijd de enige ‘echte’ manier om dit operettehaventje in het wonderlijke kleurenpalet van oker, terracotta, oudroze en poederblauw te benaderen.
Orson Welles, Ava Gardner, Onnasis, Humphrey Bogart en vele andere rijken en machtigen gingen je voor, maar dan in een privéjacht. De piazetta met zijn trompe-l’oeilgevels, zijn American bar en chique galerieën en restaurants naast doordeweekse kruideniers is nog geen haar veranderd.
Het Brighton van de Riviera di Ponente heet Alassio, waar al sinds mensenheugenis elk jaar weer met veel bombarie Miss Italia wordt verkozen. Vast niet toevallig dat Café Roma een van de favoriete watering holes van Hemingway en zijn papegaai Pedrito was. Nóg een Hemingwaycafé. Je begrijpt niet hoe Papa ooit aan schrijven toekwam…
Bron: Weekend Knack
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier