De meest noordelijk gelegen hoofdstad, de warme bronnen van de Blue Lagoon en indrukwekkende geisers zijn maar een paar van de dingen die u moet zien in IJsland.
De hoofdstad Reykjavik is de meest noordelijke van de hele wereld. De internationale luchthaven van IIsland ligt op het schiereiland Reykjanes. Op dit eiland ligt één van dé toeristische trekpleisters: The Blue Lagoon.
In dit kunstmatig aangelegde zwembad kan je in het warme mineraal- en algenrijke water heerlijk baden. Het water is er altijd 36 graden Celsius en wordt opgewarmd omdat het een lavaveld loopt.
Op de meest zuidwestelijke punt van het eiland ligt Reykjanesta met zijn mooie vuurtoren. Onderweg vinden we het solfatorenveld Gunnuhver. Zoals op veel andere plaatsen komt ook hier de typische naar zwavel ruikende stoom naar boven.
Andere must see’s zijn Gullfoss en Geysir, beide langs de Golden Circle Tour. Deze rondrit langs IJslands bekendste natuurfenomenen brengt je verder ook langs het Thingvellir Nationaal Park en de krater van de Kerid Vulkaan. De gouden waterval Gullfoss is de grootste van Europa. Als het mooi weer is, komt er vaak een regenboog te voorschijn.
Geysir is zowat de bekendste heetwaterbron van IJsland en zelfs van de wereld. Aan deze plek danken alle heetwaterbronnen ofte geisers ter wereld hun naam. De naam is afgeleid van het IJslandse woord voor ‘spuiten’. En spuiten kon hij, tot 200 meter in de hoogdagen. Nu is de geiser door de massa’s zeep en stenen die er ter stimulatie in gegooid zijn door toeristen niet meer zo actief.
De vlakbij gelegen geiser Strokkur is dat wel. Regelmatig vertoont hij zijn kunsten door tot 20 meter hoog te spuiten. Als je verder rijdt, kom je langs het meer Laugarvatn terecht in Þingvellir. Hier zit er een meer dan 5 km brede verzakking in de aardkorst, die opgevuld is met lava. De kloof is het gevolg van het uit elkaar schuiven van de tektonische platen.
De indrukwekkendste route is de Ring Road. Die loopt langs de volledige kust. Om de hele weg rustig af te leggen, reken je best op ongeveer een week. Langs de baan liggen de voornaamste attracties zoals de waterval Dettifoss. Met haar 44 meter hoogte en ruim 100 meter breedte is ze de krachtigste waterval van Europa.
In de buurt ligt Selfoss, een waterval die uit een stuk of tien watervallen bestaat. Ze zijn geënt op de gletsjerrivier die van de Vatnajökull komt en dat is de grootste gletsjer van Europa. Aan zijn voet ligt een grote zandvlakte, die gevormd is door het smeltwater, en Skaftafell, het op één na grootste natuurpark van IIsland.
Vanuit de haven van Keflavik kan je van mei tot september op walvisexcursie. Op IJsland leeft ook een grote kolonie papegaaiduikers (Westman-eilanden) en Myvatn biedt onderdak aan broedende eenden. Tenslotte vind je bij Latrabjarg de grootste vogelklip ter wereld.
Naast de klip ligt de waterval Dynjandi, aan de overkant het schiereiland Snaefellsnes. Dit is de thuis van de gletsjer Snaefellsjökull die een rol speelt in het boek ‘Reis naar het centrum van de wereld’ van Jules Verne.
Ook dieren, maar van een minder aangename soort, vind je bij Lake Myvatn. Dit letterlijke ‘muggenmeer’ herbergt in de zomer grote zwermen mugjes. Tenslotte ligt de Viti krater ook in deze buurt, bijna 3000 jaar oud en met een helderblauw kratermeer.
