Geschiedenis

Bij de verdeling van de hele aarde tussen Spanje en Portugal, het zogenaamde Verdrag van Tordesillas (1494), kregen de Portugezen Brazilië toegewezen. In 1502 arriveerde dan Amerigo Vespucci met zijn kompanen alias een groep Portugese ontdekkingsreizigers.

Aangezien ze dachten dat ze de monding van een grote rivier ontdekt hadden, doopten ze de stad ‘Rio de Janeiro’ of Januari-rivier. Maar eigenlijk was die rivier één grote baai, de Guanabara. Rond 1555 probeerden de Fransen het gebied in te palmen. Ze stichtten de kolonie Antarctisch Frankrijk op een eilandje in de baai.

In 1565 stichtte de Portugees Estacio de Sa de stad onder de naam Sao Sebastiao do Rio de Janeiro. Waardoor de Fransen hun valiezen terug mochten pakken. Haar naam was een eerbetoon aan zowel de Portugese koning als de heilige Sint Sebastiaan.

In de loop van de 17de eeuw dankte de stad haar faam vooral aan de verbouwing van suikerriet voor Europa. Op het einde van diezelfde eeuw startte de goudwinning in de nabije staat Minas Gerais. Daardoor groeide Rio in de 18e eeuw uit tot een belangrijke havenstad en financieel centrum van de kolonie. In 1763 werd de stad zelfs tot nieuwe hoofdstad gebombardeerd. Toen Brazilië in 1822 onafhankelijk werd van Portugal, bleef Rio de Janeiro de hoofdstad. Zowel op economisch, sociaal als cultureel vlak was Rio vooruitstrevend. Dus toen de inkomsten uit goud verminderden, begon men in Rio koffie te telen. Ook toen Brazilië in 1889 een republiek werd, bleef Rio de hoofdstad.

Uiteindelijk moest Rio de Janeiro in 1960 het onderspit delven voor Brasilia, de nieuwe hoofdstad. Door de jarenlange aanwezigheid van een enorm aantal Brazilianen en buitenlandse zakenmensen heeft Rio haar status van culturele hoofdstad van Brazilië behouden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content