De expo ‘The EY Exhibition: Van Gogh and Britain’ in de Tate Gallery vertelt de relatief onbekende geschiedenis van de invloed van Groot-Brittannië op Van Gogh en diens invloed op de Britse kunst.
Van Gogh-exegeten weten het uiteraard al lang, maar lang niet iedereen is een doorgewinterde Van Gogh-kenner. Lang voor hij bekend werd, vertoefde de Hollandse meester (1853-1890), van wie zijn passages in Antwerpen, de Borinage en Frankrijk -Parijs, Saint-Rémy en Arles- overbekend zijn, enkele jaren in Londen.
Van 1873 tot 1876 flaneerde de jonge Vincent door de straten van de toen drie miljoen zielen tellende stad, verdiepte hij zich in de literatuur, bezocht musea en ontdekte de grafiekkunst. Met de tentoonstelling ‘The EY exhibition: Van Gogh and Britain’ wil de Tate Gallery een gat in de hagiografie vullen.
‘Wij vertellen de relatief onbekende geschiedenis van de invloed van Groot-Brittannië op Van Gogh en diens invloed op de Britse kunst’, zei Tate-directeur Alex Farquharson daags voor de opening van de expo. In 1875 schreef Vincent in een brief aan zijn broer Theo hoezeer hij van Londen hield. Hij bekende zich in dat schrijven als een fan van de sociaalkritische romans van Charles Dickens, maar ook van George Eliot en William Shakespeare.
De natuurschilderijen van landschapsschilder John Constable en de pre-Rafaëliet John Everett Millais fascineerden hem evenveel als de radicale sociale kritiek van grafische kunstenaars als Gustave Doré. ‘Mijn hele leven is er op ingesteld, van de alledaagse dingen die Dickens beschrijft iets te maken”, schreef Van Gogh. De jonge schilder probeerde in de Britse hoofdstad, met weinig succes overigens, aan de bak te komen als kunsthandelaar, leraar en prediker. Zijn brieven gingen vergezeld van schetsen van kerken, scholen en bruggen over de Theems.
Onder de indruk van Londen
Van 27 maart tot 11 augustus kan de liefhebber zich in de Tate vergapen aan een vijftigtal schilderijen van Van Gogh, waaronder het leeuwendeel uit privécollecties komt. Topstukken zijn het beroemde zelfportret uit 1889, zijn zonnebloemen en tuinlaarzen en het op de Theems geïnspireerde ‘Sterrennacht boven de Rhone’ uit 1886. Dat laatste werk wordt gekoppeld aan een zicht op de Theems in de nevel, geschilderd door James Abbott McNeill Whistler.
Volgens Tate is de indruk die Londen op Vincent maakte tot op het einde van zijn leven te herkennen. Zijn schilderij ‘The Round of the Prisoners’, naar een gravure van Doré, getuigt daarvan.
En natuurlijk heeft Van Gogh indruk gemaakt op de Britten, van Walter Sickert tot Vanessa Bell. Het duidelijkst blijkt dat uit een reeks portretstudies die Francis Bacon in 1957 aan Van Gogh wijdde.

Op de drempel van de eeuwigheid, 1890

De tuin van de inrichting, 1889

Zelfportret, 1889

Miss Jekyll’s Gardening Boots, 1920

L’Arlésienne, 1890

The Vineyard

Zelfportret, 1887

Sterrennacht boven de Rhône, 1888

Binnenplaats van de gevangenis, 1890

Miss Jekyll’s Gardening Boots, 1920

Het laantje van Middelharnis, 1689

The Victoria Embankment, London, 1875

Study for Portrait of Van Gogh IV, 1957

The Vineyard

Zonnebloemen, 1888

Yellow Chrysanthemums, 1925

Sunflowers, begin twintigste eeuw

Sunflowers, 1933

Tate Gallery 1947